'Dit jaar is het precies vierhonderd jaar geleden dat Coen Batavia stichtte, de stad die eeuwen later onder de naam Jakarta zou uitgroeien tot een van de grootste metropolen van Azië VIRTUAL REALITY genoemd, naar zijn geboorteplaats, maar dat ging de VOC toch wat te ver. Batavia werd het dus, vernoemd naar de Bataven. Inmiddels had Coen het stokje overgedragen aan Pieter de Carpentier, die in 1627 besloot om zijn stad, pas acht jaar oud maar toen al de hoofdstad van de VOC in Azië, eens goed in kaart te laten brengen. Landmeter Frans Floris van Berckenrode kreeg de opdracht om een enorme, gedetailleerde kaart te schilderen van Batavia. De kaart is daarna waarschijnlijk met De Carpentier mee gereisd, helemaal vanuit Indië terug naar Nederland, en is jarenlang een pronkstuk van het Oost-Indisch Huis in Amster dam geweest. Je sleutels kan je kwijtraken, je pinpas, je mo biele telefoon, je trouwring. Maar een schilde rij? Een doek van drie bij twee meter? Hoe het kan is een raadsel, maar de kaart van Batavia verdween, en zoals dat gaat met verloren voorwerpen raakte de prachtige kaart in de vergetelheid. Pas in 1918 duikt hij weer op, op de zolder van het gemeentehuis van Hoorn. Slordig opgevouwen, gescheurd en zwaar beschadigd. Valt er nog iets te redden? Het Rijksmuseum denkt van wel, maakt de kaart schoon en geeft hem een nieuw doek. Het is de oudste geschilderde kaart van Batavia, dus dat verdient hij. Vergane glorie, maar glorie niettemin. Sinds 1919 hangt de kaart in het Westfries Museum in Hoorn, de geboorteplaats van Jan Pieterszoon Coen. Zijn beroemde en bekriti seerde standbeeld staat op het plein voor het museum; vanuit zijn ooghoeken zou hij het doek misschien kunnen zien hangen. Dit jaar is het precies vierhonderd jaar geleden dat hij Batavia stichtte, de stad die eeuwen later onder de naam Jakarta zou uitgroeien tot een van de grootste metropolen van Azië. Voor de en levendig knooppunt van culturen, pro ducten en mensen, maar wel eentje met een donker verleden. Dat begint al bij de stichting van Batavia: op de brandende resten van een verwoeste stad. In zijn zoektocht naar een handelscentrum voor de VOC had gouver neur-generaal Jan Pieterszoon Coen zijn oog laten vallen op het havenstadje Jayacatra. Daar bouwde hij een fort, maar zonder daar voor toestemming te vragen aan de plaatse lijke vorst van Mataram, sultan Agung. Deze sloot daarop een verbond met de Engelsen, de grote concurrenten van de VOC. Tevergeefs: de schepen en het leger van Coen waren te sterk en Jayacatra werd volledig in de as gelegd. Op 30 mei 1619 stichtte Coen er zijn nieuwe stad. Het liefst had hij die Nieuw Hoorn JUNI 41

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2019 | | pagina 41