Het ongeluk Dit is een uitstekend verhaal, kort, zakelijk, koel geschreven, zonder één ogenblik partij te kiezen en de opinie geheel over te laten aan de lezer. Ook dit verhaal bespreekt (als het gedicht van Sinjooude „halfbloed-problemen": a. ik word er vanwege mijn kleur uitgegooid; b. de meisjes zoeken alleen maar naar geld en welstand i.pl.v. een „vent" zoals ik. De schrijfster benadert het probleem van een zó saai alledaagse kant, dat het verhaal als verslag van een gebeurtenis zowat niets waard is: zo maar een gesprek tussen twee onzeker zoekende kleurlingen in een restaurant. Maar juist door dit kleed van banale ontmoeting en banaal gesprek zonder oplossing wordt de ho peloze verlorenheid van deze mensen navranter Voor wie het betwijfelt: wij tarten u antwoord te geven op de vraag aan het einde. Wie probeert het „just for the sport"? Ergens in de stad zat ik na kantoortijd met een collega nog wat na te puffen van de doorstane routine ellende van elke dag hetzelfde kantoor. Ze had een krant voor de neus en las met grote belangstelling de huwelijksrubriek, terwijl ik met glazige ogen van vermoeidheid de stroom voorbij gangers probeerde op te nemen. Hier moet je even kijken! DIT is iets voor iou! Ze boog zich naar me toe en wees met haar wijs vinger een advertentie aan. Ik las deze met ge paste belangstelling: PEN PAL. Where does knowledge lead to? Why are nations divided? What can one do to unite mankind? Man English speaking desires to meet friend. Love books, asks and answers such ques tions? Letters nr. De vragen deden me mijn moeheid vergeten. Hoe krom of scheef ook ik zou de vragen beantwoor den! Aldus begon een interessante ontmoeting tussen twee gemengbloedigen van totaal verschillende ethnologische herkomst. What's your name? Begon ik alledaags. Joseph Coffey. en hij toonde me zijn Ame rikaans paspoort, waarin stond dat hij gepensio neerd intelligence officer was. Achtendertig jaar oud en gepensioneerd! Dat is iets voor de Ne derlandse regering, lijkt me. Hier moet je tot je 65ste doorsukkelen onder betaling van een pre mie, waarvan je een deel terugkrijgt als je nog niet ter ziele bent tegen de tijd dat het betaal baar wordt gesteld. Ze hebben hem gepensioneerd omdat hij te goed was. Hij wees daarbij naar de rug van zijn hand, die koffiebruin uit een spierwit overhemd stak. Wat doe je anders dan schaapachtig kijken? Hij legde me dan ook uit, dat het voor hem eigen lijk een ontslag betekende uit de positie die feite lijk een blanke toebehoorde. Dus omdat die func tie te hoog voor hem was, werd hij gepensio neerd? Op vakantie gestuurd voor de rest van z'n jaren? Nou, man klap in je handen, lel jezelf eep paar keer op je schouders! Hij kneep nerveus zijn ogen dicht en vertrok daarbij zijn mondhoe ken tot bijna de neusvleugels, lachte toen en klopte me amikaal op de schouder. - - More coffee? Nope, thanks Voor ik het wist flapte ik uit: - Maak van de nood niet een deugd, want die bestaat niet, maar maak er een vreugd van! Oleh! That's new. - What are you doing in Europe? vroeg ik terwijl hij me vuur aanbood en wij de zoveelste sigaret paften. I'm looking for a girl friend zei hij eenvou dig. Dat had ik kunnen weten, wist het ook wel, maar wilde het waarom weten en daar kwam ik snel achter. Hoe knettergek het mag klinken, maar ik was heus met m'n volle aandacht bij ons gesprek, ik bedoel ik zat niet te luisteren met een half oor. Dit heb ik gehoord: - Our women! They are too luxury. All they live for is luxury! Get them a Cadilac, they will ask you for a Rolls Royce soon! Get them a farm they will ask and bore your with a Castle somewhere in Europe! It is never enough! What ever you give them! It is never enough! Talk to them about something else except love-clothes- cars-love-love-love-clothes-cars. Damn it! They will turn into goats! Aw! It hurts me to talk like this about my people! Weer kneep hij zijn ogen stijf dicht en trok met zijn mondhoeken. Zijn lange magere handen met de doorzichtige ovale nagels die het bijna paarse vlees daaronder zichtbaar maakten, omsloten het kopje voor hem op tafel. Ik vroeg hem of hij niet een beetje heel erg zat te overdrijven. Neen, dat was niet zo, verze kerde hij me. Van overdrijving was geen sprake. Het was slechts logisch! Buiten kletterden de regendruppels tegen het raam. We gaan immers de zomer tegemoet? Ge dachten tuimelden door mijn hoofd. Dit is een man, die zijn groep is ontgroeid. Een man die zijn groep ziet en aanvoelt als ongetwijfeld een slak zou doen die zijn huisje te nauw en te krap steeds weer met zich mee moet dragen, omdat hij zonder zijn te krappe huisje toch nergens an ders onderdak kan vinden. Ergens moet er een verwantschap in gedachten zijn tussen iemand die ik via ons blad heb mogen leren kennen en deze man. Aanvankelijk kalm en bijna excuserend maar later teleurgesteld en bijna bitter sprak hij: Wij gemengdbloedigen beseffen niet en misschien wel nooit, hoe rijk we zijn, juist omdat we blended zijn! Maar we hebben geleerd men, de blanke, de zg. zuivere broeder, heeft ons geleerd ons zelf te zien als iets kreupel, niet passend bij deze „KLEINE NONNA". Worden aan dit gedichtje de literaire eisen ge steld van rhythme, rijm, enz., dan krijgt het mis schien een onvoldoende. Maar als we de aller eerste eis van alle goede poëzie stellen: EERLIJK HEID, dan is dit gedichtje een prijswinner. Zon der de voor zoveel Indische jongens toch pijnlijke zaak dramatisch voor te stellen, zonder te zoeken naar schone woorden, stelt Sinjo een oud probleem aan de orde: het bekoorlijke Indische meisje, dat een huwelijk „omhoog" wil doen om de betere sociale positie te vinden, die ze wenst, maar daardoor het milieu verlaat, waar haar bruine partner niet uit kan. Hoeveel eenvoudige Indische gezinnen zijn er niet geweest, waarin alle dochters huwden met totoks en alle zoons (die vaak vér weg zaten van alle beschaving) huwden met Indonesische vrou wen! Ja. hier is veel leed omi geweest terecht of niet wordt erbuiten gelaten en Sinjo stelt het aan de orde in een eenvoudig gedichtje, waarbij hij zichzelf ook nog in het ootje durft te nemen! Goede filosofie, goede menselijkheid! Waarom toch, kleine nonna. Kijk je Sinjo nooit eens aan? Als hij probeert met je te sjansen, Doe je preuts en laat hem staan. Maar als zo n blonde totok, Slechts even naar je kijkt, Lach je direct heel liefjes, Zoals het Sinjo tenminste lijkt. En hierdoor, kleine nonna. Maakt Sinjo zich dan kwaad. Verblind door bittere woede, Pleegt hij dan zijn verraad. Hij zoekt zich een totok-meisje. Per advertentie: „Voor bioscoop en dans, Zoekt Ind. jongeman enz. En zie nu krijgt hij kans. De brieven stromen binnen, Met foto's: uiteraard, Waar Sinjo thuis op zijn gemak Om beurten dan op staart. Dan doemt plots voor z'n geestesoog, Jou donkere ogenpaar Hij schuift de foto's weg en mompelt: „Wah, sudah seh deze, niet maar!" SINJO. en niet passend bij die groep. Neem het woord „bastaard". De manier waarop het wordt uitge sproken! Ze hebben ons nog meer geleerd, name lijk naar hun normen te leven en het gekke is dat we dan juist crippled zijn! Als je naar hun standaard leeft ben je echter regu en dan nog tot op zekere hoogte! Bij voorbeeld zoals een eend in een kippenhok door de kippen wordt geduld. Heb je dat wel eens gezien? Heb je wel eens een eend tussen kippen zien opgroeien? Opge sloten in een kippenren? De eend mag gaan en staan waar hij wil, alleen. Als er voer wordt gestrooid, dat de eend heeft leren eten, maar niet eens blieft, toch tot zich moet nemen om te kunnen leven en daarom ijverig de korrels met z'n snavel bij elkaar grabbelt en daarbij de afstand tot de kippen vergeet, zorgen zij er wel voor) dat hij goed beseft dat hij te dicht genaderd is. O.K. Kippen pikken elkaar ook wel als een jongere te dicht bij een oudere staat, maar een eend valt eerder op dan een kip, zelfs onder de kippen! Ha-ha-ha! Misschien is het omdat de kippen jaloers zijn omdat de eend zwemmen kan en zij niet! Maar die stomme eend beseft het niet! Beseft niet dat hij zwemmen kan, misschien omdat er geen water in het hok is behalve de drinkbak dan. En wat zie je? De eend staat zich voor de drinkbak belachlijk te maken door te doen alsof hij zwemt! Hij zwemt in zijn verbeel ding, als hij die heeft! De kippen denken dat hij stapel krankzinnig is en pikken hem ook daar vandaan. Dat is het waarom men, thuis zegt, dat het er niet toe doet of je een Negro bent of een blanke. Je moet maar het ongeluk of het geluk hebben als de een of de ander geboren te worden. Dit laatste heb ik niet goed begrepen, nog er ger ik heb verzuimd hem om nadere uiteenzetting te vragen. Wie heeft zin me te sshrijven? Wat zou hij be doeld kunnen hebben door te zeggen: Je moet maar het ongeluk of het geluk hebben als de een of de andere geboren te worden doe lende op het feit een Negro te zijn geworden of een blanke. ANGNES WATERMAN. TUIG. In het Amsterdamse studentenblad P.C. wordt de grote groep repatrianten aangeduid als „groot vuil". E.e.a. in het kielzog van communistische en links-socialistische beschuldigingen dat wij kolo nialen, uitzuigers en dieven zijn, die nu profiteren van een heerlijk leventje in onze „zeeroversnesten". Van jongelui, die van het leven niet meer gezien hebben dan schoolbanken, kan moeilijk wat an ders verwacht worden. Maar hoe te denken over onze repatrianten van „het betere soort", dat zo smalend over de kleine Boeng spreekt als van „dat tuig dat petjo spreekt waarmee men zich liever niet „encanailleert Zijn zij dan vergeten dat deze repatrianten vaak aan het eind van de beschaving leefden als de laatste pioniers, zonder één enkele Nederlander, zodat hun taal noodzakelijk verbasterde? Of dat zij terugvielen naar de rand van de kam pong omdat de Europese maatschappij hun niet gebruiken wilde of kon, zodat zij een beter spre kende omgeving móesten missen? En zijn wij dan vergeten dat juist dit „tuig in de grote ellenden van de krijgsgevangenschap door hun grote kennis van de natuur het voedsel, en de me dicijnen vonden om hun grote Boengs het leven te redden Dat zij door hun grotere physieke weer standsvermogen (wie in armoede leeft kan veel verduren!) de moed erin hielden tot de bevrijding kwam? Dat zij na de oorlog een nieuwe oorlog in gingen van de politionele acties, terwijl de grote Boengs in de veilige stad alweer ijverig begonnen te werken aan hun particuliere bestaan, maar zij ontberingen leden en de dood in de ogen zagen aan de verste perimeters? Grote Boeng, wees niet trots op dc waarden die God U gegeven heeft, en kijk niet neer op de Kleine Boeng, die zo slecht bedacht werd. maar andere gaven heeft van hart en geest, die Uw aan dacht en hulp verdienen. Tuig? Laten wij dat lelijke woord afschaffen! RAWIT.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1958 | | pagina 4