INDO'S IN AMERIKA INDISCHE KIJK OP EUROPESE MODE 10 1001 AVONTUREN met de soetil Niet Bogoc maar Wilmington Mijn man werkt van 's morgens 8 tot 's mid dags 4 in de huiden (hij keurt ze). Dan is 't vlug eten en weer naar zijn part-time job. De gas- station van 6 tot 10 en vrijdags en zaterdags tot 12 u. 's nachts. Ik zelf doe een part-time job van 13 uur (kinderen op school) en soms van 810 in de avond (kinderen in bed). Mijn job bestaat uit fashion show director zijn van costume jewelry en parfums. Dus we zijn bezig! Ik zal proberen voor TONG-TONG te schrijven, maar ik weet dat door dit schrijven de droom beelden zullen komen, die eens het ware leven waren Yvonne Michel, Wilmigton, USA Welk een heel andere geest vinden we hier dan die we zo vaak in Nederland vinden; hier een angst voor het bestaan, een zich verschuilen achter (en verkopen aan) .sociale zekerheden" en het zeurig verlangen naar zo min mogelijk werk voor zoveel mogelijk geld (,,The fault of the Dutch is giving too little and asking too much"). Yvonne, het ,,ware leven" dat we toen hadden, kregen we door de inspanning van ouders en voorouders, die hard aanpakten als jij. Geluk en welstand krijgt niemand cadeau (alle beloften van partij-politici ten spijt). Maak je eigen leven. Wees ondernemend en branie. En wees trouw aan de nagedachtenis van wat wérkelijk goed was. Groeten en selamat djalan van TONG-TONG! Seroendeng; ingrediënten: 1 teentje knoflook (ba- wang poetih), J4 rode ui, wat zout, suiker, trasi, ketoembar, djienten, wat asemwater, 2 salam blaad jes, een paar stukjes laos. Alle boemboe (ingrediënten) fijn oeleken, 250 gram klapper (cocosmeel) mengen in een wadjan op een heel zacht vuur gongsèng. Als het geelbruin wordt, dan wat olie in de wadjan doen, alles goed men gen, asemwater overgieten, wordt de klapper brui nig dan i pond zoute pinda's toevoegen, proe ven of er genoeg zout en suiker in zit, suiker moet de bovenhand hebben. De massa blijven roeren tot het goudbruin is. Eerst laten afkoelen, dan pas in fles of blik doen, dan blijft het croquant. Lottèk (rauw-kost): groenten: witlof 1 pond, 34 witte kool en het gele kropje van de andijvie, (togee en tahoe goreng erbij is ook lekker). Alles heel fijn snijden, goed schoon wassen. Dan in een tjobek oeleken: 1 knoflook teentje, een stuk je kentjoer, wat suiker, zout, een stukje trasi, sambal oelek toevoegen als men van pedis houdt en één of twee lepels pindakaas, een scheutje azijn daarna de fijngesneden groenten flink hierin mengen, proe ven voor het opdienen of de boemboe ,,sedep" is. Tante DUIF Uw blad Tong-Tong heeft San-Diego bereikt. In één woord „boekan main" zeg. Eindelijk weer een echt Indisch blad, zo fris, zo opgewekt en eerlijk. Met Tong-Tong in huis begint men weer te leven Je leest, je smile, je lacht, je brult, en dan weg zijn je zorgen. Je vertoefd weer in Mage- lang met je gedachten. De amerikaanse buren kwamen op ons geschater af, om eens te zien wat aan de hand was. „We couldn't understand, why you always so happy," zeiden ze. „This make us happy", en ik liet hem mijn Tong- Tong zien. „Must be a good paper zei hij. ,,Yes, indeed", antwoordde ik. „It is more than good, it's swell (Je van het, zegt men in Holland.) Tjalie, Tong-Tong geeft me weer moed om te schrijven. Je hebt me weer wakker geschud. Tong- Tong is geschreven voor de People en gekozen door the People. Daarom vrienden in Nederland werkt mee Laat dit ons streven zijn: „Tong-Tong is ons leven". R. LEYDECKER. TONG TONG LEH! Ik ken nog een paar regels van een Javaans kinder liedje dat ik vroeger vaak zong: Tong tong lèh, mbag gentong mati melèk (wakker - opa-zijn naam- dood-open ogen) Tong tong lèh, mbag gentong kantong bolong (een gat in de zak) Wie weet de andere versregels nog? Mevr. de V Aan Robert Mahieu Weet je nog die ene show van je jaren geleden in Des Indes. DjakartaTemidden van een kluwen van japonnen, mannequins en helpsters zag ik een slanke blondine wanhopig worstelen met een groen avondtoilet. „Ik kan dit ding onmogelijk aan, het past me niet!riep ze uit. Er ivas inderdaad iets vreselijks aan de hand met het lijfje, het lubberde, gaapte, 't zat niet. je keek even op van je spelden en zei kalm: „Je hebt 'm achterstevoren aan." En dat ruimde met een alle moeilijkheden op. Ik heb eens iets derge lijks gelezen van Givenchy, maar weet je wat die zei„Naai het label aan de voorkant, we ver kopen dit toilet achterstevoren." En het werd een succes, misschien groter dan het oorspronkelijk geweest zou zijn. Dit is geloof ik haute couture. Vakmanschap, durf en originaliteit verpakt in een wolk van elegance. Ik volg je shows nu al bijna zes jaar lang en ik heb je smaak vaak bewonderd doch me ook wel eens verwonderd. Verwonderd over de koppigheid waarmee je de voorkeur geeft aan romantische draperieën en typisch Oosterse kleurencombinaties; ik heb me ook altijd afgevraagd of je je creaties een naam gaf naar de idee of dat een idee je inspireerde tot een bepaalde creatie. Bali, Cuba libre, Volendam, Java, Dance de la Mer, Mode show Zandvoort, medio maart) je maakte er toi letten van. Het lijkt me niet juist wat je zei: „Mijn toiletten moeten in de eerste plaats draagbaar zijn voor iedereen." Juist omdat iets ondraagbaar is voor de een is het dubbel charmant voor de andere vrouw. Geen twee vrouwen zijn gelijk, niet als je ze bekijkt door het oog van een ontwerper. Daarom moet ie doorgaan met creëren NAAR JOUW SMAAK EN JOUW IDEEEN. Voor de gelijkheid van maat 36 tot 58 zorgt immers C en A? Men schreef in een krant over je: „Die jongen moet een zetje hebben." Het beste zetje dat je zou kunnen hebben zou zijn in de vorm van een aardig pand in een goed winkelbuurt, een eerste klas coupeuse, een paar goede naaisters en een flinke bankrekening. Opdat Robert Mahieu over blijft voor ontwerpen alleen. Omdat je dan tijd zou hebben je smaak te perfectioneren, je lijnen te verbeteren zonder van je oude typisch Indische voorkeuren af te stappen. Ik vind wel, dat je daar. VOORDRACHT ALBERT VOGEL. Voor een goed bezette zaal hield Albert Vogel, donderdag 19 maart j.l. een voordracht: „Tussen Twee Vaderlanden" in het gemeentemuseum, Den Haag. Het gedragen proza van Multatuli (Toespraak tot de Hoofden van Lebak) een gedichtje van Noto Soeroto de gevoelige, diepzinnige poëzie van Resink de krachtige verteltrant van Frie- dericy in „Reigerdans" (uit „Vorsten, Vissers en Boeren"); na de pauze het forse gedicht van Jan Prins: „Het Indische Land" de bescheiden woordjuweeltjes van Max Croiset de vaak humoristische, diepdoorvoelde verzen van Brandt en als slot „Adieu aan Josephine" van Tjalie Robinson (uit „Tjies"), geestig met toch ergens een stille weemoed; deze bloemlezing werd door Vogel op uitstekende wijze voorgebracht. Zijn vertolking van de gesprekken in „Adieu" onvervalst Indisch „slang" was zeer verdien stelijk en hartverwarmend. Het trof mij persoonlijk als een openlijke erkenning van ons sappig taaltje in de Nederlandse litteratuur en dat is toch beslist een verheugend teken. Een saluut aan Albert Vogel; dat wij hem nog vaak mogen beluisteren! Ja-hoet, Tjalie, en proficiat! MAUS. Indo: „Ik heb respect voor uw ijver om altijd weer die ramen zo mooi te zemen. Wat een zin delijkheid!" Hollandse: ,,'t Mocht wat. Dat doe ik veur 't gevoel van de kerkgangers!" ondanks alle kritiek trots op mag zijn. Vakman schap kun je kopen, de durf en originaliteit zul je altijd zelf moeten opbrengen. En wil je bij het ontwerpen nooit denken aan maat 48? Dat doen de confectionaires wel voor je. Slamat djalan Rob! LILIAN. ex „Nieuwsgier" Le ciel, een ontwerp van Robert Mahieu, vertoond tijdens zijn laatste modeshow in Hotel Bouwens, Zandvoort. Glanzend wit fond met bloemen in alle tinten blauw. Enige garnering vormt het uitspringende lijfje en de gedrapeerde bloemen.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1959 | | pagina 10