Legong- danseres Uit de kunst Dit beeldje van een Legong-danseres is typerend voor de Balinese art deco stijl: heel gestileerd en sprieterig van vorm. Waar komt die vormgeving vandaan? Na de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog waren westerse kunstenaars op zoek naar een paradijs op aarde. Dat vonden ze op Bali, waar de bevolking in harmonie leefde met hun ge loof en de natuur. Ook de Mexicaanse schilder Miguel Covarrubias kwam voor korte tijd naar Bali om een boek over het eiland te schrijven. Hij verzamelde Balinese kunst- en gebruiks voorwerpen, waaronder lamaks] offerlopers van gevlochten palmblad die tijdens festivi teiten over de tempels worden gehangen. Het centrale motief op die offerkleden was een Tjili, een vereenvoudigde, geometrische vrou wenfiguur die de rijstgodin Dewi Sri voorstelt. Ze heeft een zandloper figuur, lange armen die eindigen in waaiervormige handen met op het hoofd een waaiervormige hoofdversiering. Tjili betekent klein en leuk in het Balinees. Covarrubias liet zich door zo'n Tjili inspireren toen hij twee Legong-danseressen schilderde met slanke, langgerekte, buigzame lijven en lange armen, daarbij ook denkend aan de verfijnde fysiek van de Balinezen zelf. Nadat de beeldhouwer I Telegan bij Covarrubias het schilderij met die Balinese danseressen gezien had, sneed hij een beeld van een Legong danseres in een vergelijkbare slanke, langge rekte vorm. Dit beeld markeert het begin van die nieuwe stijl en is te zien in het Puri Lukisan museum in Ubud. Veel Balinese beeldhouwers zouden al snel in die stijl werken, omdat ze die bewonderden. Het beeld op de foto, gemaakt door een anonieme houtsnijder, vertoont de gelaatstrekken van beeldjes die voor de Tweede Wereldoorlog zijn ontstaan, zoals de schuinstaande ogen, de rechte neus en de volle lippen. De Legong is een van de belang rijkste dansen op Bali. Het is een sierlijke dans met hoofd-, oog-, hand- en vingerbewegingen, gekenmerkt door vrouwelijkheid en gratie. Oorspronkelijk werd het door jonge meisjes gedanst die de puberteit nog niet hadden bereikt. Meestal wordt de Legong door drie personen gedanst, twee prinsessen en een hofdame. Frans Leidelmeijer bespreekt iedere maand kunst die is ontstaan uit Europese en Indische kruisbestuiving. DECEMBER I 27 Moesson #6 Hecomher 2017 CC18 \/2 inHH 27 23-11-17 0Q-24

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2017 | | pagina 27