Als klein meisje wilde Henda Phaff-Suverkropp heel graag een oudere broer. Ze ontdekte bij toeval dat haar moeder een zoon had uit een eerder huwelijk, maar zij liet daar niets over los. Na haar moeders overlijden in 2000 kon Henda eindelijk op zoek. Een r oudere broer 'In mijn ouderlijk huis in Den Haag stond vroe ger zo'n oude hutkoffer. Daarin bewaarde mijn moeder persoonlijke spulletjes, zoals foto's en brieven. Op een dag was ik ziek thuis en ver veelde ik me. Nieuwsgierig aangelegd, ging ik op onderzoek uit en opende de hutkoffer. Toen kwam ik erachter dat mijn moeder al eerder getrouwd was geweest. Dat had ze mij en mijn broertje en zusje nooit verteld. Ze wilde er op dat moment niet veel over kwijt. Wel vertelde ze dat uit dat huwelijk een zoon was geboren. De foto's uit de hutkoffer toonden een Indisch jongetje met mooie lange krullen. Een aantal jaren later, in 1957, vertelde ze me dat hij haar had geschreven en contact met haar wilde. "Oh leuk", zei ik, "heb ik eindelijk een grote broer die voor me op kan komen!" "Nee", was daarop haar antwoord, "daar zijn jullie nog niet aan toe." Teleurgesteld dacht ik toen: nee, jij bent daar niet aan toe. Toch hebben mijn ouders nog wel geprobeerd deze zoon op te sporen, maar die poging strandde. Het eerste huwelijk van mijn moeder was kennelijk geen gelukkig huwelijk. Het weinige dat zij er over kwijt wilde, was dat ze op een dag vertrok en al haar spullen achterliet. Om te kunnen scheiden had je in de jaren dertig "de grote leugen" nodig en mijn moeder nam de schuld op zich voor het mislukken van het huwelijk. Zoiets doe je natuurlijk niet zomaar, want daarmee verspeel je je recht op bijvoor beeld alimentatie. In dit geval werd ook het kind aan de vader toegewezen. Naar de wer kelijke reden voor de breuk blijft het gissen. Mijn moeder was gelukkig financieel onafhan kelijk, ze was lerares op een fröbelschool. Haar DOOR JOSSELIEN VERHOEVE FOTOGRAFIE SERGE LIGTENBERG zoontje kreeg ook les van haar. Door de familie van vaders kant werd hij echter van school gehaald; men achtte het niet in het belang van het kind om zo vaak nog bij zijn moeder te zijn. Tijdens de oorlog bleven mijn moeder en ik buiten de kampen. Die jaren leefden we van ruilhandel en interen. Door de oorlog in Azië met aansluitend de Bersiap en de migratie naar Nederland, verloor mijn moeder ieder contact met haar ex-man en zoon. Dat moet vreselijk zijn geweest voor haar, maar ze had het er nooit over. Ze heeft natuurlijk wel al die tijd de spulletjes meegenomen: eerst na de scheiding, gedurende de oorlog en al die jaren daarna. Mij vertrouwde ze ooit toe: "Ik heb tegen je vader gezegd, wat je ook doet, neem me nooit mijn kinderen af." Mijn moeder stierf in 2000. Ik ben bij haar sterfbed geweest, maar echt een goede band 42 MOESSON

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2019 | | pagina 42