1001
10
Over Zuidelijk eten en nog wat
AVONTUREN MET
DE SOETIL
De Tollenaar en het
Pokkenbriefje
Houdt U van knoflook (bawang poetih)? En vindt
U het naar als Uw Hollandse vrienden dat aan
Uw adem ruiken? Nu, dat is te verhelpen met een
koffieboon of chlorophylkauwgom. Maar laat U
vooral het genot van dit uitstekende ingrediënt niet
afnemen. Enige jaren geleden werd hier de knof
look zeer aanbevolen voor ,,het behoud van jeugd"
en dat soort dingen, maar de lucht willen ze er
niet bij! Er zijn toen reukloze knoflookpillen in de
handel gekomen, die je zo moet doorslikken, Is het
geen zonde van dat goeie eten?
Laten wij ons vooral niet generen voor onze eer
biedwaardige knoflooktraditie. Bij de Hollandse
lekkerbekken gaan steeds meer stemmen op om
deze kostelijke kruiden te gebruiken. Een van hen
is de befaamde smulpaap en kok Werumeus Bu
rning (verder dichter, reiziger enz.) die geregeld
in Elsevier ons tot experimenteren met allerlei
kruiden aanzet en die ook enige boekjes met zui
delijke gerechten heeft uitgegeven (o.a. Honderd
avonturen met de pollepel). Bij zuidelijke gerechten
denkt men in Nederland niet zo zeer aan Indische
en Chinese, maar aan Portugese, Spaanse, Itali
aanse en Griekse gerechten. Die komen er steeds
meer in, ook door het vele reizen van de laatste
jaren. En geloof maar, dat in die landen heel wat
knoflook gebruikt wordt! Vele Hollandse gezin
nen eten geregeld risotto, paella en pilaf, om drie
zuidelijk nationale schotels te noemen, waarbij uien
rijst en knoflook een grote rol spelen. Ze nemen
dan de opgetrokken neuzen van collega's en buren
de volgende morgen op de koop toe. Verder zijn
de nasi goreng en bami hier al enorm ingeburgerd.
De belangstelling van de Hollander voor de Euro
pese sub-tropen is de laatste jaren geweldig toe
genomen door de goedkope bus- en kampeerreizen
die worden georganiseerd. Velen die nog wat on
wennig staan tegenover de talen die je niet op
school leert nemen eerst zo'n gemeenschappelijke
busreis en bekijken de zaak in groepsverband. Als
ze dan het land van hun keuze wat beter kennen
gaan ze er vaak alleen op uit. En dan wordt het
meestal kamperen. Er zijn uitstekende bungalow-
en kampeerterreinen, vooral in Frankrijk met be
hoorlijk veel comfort; maar in die zuidelijke en
niet zodicht bevolkte landen kun je meestal je tent
wel opslaan op een plekje dat je lijkt bij een
beekje of bij een meer zonder op officiële ter
reinen aangewezen te zijn.
Waarom vertel ik daarover aan mensen die vaak
zich nog niet eens in kunnen richten met de om
vangrijke en degelijke inventaris, waar hier ieder
een naar streeft?
Om aan degenen die zich in Holland koud en
miezerig en beklemd voelen te zeggen: Holland is
Europa niet. Holland is goed en best en veilig
en beschermd maar wat erg nauw-huisje. Voor
al Zuid-Europa ligt de Indische mensen veel meer,
maar de meesten weten het niet. Alleen moet U
niet direct aan de Rivièra denken, waar het een
dure en drukke bedoening is.
Maar de kleine kustplaatsen en bergdorpjes aan de
zuidwestkust van Frankrijk, in de provence, in
de pyreneeën en op dé Spaanse eilanden, in Zuid-
italië enz. tonen een vriendelijke en eenvoudige
bevolking, die veel van goed eten en verzorgde
kleren houdt en zich niet al te druk maakt om
perfect geïnstalleerde woonhuizen. Men put of
pompt het water, gaat 's morgens vroeg naar de
markt, eet overdadig 's middags en rust heerlijk
in het donkere koele huis tot het weer tijd is om
te baden, en piekfijn aangekleed te gaan flaneren
of babbelen op de banken van de pleintjes met
platanen en fonteinen.
Aan alle mensen die deze zomer in Holland een
beetje op elkaar gepakt zitten te kleumen zou ik
willen zeggen: koop nou maar geen televisietoestel
of wasmachine op afbetaling die brengen je het
geluk toch niet in huis. Als je wat over kunt
leggen trek er dan op uit, naar het zuiden, en
blijf zitten op een pleintje dat je bevalt in de zon
(en niet in een bungalowkamp met hollandse keu
ken! Eet toch vooral het eten van het land zelf!
Weet U dat de kanjergrote oedangs meteen in
Bordeaux en Marseille te krijgen zijn).
En komt dan weer naar ons veilige Holland terug,
terwijl je weet er is nog van alles te beleven, ook
in het oude Europa.
LIESBETH VERSPOOR.
PERKEDEL DJAGOENG
Hierbij nog een recept nu de bloemkool goedkoop
is, het smaakt naar perkedel djagoeng, ahem ahem!
Voor 4 tot 6 personen.
Ingrediënten: 1 bloemkool, bawang poetih, bawang
merah, 3 tot 4 grote lepels zelfrijzend bakmeel,
1 ei, zout, peper, suiker, nootmuskaat, wat gesne
den selderij bijvoegen en wat melk (santen van
de koe).
Alles goed door elkaar roeren en dan met een
lepel als gehaktballen of plat opscheppen en goud
bruin bakken.
Hierbij serveren sajoer lodeh tjemploeng. Groenten
van de sajoer, bloemkool, boontjes pronkboontjes
smaakt naar katjang pandjang) kool en worteltjes,
als U lekker vindt. Boemboe, bawang poetih (3
sioeng) 1 awang merah, 2 tjabé idjo en merah
en 2 salam bladeren, wat stukken laos, wat zout,
suiker, indien U heeft wat oedang kering en wat
bouillon en gehakt. Met wat djagoengkoekjes is
het overheerlijk! Koken met wat water en wat
melk toevoegen.
TANTE D.
Miljoenen bruine mensen (waaronder weer miljoe
nen mengbloeden) in Midden- en Zuid-Amerika
eten deze perkedèl djagoeng dagelijks en noemen
het „tortilla". En de beroemde schrijver John
Steinbeck noemde één van zijn kostelijke boeken
„Tortilla Flat". Ach, mijn beste lezers! Niet ver
geten toch wat ons lief was en wat goed IS. Niet
eeuwig naapen wat van een ander is en verloo
chenen wat van jezelf is! Indische meisjes, wees
ders en zusters aan de Equador ons ver vooruit,
trots op je Indische keuken en je Indische kook
kunst. Wees koppig en vindingrijk en zoals hier:
zelfs als er geen djagoeng is, maak je tóch perke
dèl djagoeng! Eet smakelijk, eet met plezier en
leef gezond.
T. R.
OLIFANTEBILLETJES
Men neme een stel olifantebilletjes, verwijdere de
uitgewanden en schere de haartjes zorgvuldig weg
met een tuinschaar. Men wikkele de. billetjes in
twee ton papajablad (voor mals) of in een bas-
sintje looizuur (dito). Na 22 uur in de pan, zon
der margarine of roomboter (de fant smoort in
zijn eigen oli gaar). Uitjes, spruitjes naar smaak.
Serveren met staartje omhoog (vastbinden aan
vlaggetjes (naast staart geprikt). Benzine erover.
Brandend opdienen, licht uit, brandweer opbellen.
En nu aan de slag, huisvrouw!
P.S. Niet voor mensen met een vals gebit. Te
nuttigen met onze slagtanden direct nadat de rook
is opgetrokken.
HEEFT TONG-TONG ONGELIJK?
Best mogelijk! Het is ook best mogelijk, dat juist
U weet welke kant wij uit moeten. Juist daarom
vragen wij ELKE lezer: wend U niet af van
TONG-TONG. Schrijf ons Uw mening. Stuurt
Uw bijdrage.
Vergeet niet: er is nog NOOIT een Indisch blad
geweest. Wel bladen in Indic. Wat iets heel an
ders is. TONG-TONG moet de Indische instel
ling nog peilen en zijn juiste karakterinhoud leren
vinden. Dat kan alleen als zoveel mogelijk stem
men worden gehoord: ook de scherpste anti-stem
men.
TONG-TONG wil juist NIET één enge richting
uit.
Men is veelal gelukkig GETROUWD dan GE
LUKKIG getrouwd.
Toen de Hollandse OVWers voor het eerst van
hun leven in Djakarta kwamen, hoorden tot hun
onzegbare verbazing buiten op straat verkopers
roepen: ,,Thee-jajem!" Binnengeroepen en wat was
hetSatè-ajam! Onze brave saté-ajam-verkoper is
niet alleen bij ons, maar ook bij hen sindsdien een
welkome gast geweest. En bij menig chique fuifje,
als de Europese makanan-ketjil en hors-d'oeuvres
al verdwenen waren, kwam na twaalven als redder
in de nood de saté ajam van de straat! We heb
ben dit onvergelijkelijke gerecht geserveerd ge
zien voor de fijnste haute monde destijds en nu
hoe zouden we schransen als op zo'n koude win
teravond de ,,tèk-tok"-Chinees en de Madoerese
saté-verkoper weer langs zouden komen!
Het was warm op de kade en de wachtdoende
douanier, pet scheef, stoel achterover, beentjes op
het muurtje, zag doezelend toe, hoe tot driemaal
toe de alom bekende havenarm, met zijn tas, waar
op duidelijk havenarts met een rood kru:sje stond
haastig de poort passeerde, of liever, hij zag het
niet of hij zag het wel, maar wis: dat het de
havenarts was.
Toen de havenarts, voor de vierde maal, van
boord komende, passeerde, werd de brave tolle
naar wakker, stond op, zette zijn pe recht en
vroeg de haasthebbende havenarts: ,.Bent U de
havenarts? ..Jawel mijnheer", zei deze.
„Mag ik dan uw boordpas even zien?" „Als U 't
belieft" en hij toonde prompt zijn aanstelling, pas
poort, havenpas en permanente boordpas en
pokkenbriefje.
Welk laatste document momenteel een der be
langrijkste stukken is welke een dient te bezitten.
„Dank U" zei de tollenaar en wou weer rustig
gaan zitten.
„Mag ik nu even Uw pokkenbriefje zien", vroeg
onze leutige arts nu, volkomen in z:jn recht. Prompt
stond de douanepet weer scheef maar nu van
schrik Hij had er geen. ,.U mag dus niet een:; op
het haventerrein", antwoordde de dokter coen,
„maar kom morgen vroeg direc. bij mij in de
havenkliniek een pokkenbriefje halen, missihien
prik ik u dan zo hevig dat u mijn ger'ch als ha
venarts niet kunt vergeten!
(De Ambtenaar.)
Hai, waar blijven die ex-douane-ambtenaren met
hun humortistische en spannende avonturenMoe
ten we alles vergeten