0 EXPOSITIE Zeventig jaar nadat hun werk voor het eerst te zien was in Nederland, hebben de Indonesische gebroeders Djaya opnieuw een expositie in het Stedelijk Museum. Moesson bezocht met curator Kerstin Winking de tentoonstelling. voor de REVOLUSI Door Ricci Scheldwacht Fotografie Stedelijk Museum Amsterdam/Gert Jan van Rooij Het is een opmerkelijke geschiedenis die geheel in de vergetelheid was geraakt. In 1947 vertrekken de Indonesische broers Agus en Otto Djaya met de boot naar Nederland. In hun bagage brengen ze meer dan honderd schilderijen met zich mee, voornamelijk werk van eigen hand. Ze nemen hun intrek in een huis aan de Paulus Potterstraat 20 in Amster dam, waar ze ook hun atelier inrichten. Aan de overkant van de straat, op nummer 13, is het Stedelijk Museum gevestigd. In datzelfde jaar nog organiseert het Stedelijk Museum de eer ste tentoonstelling van de broers Agus en Otto Djaya in Nederland. Het is de tevens de eerste keer dat niet-westerse hedendaagse kunste naars een solotentoonstelling in het Stedelijk krijgen. Hoe de broers dat voor elkaar hebben gekregen is nooit opgehelderd, wel is bekend dat ze goed contact hadden met Willem Sand- berg, de directeur van het Stedelijk Museum. In een brief van 2 januari 1948 vragen ze wan neer hij bij hun thuis langskomt om hun werk te bekijken voor een verkooptentoonstelling later dat jaar: 'We wonen een paar passen van uw Heiligdom.' Geheime missie Nu, zeventig jaar later, exposeren de gebroe ders Djaya opnieuw in het Stedelijk Museum. Curator Kerstin Winking die verantwoordelijk is voor de tentoonstelling, herontdekte in 2012 het werk van de Djaya's in de collectie van het Stedelijk Museum toen ze werkte aan een tentoonstelling over hedendaagse Indonesi sche kunst. Na een reis naar Indonesië en een verblijf in Yogyakarta raakte ze nog enthousi aster. Agus Djaya zou later van grote invloed zijn op de Indonesische moderne kunst. Het werd tijd voor een hernieuwde kennismaking AUGUSTUS27 Moesson #2 augustus 2018.indd 27

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2018 | | pagina 27