COLUMN Tawangmangoe Moesson #4 oktober.indd 15 -fife} 27-09-16 16:44 Volgens ma was er geen fijnere plek dan haar geboor teplaats Bogor. Het in een heerlijk koel klimaat liggen de stadje, dat gedomineerd werd door het imposante paleis van de GG en de beroemde 's Lands Plantentuin, kon zich als Parel van de Pasoendan meten met de mooiste plekken van heel Java, vond ze. En verzuchtte met milde spot dat de stakkerds in de laag gelegen steden eau de cologne bleven sproeien om niet flauw te vallen van de hitte. Iedere oud-Indiëgast weet dat het in de droge moesson en vooral de kentering zo heet en broeierig kan zijn dat alle energie uit je lijf wegsijpelt en je een moord doet voor een tochtje in de bergen. Of tenminste een pick- nickje organiseert met een paar familieleden of goeie kennissen en een bèsèk vol lemper en ander lekkers. Liefst bij een van die schaduwrijke soembers waar grote vissen traag in rondzwemmen en kikkers je pad kruisen. Daar kon ma, en niet alleen zij, erg van genieten, want we woonden toen in Solo en die stad was naar haar me ning veel te heet, stoffig, benauwd en rommelig. Daarom was ze ook zo blij toen er een vakantiehuisje werd ge huurd. In Tawangmangoe, ongeveer 40 km boven Solo, op een van de flanken van de Goenoeng Lawoe. Waar we een prachtig uitzicht hadden en ons allemaal kostelijk vermaakten, le dereen echt de grootste lol had en je ma gewoon zag opfleuren als een kembangsepatoe die net water had gekregen. Kort daarna brak de oorlog uit en viel alles in duigen. Verloren we al ons bezit en viel ons gezin uit elkaar. Ver dwenen we alle vier op verschillende plaatsen achter de kawat en wisten van elkaar niet waar we waren. Kwam er na wachten een einde aan de bezetting, maar konden we niet lang genieten van een bevrijdingsroes en o er een strijd die naar onze aftocht zou leiden. Daar denk je rond deze tijd dan aan en zie je hoe ma zit te vertellen over de onzalige Bersiap-periode. Met enige moeite, want ze heeft het er niet graag over, wil er niet al teveel over praten of horen, maar blijkt er toch niet omheen te kunnen. Heeft ze het over het vertrek van vrouwenkamp Lampersarie in Semarang, toen de Republiek het nodig had gevonden om de geïnterneerde vrouwen en kinderen dieper het binnenland van Midden- Java in te voeren. Uit veiligheidsoverwegingen, was er gezegd, maar eigenlijk meer als buffer of ruilobject, werd gedacht. Herinnerde ma zich niet meer wanneer precies de over plaatsing naar de nieuwe bestemming had plaatsgevon den. Maar wel dat ze was aanbeland in Tawangmangoe, het mooie bergplaatsje waar ze het zo fijn had gevon den en waar niets fijns te bespeuren viel, zou ze merken. Moest ma even ophouden om vervolgens met een nau welijks te onderdrukken rilling toe te geven dat ze het in Tawangmangoe erg griezelig had gevonden. Ze doods bang was geweest als die met kapmessen en bamboe roentjings bewapende kerels langs kwamen. Ze elke keer geschrokken was van de haat die uit hun ogen sprak. Ze ook erg ongerust was geweest over alles wat er allemaal gebeurde en godsblij was dat ze dankzij de bemoeienis sen van het Rode Kruis door de Engelsen bevrijd was. Nog altijd behoort Tawangmangoe tot de meest geliefde vakantieoorden van Java. Als ma nog leefde en een kijk je zou mogen nemen naar 'Tawangmangoe nieuwe stijl', zou ze het allemaal prachtig vinden. Ma was immers erg vergevingsgezind. Maar ik denk wel dat ze zich zou afvragen wat de met kapmessen en bamboe roentjings bewapende kerels bezielde om haar elke keer de dood schrik op het lijf te jagen. Jack Poirrié werd geboren in Batoeradja en woont sinds 1951 in Nederland. Elke maand schrijft Jack Poirrié in Moesson over zijn perikelen. OKTOBER15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2016 | | pagina 15