esmnD TOM ADO hulpen onmisbaar! Voor Uw keuken zijn de praktische Vraag Uw winkelier naar de handige kleine Tomadocatalogus ..HARTEWENSEN VAN ELKE HUISVROUW of schrijf naar Tornado - Dordrecht Afdeling j Reclame 1 IK EN BENTIET Op een dag ik ontmoet Si Bentiet van achter. Ik zing de welbekende lied: „Zie de maan schijn door de bomen. Sinterklaas kepala botak!" Si Bentiet hij draai om fliehensfluh en beuk. Maar ik pareer. Ait! Hij beuk weer. Ik pareer weer. Ait! Hij trap. Ik stap atreit, angkat sijn poot. Pok! Hij fal. Per- baas, Si Bentiet. Hij zeg: „Jij kén poekoelan-Depok fanwaar!" Ik zeg: ,,Ik leren van Gandam. Goeroe Pasar Tji- plak!" Ondertussen niet waar. Alleen prongeluk mijn gre pen hoet. Maar Si Ben tiet, fol onzach sèh. Hij zeg: „Jij leren mij, Tjalie!" Ik zeg: „Hoe kèn. Ik betalen duur en dan foor neks ik leren jou. Onbestaanbaar." Hij zeg: „Hoefeel jou onkos." Ik zeg: „Per maan ah pop fijftien sen. Hij zeg: „Fijftien sen-nja foor wat." (Onhelofih). Ik zeg: „Foor séhel." Hij zeg: „Oooo." Ik zeg: „Je dèng ik ferlak. Hij zeg: „Bijna maar ik deng je ferlak. Ik zeg: „Bijna maar ik goenting jou arm tot he- broken. Jij si, jij fal aan." Hij zeg: „En dan blédihen mij. Kepala botak! Ik zeg: „Apalagi botak, 'ntiet! Litjin jou kop. Tot kilap in de son, seh. Waarom!" Hij zeg: „Spelen in de tuin." Ik zeg: En toen." Hij zeg: „Heraak getah nangka. Ik zeg: „En toen." Hij zeg: „Knippen." Ik zeg: „En toen." Hij zeg: „En toen tjongkèl lelijk." Ik zeg: „En toen." Hij zeg: „Mijn moeder boos. Di tondeuze. Ik zeg: „En toen." Hij zeg: „Spelen in de tuin." Ik zeg: „En toen." Hij zeg: „Heraak getah nangka weer." Ik zeg: „En toen." Hij zeg: „Di tjoekoer tot op." Ik zeg: „Tsk-tsk-tsk. Jou moeder. Streng seh. Hij zeg: „Wat streng! Wreet! Sij seh: als nou kena getah nangka, fèl-nja ik halen draf." Ik zeg: „Adoeh, di-skalpeer seh." Hij zeg: „Laat maar bebloet tot dood. Als so waarfoor lefen, ja of niet. Ik zeg: „Ie-ja." En toen somber alle twee. En lopen door. Tot sien tjapoeng njang mooi. Ik zeg: „Jo fangen tja- poeng, 'ntiet!" Hij zeg: Aseesee." En dan ik zeg: „Halen getah nangkah eers." En toen sonder reden hij beuk mij. Heloof je! TJALIE ROBINSON. GEEN AFSCHEIDING. U wilt geen afscheiding? Klopt. Wij ook niet. Maar help dan mee door abonné-werving zoveel leden te krijgen, dat wij niet langer een orgaantje zijn van een handjevol zeurpieten, maar een zelf bewust blad in de rij van Nederlandse tijdschrif ten. Niet LEUTEREN over AFSCHEIDING maar DOEN voor INTEGRATIE! MY HOME IS MY CASTLE. In de contractpensions Oldevecht (bij Ommen), Olympia (bij Nieuwenhagen, Limburg), worden de vrijgezellen ondergebracht. Het is er allerge zelligst, maar met gezelligheid alleen koop je na tuurlijk niet veel, want we moeten aan de slag en wel met de meeste spoed. Want elke dag ver blijf in deze pensions zonder dat je werk hebt, betekent: je schuld wordt groter. Teroes tambah! Dat is niet zo best. En dan ook: je begint je akelig te vervelen. Elke dag niksen maakt een flinke vent dol van verveling. En je hebt te weinig geld om iets te doen of te kopen. Ik begon dus de eerste de beste dag al met te in formeren, hoe ik aan de slag kon komen. Gelukkig zijn er maatschappelijk werksters met wie je het een en ander kunt bespreken. Die helpen meezoe- ken. Heel vaak helpt dat goed, een enkele maal lukt het niet direct om iets naar je zin te krijgen. Ik heb daarom een andere weg gevolgd, niet uit eigenwijzigheid, maar ook omdat ik in mezelf de neiging heb, om mijn eigen boontjes te doppen. Van de maatschappelijk werkster kreeg ik een woonadres in de hoofdstad. Ik moet bekennen, dat ik wel even geaarzeld heb, of ik het zou doen of niet. „Ajo, peh, brani dong! Nou, vooruit, niet te lang zeg. Ajo, samen maar." En zo vertrokken we op een dag in de richting van het avontuur in Am sterdam, Henk en ik. We hadden behoorlijk bericht gegeven van onze plannen, kregen daar reisgeld voor en in de hoofd stad was het eerste wat we deden, nadat we in het pension waren aangeland, ons op weg begeven naar de afdeling Sociale Zaken van de Gemeente. Dat is allemaal niet moeilijk te vinden, als je maar vraagt. Iedereen doet dan zijn best je vooruit te helpen. Van die dienst kregen we steun voor de tijd dat we nog geen betrekking hadden. De tweede stap was een bezoek aan het Geweste lijk Arbeidsbureau. Dit staat ook wel in practisch iedere stad. Je krijgt dan een kaart mee en die helpt iets voor je te zoeken, waar we dankbaar gebruik van gemaakt hebben. Gelukkig slaagde ik erin zelf wat te vinden via een advertentie uit de krant en Henk kreeg iets goeds door de hulp van het Bureau. Never mind. We verdienen wel niet veel, maar het eerste wat we deden, nadat we een maand lang ons weekloon hadden geincasseerd, waseen gezellig kamertje zoeken voor niet te veel geld. Weg uit het pension, my home is my castle Dat is een gezellig avontuur. Maar daarover een volgende keer. P. G. DESSAUV AGIE. BELASTINGDESKUNDIGE, stelt zich vanaf heden ELKE WOENS DAG en ZATERDAG beschikbaar voor het verstrekken van GRATIS ADVIEZEN in belastingzaken voor atonné's van TONG-TONG. HET PROJECTIEL. Het was in oorlogstijd verboden, zich tijdens het alarmsignaal buitenshuis te begeven, om naar vij andelijke vliegtuigen in de lucht te kijken. Over treding hiervan werd met opsluiting in de Kempei- tai gestraft. Overdag waagde niemand zich dan ook aan een dergelijk experiment. Maar op een stille, donkere tropennacht hoorden mijn huisge noten en ik het zwaar geronk van een bommen werper, nadat 't alarmsignaal geklonken had. Ik zag mijn huisgenoten één voor één om de hoek van hun kamerdeur gluren om te zien of de anderen hetzelfde deden. Wij begrepen elkaar en als vanzelfsprekend slopen wij zwijgend naar buiten, om te wachten bij ons schuilkeldertje. Het hart klopte mij in de keel. Het gestadig ge ronk, zonder iets te zien maakte ons bang Wat ging er gebeuren? Onze zenuwen waren tot 't uiter ste gespannen, juist omdat er niets gebeurde, maar ook omdat wij vreesden ontdekt te zullen worden. Opeens hoorden wij een rollend geluid, gevolgd door zó een harde klap op 't zinken dak van ons huis, dat wij van schrik op onze benen stonden te trillen. Mijn adem stokte. Onze eerste reactie was snel in de schuilkelder te springen, om dekking te zoe ken voor 't vreemde projectiel dat zo plotseling uit de lucht was komen vallen en misschien dade lijk zou ontploffen. Het voor ons onbekende voorwerp rolde 't zinken dak af, waarbij ten tweede male een doffe slag, nu op de grond ver nomen werd, terwijl het in haar vaart verder rolde, de kuil in, waar wij in stonden. Gegil, paniek! 't Was alsof één onzer door het projectiel dodelijk getroffen was want de onge lukkige zeeg zuchtend ter aarde neer, daar in die kuil. Vlug droegen wij de getroffene naar boven en dank zij de eerste1 hulp b.o., kwam zij spoedig weer bij. Toen liepen wij, met uitzondering van het flauwvallertje, weer naar onze kuil-schuilkel- der waar 't vreemde voorwerp nog moest liggen. Met een roodafgeschermd zaklantaarntje, rondom de kuil geschaard zochten wij het avontuurlijk gat af. Wij zagen het projectiel in de kuil rond razen als een voetzoeker, niet in staat tegen de steile wanden op te komen. Het eigenaardige van het geval was, dat het vreemde ding tot stilstand kwam, zodra het in de rode stralen van het zaklantaarntje terecht kwam. waarbij 't ding dan een merkwaardig sissend geluid gaf. Ik werd bang en meende dat het projectiel nu wel ontploffen zou. Ik kon de moed niet meer opbrengen om er langer te blijven staan. De E.H. B.O.-ër wel! Deze bukte zich voorover en met j een ongelofelijke durf trachtte hij het gevaarlijk projectiel te grijpen, doch hij sprong huiverend weer overeind en bleef ontzet bewegingloos staan. „Nou?" waagde ik vanuit een veilige afstand, hem met een hese, geforceerde fluisterstem toe te roe- pen: „Heb je nog wat kunnen constateren?" Een onderdrukt „ja" liet hij horen en plotseling opqewonden, luider: Ja..., ja, nu zie ik het. Het is een RAT!" Th. E. Solbrig. j CORRESPONDENTIE. „PUCK", uw brief met postzegels en toezegging i voor medewerking in dank en in uw bijzonder geval met vreugde! ontvangen. Wij kunnen u echter geen krantjes toezenden omdat u vergat uw naam en adres te vermelden. Hierdoor werd uw pseudoniem een rookgordijn met niets er achter NIET VERGETEN IS SENTIMENTALITEIT? Wat vreemd dat zoveel Indische Nederlanders ons verwijten dat wij het verleden niet vergeten willen. Zij beschouwen dit als een gebrek aan aan passingsvermogen en een bewijs van waardeloze sentimentaliteit. En toch doet elke Nederlander, elke Europeaan, elk beschaafd volk dat: het ver leden bewaren in. musea, bibliothcca en monumen ten. De herinnering aan het voorbije kweekt namelijk trots, zelfbewustheid en verantwoordelijkheidsge voel. Een volksgroep die zijn verleden verloo chent. is niet waard een nieuwe toekomst te schep pen. Want de bereidheid om een dierbaar verle den te vergeten houdt in dat men later ook het heden zal willen verloochenen. Dat is ontrouw. En dat is onbeschaafd. Verre van te willen toe geven dat wij sentimenteel zijn, stellen wij juist vast dat wij één van de beste karaktereigenschap pen van onze volksgroep verdedigen.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1958 | | pagina 6