INDONESIË Echtpaar Hanny en Djon Sardjono behoorde in de koloniale tijd tot de Indonesische regerende adel. In 1945 sloot Djon zich aan bij de republikeinse troepen. Hoe kijken zij terug op hun leven? TEKST EN FOTOGRAFIE SUZANNE LIEM 'WE ARE THE FADING AWAY GENE RATION' Djon Sardjono (Jatilawang, 1928) was in zijn werkzame leven bij de marine, was namens de krijgsmacht lid van het Indonesische parlement, was directeur-generaal van het Ministerie van Landbouw en Visserij, en werkte als senior vice president bij een Amerikaanse oliemaatschappij. Zijn vader was ambtenaar in het Nederlands-Indisch Binnenlands Bestuur. Nadat Japan de oorlog had verloren, sloot Djon zich als 17-jarige aan bij Indonesische troepen en vocht hij tegen de Nederlanders. In 1950 werd hij toegelaten tot het Koninklijk Instituut voor de Marine in Nederland. In Den Haag leerde hij Hanny (Meester Cornelis, 1932) kennen. Hanny's vader was op dat moment met zijn gezin in Nederland; als eerste Waar nemend Hoge Commissaris vertegenwoordig de hij Indonesië. Hanny en Djon trouwden in Bandung in 1955. Ook Hanny's vader was in de koloniale tijd regent - net als haar beide grootvaders. Vanwege hun verdiensten zijn ze ooit door koningin Wilhelmina onderscheiden. Hanny en Djon hebben zeven kinderen en zij spreken onderling Nederlands. Suzanne Liem sprak Hanny en Djon op 29 september 2018 in hun huis in Jakarta en fotografeerde hen. Vooral Hanny voerde het woord; Djon vulde haar af en toe aan. Djon lijdt aan Alzheimer. Het gesprek vond plaats na afloop van een feestelijke bijeenkomst van een grote groep vrienden van Hanny en Djon. Zij komen regelmatig bij elkaar, ook om Nederlands met elkaar te spreken. Hanny: 'Het is heel toevallig dat een van onze kleinkinderen is getrouwd met een kleinkind van een van onze vroegere tegen standers. Die oorlog was tegen elkaar... Dat vertel ik ook aan mijn kinderen en kleinkin deren. Ik zal je een foto laten zien. Dit is het leven van onze ouders in de Nederlands- Indië tijd. Dit is mijn grootvader van vaders kant. En dit is mijn vader die net de taak van regent van zijn vader heeft overgenomen. Dit was zijn inauguratie als regent. Hier ben ik. Met mijn tweelingzuster. Deze twee meis jes. Ik ben in 1932 geboren en dit is gebeurd in 1941. Dus ik was een meisje van zeven?' Djon: 'Negen.' Hanny: 'Dat is ons leven en we hebben er niet om gevraagd. We zijn hiermee geboren. Dat vertel ik. Dat is mijn - onze - morele plicht om het aan onze kinderen te vertellen. Ze hoeven het niet te begrijpen. Net zoals jij je dat misschien ook niet kunt voorstellen, dat deze generatie bestaat. Heeft bestaan. Ja, we zijn heel erg blij dat we dit nog met je mogen delen. Want we are the fading away generation. En we zijn beiden blij dat we jouw generatie mogen ontmoeten, want het leven gaat gewoon door. We zijn blij dat we ons land hebben gediend in zovele perioden. Mijn grootvader van moeders kant was de regent van Batavia centrum. Mijn vader was Binnenlands Bestuur ambtenaar. Ook zijn vader. En BB-ambtenaren waren de eerste Indonesiërs, zoals sultans enzovoort, die de Nederlandse regering de hand toereikten. De Nederlandse overheid kon hier in dit land geen enkel programma volbrengen zonder deze BB-ambtenaren. Want de Nederlandse AUGUSTUS21

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2019 | | pagina 21