In het enig bekende zelfportret van
Bleckmann verraden amandelvormige
ogen en een fijngesneden mond zijn
gemengde afkomst
hoofdcommies. Datzelfde jaar trouwt Bleckmann met
Betsy Last, dochter van de procureur-generaal bij het
Hoog Gerechtshof van Nederlands-Indië. Op 24 februari
1877 wordt hun dochter Elisabeth Francoise geboren.
Als klein meisje in Indië wordt zij njonja ketjil (kleine
mevrouw of dame) of ketjil genoemd, waaruit haar latere
roepnaam Tjieke voortkomt.
Schilderen
Maar binnen een paar maanden na de geboorte van zijn
dochter, blijkt Bleckmann niet bestand tegen het tro
pisch klimaat. Tijdens een driejarig ziekteverlof in Neder
land wordt hij overdonderd door werk van schilders van
de Haagse School en besluit om schilderlessen te volgen
aan de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Am
sterdam. Daar wordt hij onder andere onderwezen door
August Allebé (1838-1927), die er sinds 1870 doceert, en
er in 1880 zelfs directeur wordt. Hoewel Allebé zelf een
getalenteerd schilder was, lagen zijn verdiensten met
name in het opleiden van enkele groten in de Nederland
se schilderswereld: zo zijn onder andere George Breitner,
Leo Gestel, Isaac Israëls, Kees Maks en Jan Toorop zijn
pupil geweest.
Als Bleckmann eind 1880 in Batavia terugkeert, met zijn
akte Middelbaar Onderwijs 'handteekenen en perspec
tief' op zak (hij heeft dan al aan twee tentoonstellingen
deelgenomen), wordt hij benoemd tot controleur in
Temanggoeng op Midden-Java. Maar na 2 jaar wordt
Bleckmann officieel aangesteld als leraar in het 'hand- en
rechtlijnig teekenen' aan het Gymnasium Willem III in
Batavia.
Zijn dochter Tjieke schrijft:
'Behalve op het Gymnasium gaf mijn vader ook nog les
op de Hogere Burgerschool voor meisjes, op de beide
kloosters aan de nonnetjes, schilderlessen aan een dame
die daar veel plezier in had en nog één of twee keer per
week een tekencursus in zijn grote atelier, zo tussen 4
en half 6. Daarbij zag hij ook nog kans mij niet naar de
Lagere School te laten gaan, maar zelf op te leiden voor
de H.B.S. voor meisjes. Hij werkte zo hard om zoveel
mogelijk geld te verdienen voor later, om zich dan hele
maal aan het schilderen te kunnen geven, wat hij nu al
zo veel deed als hij kon. Zo stelde hij ook zijn verloftijden
uit tot die zouden aansluiten bij zijn pensioen, zodat hij
dan even in de veertig zou zijn als hij helemaal vrij was.'
Heen en weer
1893: Willem Bleckmann heeft ruim 12 jaar in Indië
gewoond en zich als schilder ontwikkeld. Op een enkele
portretopdracht na - zoals de prestigieuze opdracht in
1883 om gouverneur-generaal Frederik s'Jacob te ver
eeuwigen - heeft Bleckmann naar eigen inzicht het Indië
geschilderd zoals hij het zag. Hij is nog maar een paar
jaar verwijderd van zijn pensionering (tropenjaren tellen
dubbel!), maar wederom blijkt hij niet opgewassen tegen
het tropische klimaat en gaat in april 1893 noodgedwon
gen op ziekteverlof naar Nederland. Tweeënhalf jaar
later keert hij zonder gezin terug naar Batavia. Zijn baan
als tekenleraar op het Gymnasium in Batavia is nu nog
slechts een kwestie van uitdienen. Aangezien hij alleen is,
heeft hij in zijn vrije tijd genoeg gelegenheid om te schil
deren. De dag na zijn 45e verjaardag wordt Bleckmann
eervol ontslagen en gepensioneerd. Hij verlaat Batavia op
8 maart 1898 aan boord van het stoomschip Godavery.
Nu kan hij zich volledig aan het schilderen wijden.
APRIL 41
Moesson #10 april 2017.indd 41 29-03-17 18:45