3 Cultureel Kriiigleven „Tong-Tong" - 21 November MAN1SEE! Kringavond Amsterdam: in de smalle school gangen een enorm gedrang voor de expositie van foto s en schilderijen van Indische artisten. Hoe jammer dat nog steeds gelden en localiteiten ontbreken om deze kunst meer recht te doen wedervaren (links). De avond bracht nog wat kleinkunst: het muzikale groepje Stralendorff/Ling/mevr. v. Sluis met oude liedjes uit de tropen in frisse nieuwe arrangementen en voordrachtgeen stupide naaperij van Indonesische volkskunst, maar een nieuwe en gedurfde interpretatie: Indische kunst op zijn best! Een overzicht van de zaal in Amsterdam. Geen stoel onbezet, legio staanplaatsen: geluk en trots op wat wij ZELF kunnen creëeren en aanbieden. De goede invloed van de Grote Boengs (78 a/o van onze lezerskring) op het maatschappelijk leven rondom het tijdschrift TONG-TONG is niet te miskennen. Het gehalte van de avondjes wordt beter en beter. Tarians en crooning verdwijnen en maken plaats voor serieuzer werk. Werkelijk een flinke sprong vooruit werd gedaan op 21 novem ber met de avond in Amsterdam en de avond in Den Haag. Amsterdam Onder leiding van de jong-gardisten W. Wanrooy, B. Lawson en P. Oosterhoff (wat een „dash", wat een „daring"!) werd in Amsterdam onder moeilijke omstandigheden (een school-aula voor maar één avond) een expositie georganiseerd van Indische schilders, tekenaars en fotografen (36 in schrijvingen!) en een kleinkunstprogrammaatje (voordracht, zang, cabaret, muziek). Het con cours d'élégance was charmant en gedistingeerd. Glansrijk uitverkochte zaal, grote animo. Vooral als men beseft dat de Indische groep zoiets nog nooit gedaan heeft (exposities in Indië kwamen van de Kunstkring met meestal geïmporteerde kunst!), groeit het respect voor dit werk al bleek ons in de expositiegangen wel dat de door snee Indischman niet veel verstand heeft van kunst en nog steeds (ondanks alle assimilatie) niet goed snapt waar het heen moet. Actieve mede werking blijft nog gering, maar dat betert wel. Met 1959 gaan wij een jaar in dat veel creatief werk zal brengen! Op 17 december organiseert de Amsterdamse kring een avond in het St. Bavo-huis in de Sumatra straat (A'dam-Oost)tram 10, 3, 11 en bus D. Kaarten verkrijgbaar bij mevr. Keasberrij, Retief- straat 102 hs.; mevr. Lepiet, Pres. Steynplantsoen 8, beide A'dam-Oost; hr. W. Wanrooy, Wout. Pietersestraat 34, A'dam-West. Den Haag In de Hofstad waren het de heren Lucardie, Mul ler en v. d. Ven, geassisteerd door mevr. Grooss en mevr. v. d. Ven, die duchtig van leer trokken! De heer v. d. Ven ontpopte zich als een formidabel causeur, geestig, animerend, zéér instructief. De ■heer Lucardie is géén letterkundige, komt zoge zegd pas kijken, maar „tackelde" Willem Brandt voorbeeldig: zo ziet de niet-dichter de dichter, het contact van hart tot hart. Kunst is geen kwestie van insiders alleen, Indi sche kunst is de vreugde en trots van alle repa trianten. Goed gedaan. De dames Grooss en v. d. Ven en de heer Muller vormden de organisatie machine en zorgden voor animering. Tien met een griffel. Artistieke hoofdschotel van de avond was het klein concert van Fred Belloni met zijn orkestje van 14 man, merendeels totoks die Indië nooit gezien hebben, maar die blijk gaven van grote aangeboren muzikaliteit, want de vertolking was perfect. Dit orkest zal gewis uitgroeien tot een groot orkest dat een grote furore zal maken. Apart sierbloempje van de hoofdschotel: de Zat laatst op een terrasje aan het Spui (Tante Wies zegt hardnekkig Spij met een aanstiel uit haaltje) uit te kijken op al die rare wandelaars, die daar voorbij komen. Komen ook twee Ambon- nezen aangewandeld, een beetje breeduit, een beet je trots, een beetje senang. Ik ken ze allebei, oud vechtersbloed. Als ze dichtbij zijn, roep ik opeens: Ambon go home!" De tevreden ronde schouders worden op eens vierkant, de houding staccato, ogen rollen, tanden blikkeren ah, je ziet voor je geestesoog de karabijn in de linkerhand komen en de klewang in de rechter. Paraat in élke hinderlaag, zelfs op het Spui! Dan zien ze mij en er komt zo n lach op die twee gezichten, de lach van de ombak poetih-poetih van Saparoea en Ambon. „Bangsat loe!" Geef me dat ene woordje „bangsat" voor duizend lieve en no bele Hollandse namen! Van die pezige, stalen handdrukken. En van die lellen op schouders die door drie jassen heen gaan. Kopi keplèsèt (isterniet kopi toebroek hier!). „In clusief" plus extra aalmoes. Sombong. Plezier. Wat kan het Spui toch weergaloos mooi zijn. Zelfs bij guur weer. Soms. TJALIE ROBINSON. Wanneer er niets te schrijven zal zijn, moet gij juist dat schrijven. Cicero. Een mens zonder vergissing is één grote vergis sing. Zwijgen is goed, horen is beter en zien het best. TONG-TONG-mars. Het publiek was verrukt. Nog meer zulke muzikale avonden, maar dan voor duizend man! Dan was er het „pioniers- filmpje" van kolonel Maurenbrecher, klein, oud, amateuristisch, maar een zó levend document van onze oude Indische vastberadenheid en exploratie- durf, dat het publiek er méér door gevangen was dan door een supermoderne film van mooie-plaat- jes-kijkerij. Al met al een avond die smaakt naar véél reprises. Tot slot een suggestie van TONG-TONG: kun nen Amsterdam en Den Haag niet eens ruilen? Méér mensen moeten genieten van hetgeen onze groep presteren kan. En wat jammer dat TONG TONG nog niet flink genoeg groeit om uitgebrei der reportages te schrijven van deze avonden. Ze verdienen het zeker. Maar 1959 zal ons slagen brengen!

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1958 | | pagina 3