'OP VAKANTIE HEB IK YANTI MOETEN BELOVEN DAT IK MIJN SMARTPHONE IN DE KLUIS WEGSTOPTE' INTERVIEW in moeten investeren als ze zich erin hebben verdiept en ze weten wat het is.' Wat is het? 'Cryptocurrency, ofwel digitale valuta. Als alternatief voor de al bestaande geldsoor ten. Bij zo'n tweehonderd bedrijven kun je er al mee betalen. Maar betalen is slechts één toepassing van het systeem. Je kunt er ook mee sparen of erin beleggen, in die zin kun je het vergelijken met aandelen of met goud. Maar er kan in principe nog veel meer mee. Je kunt het toepassen op alles waarvan je wil dat het wordt vastgelegd. Van huizenbezit tot de verkoop van concertkaartjes en de controle daarop. Of alles wat je nu vastlegt bij de no taris. Dat kan ook hiermee en het systeem kan het bovendien ook uitvoeren.' Een systeem dat iets uitvoert, dat klinkt verontrustend. 'Aan de hand van wat jij wil dat het systeem doet. Jij voert de gegevens eerst in. Het sys teem gaat niet zelf nadenken.' Vroeger was hij altijd al dingen aan het bedenken. Toen zijn vader voor het eerst een computer aanschafte en iets werkte niet, ging hij altijd zitten uitvogelen hoe hij het program ma weer aan de praat kon krijgen. 'Ik ben altijd bezig met gebruiksgemak. Iets moet gebruiksvriendelijk zijn. En als dat niet zo is, wil ik dat verbeteren.' Een tijdlang werkte hij als UX designer, ont werper van applicaties. 'Vanuit die achter grond wil ik dingen makkelijk maken. Samen met mijn ontwerpers ontwikkelen we software voor de Gulden. Stap 1 is om die zo gebruiks vriendelijk mogelijk te maken. Stap 2 is om dat zo helder mogelijk te communiceren naar de gebruikers. De laatste tijd ben ik vooral met dat laatste bezig. Ik ben continu in gesprek met de mensen die Gulden gebruiken.' Laatst was hij met zijn vrouw op vakantie in Thailand. Toen heeft hij haar moeten beloven dat hij zijn smartphone in de kluis wegstopte, anders was hij ook daar de godganse dag alleen maar aan het appen over Gulden. 'Yanti is Balinese, vorig jaar zijn we getrouwd.' In 2006 was hij voor het eerst op Bali, nadat zijn Indische oma hem had verteld dat hij het daar vast heel mooi zou vinden. Toen hij er voor de eerste keer was, voelde dat meteen goed. 'De mensen waren vriendelijk en relaxed, ze maakten zich niet zo druk om alles.' Het jaar daarop ging hij weer. Hij voelde zich zo senang dat hij besloot om er te gaan wonen. Aan de Jalan Benasari, een zijstraat van de Jalan Legian in Kuta begon hij een winkeltje waar hij T-shirts aan toeristen verkocht. Daarvan kon hij leven. Hij woonde boven het winkeltje. Uitein delijk bleef hij vier jaar op Bali, waar hij Yanti ontmoette. 'We gaan nu elk jaar naar Bali. Ook om haar ouders te bezoeken.' Het Indische heeft hij 'heel erg' van zijn familie meegekregen. Hoe ze in de familie met elkaar omgaan. Hoe ze bij elkaar kwamen op feestjes. Oma Kilsdonk, zijn grootmoeder van moeders kant had vroeger een toko in Etten-Leur. Met haar ging hij ook weleens mee naar kumpu- lans. Ook de moeder van zijn vader - strafrecht advocaat Peter Plasman - werd in Neder- lands-Indië geboren. 'Zij was verzetsstrijder Bep Stenger, die tijdens de oorlog in Indië krijgsgevangen heeft gezeten. Daar heeft ze nog een boek over geschreven. Toen ik nog heel jong was heb ik met haar een krans ge legd op de Dam. Toen heb ik de koningin ook nog een handje geschud.' Een Indo zal hij zichzelf nooit noemen, maar als mensen het hem vragen, zal hij wel altijd zeggen dat hij Indisch bloed heeft. 'Indische mensen gaan op een bepaalde manier met elkaar om. Er is een soort warmte, die je niet bij gewone Nederlanders ziet.' Van dat Indische gevoel is hij zich bewust, maar hij voelt niet de behoefte om zich te ver diepen in het Indische verleden. 'Mijn moeder is heel erg bezig met het verleden, met het uitzoeken van de familiestamboom. Dat heb ik helemaal niet. Wat dat betreft lijk ik meer op mijn vader, je leeft in het heden en ikzelf ben liever nog bezig met de toekomst.' Hetzelfde ziet hij bij zijn Balinese schoonfami lie. Die weet heel goed wat er in het verleden is gebeurd en wat de Nederlanders destijds hebben gedaan. 'Haar ouders kennen de geschiedenis. Maar dat hebben ze achter zich gelaten. Dat is het verleden. Dat is geweest. Ze kijken vooruit. Er is geen enkele wrok.' Met Yanti bezoekt hij elk jaar de Tong Tong Fair. 'Ze was nog maar net een paar maanden hier en toen had ze al een heleboel Indische en Indonesische vrienden. Elke week spreekt ze af, en dan zijn ze wel met z'n twintigen. Alles door elkaar. Indische mensen, Balinezen, mensen van Java. Ik verdien mijn geld door het ontwerpen van software en bij de start heb ik een aantal Gulden betaald gekregen. Daardoor ben ik onafhankelijk. Maar zonder haar had ik dit nooit kunnen doen.' SEPTEMBER 41 Moesson #3 september 2018.indd 41 29-08-18 20:31

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2018 | | pagina 41