te
COLUMN
Lboct
*11
v-¥.i
Poirrié 'sPerikelen
ïü&'ial
Ég»iL
#L
Toen Hamid voor het eerst neuriënd en heupwiegend bij
ons binnenkwam, zat iedereen hem mlompong aan te
kijken. Sjahdoellah kwam het eerste bij. 'Miss Riboet', zei
hij diep onder de indruk. Miss Riboet ontpopte zich na
de verplichte testperiode tot een voorbeeldige patrouil-
lemaat, taai, goed gemutst en nooit te beroerd om van
een vermoeide maat wat bagage over te nemen. Alleen
als het gesprek op die testperiode kwam, werd hij wat
sikkeneurig en kon er geen stom woord vanaf. Begrij
pelijk, want we hadden hem voor zijn eerste patrouille
uitgerust met een buitgemaakte karabijn met afgebroken
slagpin. Uiteindelijk waren we toen nog niet zo van zijn
betrouwbaarheid overtuigd en je weet maar nooit. Ergens
bezuiden het kolonisatiegebied Belitang kreeg hij de
opdracht de Wai Oempoeh, dat is een kali van ongeveer
30 meter breedte, op een eventuele doorwaadbare plaats
te onderzoeken. Boze tongen beweerden, dat op de
zandbanken van die kali weleens zonnebadende kroko
dillen werden gesignaleerd, maar daar wist Miss Riboet
niets van, sommigen van ons ook niet.
In elk geval kweet onze verkenner
zich uitstekend van zijn taak, hij
kwam niet alleen ongedeerd
aan de andere kant, maar
wist ook nog een prauw te
versieren, waarmee hij ons
een nat pak bespaarde en
de nodige welverdiende
schouderklopjes kreeg. Op
de terugweg hielden we een
lange rust onder een
paar klapperbomen.
Gesterkt door zijn
huzarenstukje trok
Miss Riboet de stoute schoenen aan en zou met permissie
enkele klappers voor ons omlaag schieten. We zagen het
aankomen, de karabijn knalde niet, de eerste keer niet
en na enkele keren grendelen ook niet. Miss Riboet werd
steeds zenuwachtiger en wendde zich uiteindelijk met het
onwillige wapen en een gezicht als een verkleurde bang-
koeang tot ons. We hebben hem toen niet langer in het
ongewisse gelaten en alles eerlijk uit de doeken gedaan.
De rest van de terugweg heeft hij niet meer geneuried,
zelfs niet toen we hem er nadrukkelijk op wezen, dat we
zijn hele omgeving terdege onder schot hadden gehou
den toen hij met de karabijn in de aanslag door de Wal
Oempoeh waadde, wat ook echt waar was. Bovendien
had niemand ook maar één krokodil gezien.
Maar zoals gezegd. Miss Riboet werd toch een voorbeel
dig patrouillemaat echt zo een die je rustig achter je kon
laten lopen zonder kippenvel te krijgen. Alleen soms, als
hij een beetje sikkeneurig was, kon hij je op zo'n vreemde
manier aanstaren. Als een krokodil, voordat hij zijn prooi
te grazen neemt.
POIRRIE'ê
PRUIKEN
Jack Poirrié werd geboren in Batoeradja en woont sinds1951 in Nederland.
Elke maand schrijft Jack Poirrié in Moesson over zijn perikelen.
MEI I 19
Moesson #11 mei 2017 indd 1Q
26-04-17 17 43