A WAS PERKEDEL! GROTE BOEIMGS Wfl maken allemaal samen ons Kerstnummer Ons leven lang hebben wij, Indische Nederlanders, ons Kerstnummer kant en klaar in onze voorgalerij gekregen („Wow-wow!" „Tsk-tsk-tsk!" „Aadoeoeoe, so mooi!"), maar nu, waarde lezers, nu wij ons blad zelf maken maken wij ook ons Kerstnummer zelf. Ja ja, iets scheppen betekent vooruit kijken („Gouverner c'est prévoir!") en nu kijken we twee maanden vooruit. Alleen maar twee maanden vooruit, want UITERLIJK 28 NOVEMBER a.s. moet alle ingezonden kopij in ons bezit zijn. Wat Uw redactie verlangt is: 1. verhaaltjes (KORT) anecdoten, moppen. 2. tekeningen. 3. fotos. Wij hebben in ons leven heel wat bijzondere kerstvieringen meegemaakt: in de stad en in de oedik, onder Christenen en onder heidenen, in vrijheid en in krijgsgevangenschap, op gewekte en verdrietige (maar hoopvolle), in eenzaamheid en in kolossale familie-reünies, met fantastisch rijke en jammerlijk armzalige kersttafels, met gedonder van mertjon of gra- naatvuur en in majestatische stilte, hoog in de neveliqe bergen en laag op een eenzame, moerassige tandjoeng, in een prauw op zee of in een draagstoel in de Boekit Barisan, met kerstgans, kerst-causaris en kerst-katik. laat mij uitscheiden. Er is geen volk ter wereld dat zó gevarieerd dit Feest van Hoop heeft gevierd als wij. Nu, getuig dan, lezers en lezeressen. Schrijf desnoods een klein memootje, een enkele bijzon derheid. Vindt oude foto's en tekeningen of maak ze nu. Maar denk erom: liefst zo bijzonder of zo karakteristiek mogelijk. Dus liever GEEN foto van een kerstboom in een moderne zitkamer (waar niets tropisch aan is) en met nette meneren en mevrouwen er om heen gedrapeerd, maar echt „thuis", Indisch-thuis. Zodat je ergens toch ook wel zien kan dat het geen Europees Kerstfeest is, maar een Kerstfeest in een warm land. Wij hebben bij voorkeur ernstige of stemmingsstukken, maar per sé mag de humor niet ontbreken. Kerstmis was bij ons nooit een stijve, overdreven vrome beweging, maar een blijmoedig feest. Ach, dat weet LI best wel. En wacht U vooral niet tot eind november, maar begin zo gauw mogelijk. Juist nu het nog warm is, lijkt de temperatuur het best op de kerst-temperatuur van het oude Indië. Wij van onze kant beloven U dat wij een extra dik nummer zullen maken, zo mogelijk in kleur, dat wij met trots kunnen aanbieden aan het Nederlandse volk als souvenir van een klein Christenvolk, eens levend achter de horizon, maar met trots de sterkste tradities hoog houdend van een waarlijk Christelijk Europa. En nu: aan de slag en selamat kerdja! Tjalie Robinson. P.S. Wie even een eindje minder ver vooruit kijkt, ontdekt Sinterklaas. Hey you! Zit er niet overal een kostelijke Sinterklaas-herinnering verstopt? D'r uit ermee en opgestuurd. Vlug! P.S. P.S. (S.O.S., S.O.S.!) Werf intussen vééél lezers. Hoe meer lezers, hoe geweldiger Kerstnummer! Bij bestrijding van de hondsdolheid reden in het begin van deze eeuw in Semarang de honden karren rond Deze wagens werden getrokken door zogenaamde kettingberen politioneel ver oordeelden) die gewapend waren met lange bam boestokken waaraan een rotan strop bevestigd was. In de regel waren er vier van deze strapans bij elke wagen onder toezicht van een Mandoer, even eens een gestrafte, die eeri witte band droeg waar op een ,,M" stond. Allen waren gekleed in het be kende vaalbruine pak met de zwarte hoofddoek. Er werd jacht gemaakt op verwaarloosde, loslopende honden. De vangst viel in het begin wel mee, maar na enkele dagen leerden de honden de kar kennen en maakten zij dus dat zij uit de buurt kwamen. Daarom werd een lokmiddel in gebruik genomen: pèrkedèl. Dat waren fricadellen, in olie gebraden en in een apotheek ingespoten met vergif: strych nine. Vanwege het gevaar mochten deze gehakt ballen alleen gehanteerd worden door Europese schouten en politieopzieners, die bij toerbeurt dienst deden. Men ging er in de regel 's middags om een uur of vijf op uit, naar de aloon aloon, waar zich veel mensen hadden verzameld om te luisteren naar de muziek van de schutterij, of te kijken naar een voetbalwedstrijd. Natuurlijk ontbraken de ver kopers van drinken en eten ook niet en rond hun pikoelans zwierven de gladdakkers. Op een middag liep er ook de bekende, lange, oude schout Van der Plas, met achter zich een geelvink, die het si garenkistje droeg waarin de fricadellen. In de nabijheid van een paar honden werd een balletje neergelegd. De honden hapten toe en vielen dan een eindje verder neer. De kettingberen haalden de kadavers op. Een eind verder weer een paar honden, ditmaal goed verzorgde dieren, eigendom van militairen die daar ook wandelden. De militairen lachen en kijken toe. Een dikke tangsihond komt naar een gehaktballetje toe, ruikt er aan, licht zijn poot op om erop te U weet wel. De schout natuurlijk kwaad. Hij jaagt de hond weg. De geelvink raapt het balletje weer op en de militairen brullen het uit, de schout loopt statig door. Maar iedereen jaagt al wat hond is weg en roept Awas, perkedel!! O. GEEN ANTWOORD? Wie op een brief of inzending nooit bericht heeft gehad, wordt verzocht dit per briefkaart aan ons te melden. Het is zeer wel mogelijk dat post in het ongerede ils geraakt. Redactie en Administratie schrijven terug op ALLES waar een antwoord op verwacht mag worden! Waarom weten wij zo weinig van onze eigen mensen af? En waarom trekken wij daaruit de conclusie dat onze groep geen Groten heeft? Wat zijn wij b.v. waard als bouwers? Weet U dat één van de grootste ingenieurs die de wereld kent (thans werkend voor de UNO) een Indische jon gen is? Prof. dr. ir. W. J. van Blommenstein, die thans de enorme irrigatiewerken in Pakistan uit voert, de man van het Brocopondo-plan (dat Ne derland niet aandurfde en thans uitgevoerd wordt door Alcoa), van het Taroem-plan, van het Se- rajoe-plan, van de Nickerie-polder! Weet U dat de langste brug in één overspanning van Neder land (bij Rhenen) het werk is van een Indische jongen, ir. W. J. v. d. Eb? Dat de nieuwe enorme havenwerken van Perzië worden uitgevoerd door een Indische jongen, ir. J. F. Bish, die ook andere bijzondere werken in Nederland op zijn naam heeft staan en in zijn vak een reputatie heeft als uit vinder? Weet U dat een van onze beste plano logen, ir. Tom Nix, een Indische jongen is? Wij zijn er altijd als de kippen bij om grootheden elders te bejubelen en wij kijken onze eigen garde voorbij! Weet U dat één van Amsterdams groot ste burgemeesters, burgemeester Van Leeuwen (een straat en een school in Amsterdam heten naar hem), een Indische jongen was? Weet u dat die bankbriefjes die u zo nonchalant door uw vin gers laat glijden (van f 10,van f 25,en f 100,— laat ze vaker onze kant uit glijden!) getekend zijn door een Indische jongen, Eppo Doeve? Hoe slecht kennen wij onze groep. En hoe schaam tevol bereid om te zeggen dat we maar onder moeten gaan in een ander volk „net zo lang tot de bruine Indo is weggeassimileerd!" We roeien daar mee één van de kostbaarste en nuttigste kruiden uit in Nederlands volkstuin. Schaamt U, weglopers en onderkruipers! En de besten onder ons: formeert U, „serrez les rangs"! Wees zelfbewust. Wees TROTS! ABONNEMENTEN BUITEN Nw. Guinea f 2.00 P- maand f 2.50 P- maand Ver. Staten f 2.00 P- maand Suriname f 1.50 P- maand f 1.50 P- maand f 2.50 P- maand Canada f 2.00 P- maand Nw. Zeeland f 2.50 P maand Zd. Afrika f 2.50 P- maand ALLES PER LUCHTPOST OMAATJE Kijkend naar de Hollandse dames, die op hun bal konnetjes zitten te bruinen: „Astaga! Blanda hij wil bruin. Indo hij wil niet. Als assimilatie, roe- wet-ah!" Zeeland zoals de plaatsje en ook citerspele. in. Onvergtelijk blijft voor ons de muziek uit Indonesië, de schoonste Europese klassiek ten spijt. Ja, we voelen ons rijker omdat we het ene kunen waarderen en. het andere kennen en liefhebben ook! Zullen wij ooit vergeten de tuimelende angkloeng op een ochtend-pasar, de verre gamelanklanken van de kapoepatèn in een klein stadje, de avonden met ke- tjapi-klanken uit de kampong achter ons huisAh, ondankbaar en dom is hij die dit vergeten wil. Is niet de moderne Franse componist Boulez zó bezield van alle muziek uit het oosten, dat hij hele gamelan-accoorden in zijn hyper-moderne composities opneemt? En zouden wij dan zeggen: ..Ik assimileer! Geef mijn ut draai-orregel maar!" Eén van de onvergetelijke musici uit dat oude Indië is de blinde ketjapispeler van Braga in Bandoeng (voor Toko Nieuw- in de Dierentuin), die vaak plotseling kon aangrijpen met een diepe melancholie - in ..The third Man". Voor hem ruimen we in TONG-TONG graag een extra- Foto ingez. door W. G. Retel Helmrich

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1958 | | pagina 2