'AL TIJDENS HET GEDWONGEN VERBLIJF
IN EEN CONTRACTPENSION RESULTEERDE
DE VERPLICHTE INHOUDING OP HET
MAANDLOON IN ARMOEDE EN TOTALE
ONTGOOCHELING'
met jam, sterk verdunde maaltijdsoepen en
aangelengde melk.
Daarnaast bespaarden veel eigenaren op de
kosten van elektriciteit en water: om acht uur
's avonds gingen alle lichten uit en eenmaal
per week mocht er gedoucht worden. Met als
vuistregel dat er per gezinslid maar twee mi
nuten douchetijd was. Beschikte een contract
pension niet over een badkamer, dan kregen
de gezinnen een kwartje uitgereikt om naar
het plaatselijke badhuis te gaan.
De tragiek was dat de Nederlandse Staat de
kostwinner van ieder ontheemd gezin een
schuld oplegde voor de kosten van dit tijdelijk
verblijf. Standaard werd zestig procent op het
maandinkomen ingehouden door de dienst
doende contactambtenaar, een vertegenwoor
diger van het Ministerie van Maatschappelijk
Werk. Wanneer er meerdere kostwinners
binnen hetzelfde gezin waren, zoals de echt
genote of volwassen kinderen, dan dienden zij
allemaal hetzelfde percentage over hun loon
af te dragen.
Ondanks de ingehouden bedragen bleef er
altijd een restschuld voor de opvangkos
ten staan, vermeerderd met de kosten voor
de overtocht naar Nederland; de verplicht
aangeschafte, tweedehands winterkleding die
tegen de volle prijs gefactureerd werd; en de
verplicht aangegane lening voor de inrichting
van de toegewezen huurwoning.
Door een toenemend gebrek aan controle op
de kwaliteit van de opvang ontstond corruptie
binnen het opvangsysteem. In feite at iedereen
er goed van: de eigenaren, de contactamb
tenaren die op de dag van hun wekelijkse
bezoek uitstekend eten geserveerd kregen,
de Nederlandse middenstand, waaronder de
warenhuizen C&A en V&D, en de maatschap
pelijk werksters die voor het 'aanleveren' van
gezinnen bij een vaste kledingzaak commissie
ontvingen.
De ontheemde gezinnen daarentegen kregen
letterlijk de rekening gepresenteerd: de
zogeheten schuldbrief, verstuurd door het
Ministerie van Maatschappelijk Werk, plofte
op de mat van het contractpension wanneer
het gezin op het punt stond naar een eigen
huurwoning te vertrekken.
De restschuld, die in termijnen betaald diende
te worden, werd overgedragen aan de ge
meente waar het gezin zich vestigde. Dit had
tot gevolg dat gezinnen jarenlang in armoede
moesten leven. Wettelijk was bepaald dat de
schuld na tien jaar aflossen kwijtgescholden
zou worden, maar even zo vaak kwam het
voor dat er twintig (en soms dertig) jaar lang
afgelost werd zonder dat de overheid ingreep.
Sommige gemeentes hieven daarbij illegaal
rente over het openstaande bedrag.
De stille armoede achter de voordeur ver
oorzaakte verdriet, schaamte en wanhoop.
Al tijdens het gedwongen verblijf in een
contractpension resulteerde de verplichte
inhouding op het maandloon in armoede en
totale ontgoocheling. Voor KNIL-militairen die
overgingen naar de Koninklijke Landmacht
gold dat ze vrijwel zonder uitzondering in rang
gedegradeerd werden.
In het Utrechtse contractpension De Smelt
kroes, een statig herenhuis op de hoek van de
Julianalaan, grenzend aan het Wilhelminapark,
beroofde een KNIL-officier zich van het leven.
De kamer waarin de tragedie zich voltrok,
wordt na verloop van tijd toegewezen aan
het Indische gezin Fuchs. Zoontje Pim krijgt
elke nacht op een vast tijdstip hetzelfde beeld
op zijn netvlies: een man met een platte pet,
gekleed in een grijze driekwart jas met epau
letten van de Landmacht.
'Iedere nacht verscheen hij. En iedere keer
schrok ik enorm', vertelt Pim Fuchs. 'Huilend
liep ik naar het bed van mijn ouders en riep ik:
Orang, orang(Een man!)
Pas wanneer de beheerster van het pension
twee weken later informeert of de opvang
bevalt, lichten de ouders haar in over de
nachtelijke huilbuien van hun zoontje. De vrouw
verbleekt op slag en geeft dan schoorvoetend
toe dat ze de waarheid verborgen wilde hou
den over wat er in de kamer is gebeurd. De vol
gende nacht wanneer de geestverschijning zich
weer aandient, spreekt Pim's vader hem toe:
'Mijnheer, wilt u mijn zoontje met rust laten?'
'Vanaf dat moment was het afgelopen', her
innert Pim zich. 'Het was een dwalende ziel
die bleef terugkeren naar de plek des onheils.
Ik hoop dat hij zijn rust gevonden heeft.' Het
is nooit achterhaald wie de KNIL-officier bij
leven was.
In contractpension d'Rustenburgh in Hilversum
ziet de 21-jarige Jeanne IJssel de Schepper
hoe wanhopig haar Indische en Indonesische
medebewoonsters zijn. 'Het eten was steeds
gemengd: aardappels met andijvie, met spi
nazie, wortels of zuurkool. En als we om rijst
vroegen, kregen we nasi uit blik. "Als het je
niet bevalt, ga je maar terug naar Indonesië",
kregen we van pensionbeheerder Streep te
horen wanneer we over de eentonige maaltij
den klaagden.'
Streep weet tot achter de komma wat het ver-
dienmodel van een contractpension is: in korte
APRIL 41