In 1947, ik was bijna acht jaar, zou ik samen mijn vader Iedere maand vertelt een Moesson-lezer over zijn of haar familie-poesaka. Dit keer Marty Vermeulen-van der Wal. Douwe van der Wal (KNIL/KL 1935-1956) naar Nederland reizen. Zijn verlof werd echter ingetrokken en hij ging terug naar Sumatra. Alleen maakte ik met de Kota Baroe de lange reis. Een klein rieten koffertje met wat kleren was alles wat ik bij me had. Op 28 april kwam het schip in Rotterdam aan. Ik ging met de bus naar Friesland, naar mijn Pake en Beppe, de ouders van mijn vader. Pa kwam een jaar later met recuperatieverlof naar Nederland. Voor zijn moeder had hij dit doosje met zes gebaksvorkjes gekocht bij Mattalitti; nu al vele jaren in mijn bezit. Het wordt door mij gekoesterd en roept herinneringen op aan de reis en de tijd van toen. HEB JE EEN VOORWERP DAT JE KOESTERT OMDAT HET VERTELT OVER JE EIGEN INDISCHE FAMILIEGESCHIEDENIS? En wil je ook in deze rubriek staan? Mail dan naar redactie@moesson.com of bel Moesson: 033 - 4 611 611. JULI 33 MijnPoesaka Moesson #1 juli 2017.indd 33 23-06-17 18:05

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2017 | | pagina 33