PIEKERAN O v 7 'HOE REALISTISCH IS HET OM ALS MINDERHEID TE WACHTEN OP ERKENNING?' O leden al in Moessonde Nederlandse tolerantie is eigenlijk desinteresse. Ook meneer Klink - op kantoor een Hollander, thuis een Indo - verzuchtte in de jaren tachtig in Vrij Nederland over zijn collega's: 'Wat weet hij dan van mij, van het Indisch zijn.' Want Nederlanders denken nog altijd dat etniciteit iets is wat je alleen in je vrije tijd beoefent. De term Indi sche kameleon hoorde je dertig jaar geleden zo vaak dat het een cliché werd, totdat ik hem onlangs weer tegenkwam, uit de pen van Meg han Markle, de vriendin van Britse prins Harry. Ethnic cameleon noemde ze zichzelf, met een African-American moeder en een witte vader. Op school vroeg ze: 'Welk hokje moet ik invul len voor ras?' 'Doe maar blank, want zo zie je eruit.' Must choose! En de Maleisische standup comedian Harith Iskander (Engelse moeder, Maleisische vader) verkneukelt zich nu al over de verwarring van zijn kinderen (moeder: Chinees-Indiaas), wanneer zij hun hokje met ras moeten aankruisen op school. Een jeugdherinnering: het zijn de jaren tachtig en we kijken naar North and South. Een blanke actrice stort zich in de armen van haar zwarte minnaar en mijn oma wordt helemaal gek. 'Hoe kan ze dat nou doen?' Maar eigenlijk wil ik dit niet over haar schrijven, want ik wil mijn oma niet voor de wolven gooien die haar reduceren tot een makkelijk te winnen morele goed-fout discussie. Want ik weet waar zij vandaan komt. De vrouw die zich tot op hoge leeftijd voor de buitenwereld - ik interviewde haar voor een geschiedeniswerkstuk op de middelbare school - schaamde voor de asal oesoel die haar tot een lapjeskat maakte. Bang dat mensen in deze vreemde omgeving haar niet op waarde zouden schatten. Probeer in dit land maar eens uit te leggen dat veruit de meeste Europeanen in Indië bruin waren. Het gaat je niet lukken. Volgens Wekker is dat eenvoudig te verklaren, want de term Europeaan is in het Nederlandse culturele archief immers strikt voorbehouden aan witte personen. En verder moet je als minderheid sowieso je mond houden en stoppen met zeu ren. Slavernijmonument? Backpay? Vlaggen op 15 augustus? Meer Indië in het onderwijs? 'Quit moaning about the past!' Wekker signa leert een algehele tendens dat minderheden niets wezenlijks bijdragen aan deze maatschappij en mensen alleen maar lastig vallen met de problemen die ze wel met zich meebrengen. I Problemen die al te vaak worden afgedaan met 'te lang geleden' of 'kan ik er wat aan doen dat ik wit ben'. De roman Sleuteloog (2002) van Hella Haasse behandelt de moeizame relatie tussen twee jeugdvriendinnen, de één Indisch en de ander, de hoofdper soon, Hollands. Die moeizame relatie wordt als vanzelfsprekend veroorzaakt door het Indische meisje, dat als halfbloed geen keuzes kan maken. Ergo: It's not me, it's you. 'Hoe kan het dat er spanningen zijn die ik niet voel?', vroeg Hella Haasse zich hardop af in Moesson. Gloria Wekker zal geen moeite hebben met een antwoord op die vraag. Lilian Ducelle had dat ook niet. 'In het land der blinden is Sleuteloog koning', zei ze. White Innocence verscheen in het jaar dat Moesson zestig jaar bestaat. Het is alweer zes tig jaar geleden dat Tjalie Robinson Nederland probeerde duidelijk te maken dat Indische mensen iets toe te voegen hebben, iets we zenlijks bij te dragen aan de samenleving. Aan de kunst, de cultuur, de geschiedenis, de lite ratuur, de keuken, de muziek. Als dat kwartje nou gewoon eens wilde vallen... Maar het viel niet, niet tijdens zijn leven in ieder geval. Het wapen van Tjalie Robinson tegen de desinte resse om hem heen was te blijven getuigen. Die desinteresse was de motor achter Tong Tong en Moesson. 'Temidden van de miljoe nen die ons niet verstaan' wilde hij een eigen Indisch papieren cultureel archief nalaten en hij heeft het gedaan. In mijn geboortejaar 1972 schreef hij: 'Het is NIET waar dat het Indoschap (of welk mengbloedschap ook) zich in twee, drie generaties laat weg-assimileren. O laat wegwassen als een waterverf-kleurtje, als een soort van schande. Of geloven wij nog steeds het snorkerige, brallerige, domme lied van het schone Neerlands bloed, "van vreem de smetten vrij"?' Hoe realistisch is het om als minderheid te wachten op erkenning? Misschien wel net zo realistisch als hopen op de Backpay. Willen we na vijfhonderd jaar dat onze spreekwoordelijke postkoloniale vader ons alsnog erkent? En dan is alles goed? We bestaan. We zijn echt, met of zonder acknowledgement. Ook als we niet bij De Wereld Draait Door uitgenodigd worden. Wij zijn J.D. Salingers secret goldfish. Sssht, het is ons geheimpje. JANUARI 41 Moesson #7 januari 2017.indd 41 23-12-16 16:31

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2017 | | pagina 41