Die kapodang toch! 4 RIMBOE-WAKE Denkt U om Uw Kwartaal-Abonnement Wij verzoeken U DRINGEND bij de ingang van het nieuwe kwartaal het verschuldigde abonnementsgeld zo SPOEDIG mogelijk op onze giro 6685 over te maken, aangezien wij anders genoodzaakt zijn de toe zending van krantjes te staken. DE ADMINISTRATIE SOCIALE ZORG Herinnert u zich dat alleraardigste artikeltje van NAP: „Onze Indische vogels" in het Tong-Tong nummer van 15 februari 1959 nog? Hij schreef daarin o.a. over de kapodang met zijn knalgele veren en zwarte vleugels: „Het volksgeloof zegt, dat de vrouw in blijde verwachting, die het vlees van de kapodang nuttigt, niet alleen aan vele, maar ook aan mooie kinderen het leven zal schen ken." Nou die Kapodang heeft me een lelijke poets ge bakken! Ik zal u het verhaal vertellen. Oordeelt u zelf maar! Daar ik er natuurlijk niet bij geweest ben, moet ik het een en ander rekonstrueren. De finesses kan ik mijn ouders niet meer vragen. Ze leven beiden niet meer. Mijn moeder geloofde in die tijd 1915 ook aan deze bijzondere eigenschap van het eten van ka- podangvlees. Toen ze wist, dat haar eerste kindje onderweg was (dat was ik), zei ze tegen mijn va der „Schat, misschien wordt het wel een meisje. Schiet voor mij toch een kapodang. Je weet wat ze zeggen van het eten van kapodangvlees!" Mijn vader moet half lachend geërgerd gezegd hebben: „Die bijgelovige nonsens altijd! Ik snap niet, dat zulke overigens zeer verstandige vrouwen als jij, nog aan zulke dingen geloven!" Maar toen mijn moeder aanhield, is hij natuurlijk gezwicht. In latere jaren, als we met de Eendaagse het sta tion Madioen binnenstoomden, werd mij altijd een bepaald huis - zo'n fantasieloze S.S. woning, weet u wel? aangewezen: „Kijk, déar ben je nou geboren!" De omgeving lijkt me, als ik te rugkijk, niet zo boomrijk. Dus moeten ze ergens anders naar toe gegaan zijn, waar meer geboomte voorkwam. Mijn moeder ging natuurlijk mee op jacht. Ze hadden elkaar geloof ik op een schiet- terrein leren kennen, dus ligt deze veronderstel ling voor de hand. Het wapen moet een wind buks geweest zijn. Goed ze kregen een kapo dang in de gaten, ergens bij een kampong of zo. Mijn vader schoot en het beestje viel naar om laag. Mijn moeder liep er naar toe en raapte het op. En reageerde prompt typisch vrouwelijk on logisch. Ze barstte in tranen uit en zij verwijtend: „Kijk nou schat, wat je gedaan hebt. Je hebt het verminkt! Ik haat het om kapodangvlees te eten!' Ze hield de vogel voor zich uit. Hij was niet dood, maar hij was aan beide pootjes aan de twee uiter ste tenen gewond. Mijn moeder was dol op dieren en ik vermoed, dat ze het diertje naar huis heeft meegenomen en het vol toewijding heeft verzorgd. Toen ze mijn vader vertelden, dat zijn eerstge borene een dochter was, ging hij naar het wieg je toe om mij van top tot teen te bekijken. En daar ontdekte hij, wat geen van de anderen in de gaten had: de baby was gezond van lijf en leden, maar van beide voetjes waren de twee uiterste teentjes naar binnen omgekruld. Hij riep zijn schoonmoeder er bij: „Heeft u dat gezien Ma?" En hij wees. Mijn oma was diep geschokt. „Malie is vast en zeker van die kapodang geschrokken. Zie je wel, dat zulke dingen bestaan!" Maar mijn va der sputterde: „Onzin. Toeval. Oeroet maar iedere dag. Misschien trekken ze wel recht!" Inderdaad het oeroeten heeft geholpen. Of mis schien wel iets anders. Er is bijna niets meer aan die tenen te zien, nu. Maar met dat al heeft die kapodang me dat toch maar geleverd! Hm. Als u het geloven wilt ten- ABONNEMENTEN BUITENLAND Per jaar Nw. Zeeland, Australië, Zd. Afrika, Brazilië: Per Luchtpost) 30,Per Zeepost) 12, Nw. Guinea, Canada, U.S.A.: Per Luchtpost) 24,Per Zeepost 12, Suriname, Antillen; Per Luchtpost) 18,—. Per Zeepost) 12, West Europese Landen; Per Luchtpost) 12, Agent voor de Ver. Staten: Chris Deyker- hoff, 210 Heckelstreet, Belleville, New Jer sey, U.S.A. Agente voor Canada: Mevr. E. Ie Seur- Zimmer, 1 Richviewside Road. Weston, Ontario, Canada. minste. Bovendien heeft mijn moeder door het niet nuttigen van z'n vlees, een doodgewone huis- tuin en keuken- dochter gekregen inplaats van een schoonheid. Maar ach, die gewone vrouwen moe ten er toch óók zijn. Volgens mij is het zelfs zó: dat dit ondermaanse ondanks atoombommen, drei gende oorlogen enz., enz., nog steeds prettig is om in te verblijven, dank zij juist deze categorie vrouwen. Wat u? En mocht u er anders over den ken, laat u mij de illusie, wilt u? FÊ KLERKS-KÜHR In SOCIALE ZORG, officieel orgaan van de ver eniging van directeuren van overheidsorganen voor sociale arbeid lezen wij van de hand van M. J. Hoytink een artikel, waar we echt blij mee waren. Uit dit artikel „Gerepatrieerden in het Neder landse arbeidsproces" zullen we enkele passages laten volgen. De studie over deze vraagstukken is volop aan de gang. Daarbij spelen allerlei factoren een rol. Zeer in het algemeen kan worden gezegd dat de gehele repatriëring vlot is verlopen. De inte gratie verloopt, ook in het algemeen gesproken, eveneens naar wens, zowel wat betreft de jeugd als de ouderen Het moet gezegd: de huismoeders hebben het in het assimilatieproces het moeilijkst. De jeugd past zich wonderwel aan via het schoolleven de oudere jeugd en de huisvaders via opneming in het arbeidsproces. AI zal nog veel moeite en zorg nodig zijn en al zullen ongetwijfeld „moeilijke gevallen" overblij ven toch ziet het er naar uit dat de krachtproef van integratie van ruim 300.000 uit Indonesië komende Nederlanders, waarvan zéér velen al daar geboren en getogen, met succes zal worden bekroond. En zelfs: dat dit gebeuren onze samen leving zal blijken te hebben VERRIJKT. Een zéér belangrijk aspect bij dit alles was de mogelijkheid tot inschakeling in het arbeids proces. Wat dat betreft hadden degenen die hiervoor zich inspanden en inspannen de con junctuur mee. Maar niet vergeten mag worden dat de gerepatrieerden zélf volledige medewer king hebben gegeven en hebben getoond het belang van dit facet geheel in te zien. En boven dien bewezen hebben dat zij arbeiden willen en arbeiden kunnen en dat velen via omscholing het hebben aangedurfd volledig om te scha kelen. Op basis van diverse steekproeven kan zeker qesteld worden, dat inmiddels ruim 90 van het aantal sedert december 1957 voor arbeids inspanning in aanmerking komende gerepatrieer- Hij zit bij het bamboe-vuurtje, de jungle-karabijn tussen de knieën. De anderen liggen te slapen in het gammele tentje: een achteloos weggeworpen lap in het oerbos van Borneo, dat vol is van don kere geluiden. Het is in deze streek niet pluis; er moeten pelopors in de buurt zijn. Zijn horloge wijst fosforiserend de heel vroege morgen aan. Reusachtige stammen sluiten hem in als grauwe pilaren van een lugubere tempel; een lichte nevel vormt lange slierten die lijken op taaie, verstikkende lawa-lawa. Grote kladi-bladeren knikken onheilspellend als sinistere dierenkoppen, bedekt met dauwdruppels die somber gloeien in het hardblauwe maanlicht. Hij tuurt strak naar de schaduwplekken in het bos beweegt daar iets? Kraaak! Bliksemsnel draalt hij zich om naar het geluid, de karabijn in de aan slag, de vinger krampachtig om de trekker. Hij merkt dat hij model geknield ligt het hart klopt hem hoog in de keel. Nee, niets niets om je rot te schrikken! Behoedzaam gaat hij weer zitten, kijkt een beetje schuw naar de tent; daar heerst diepe rust. Als een te lang gespannen stalen veer ontspant zich zijn lichaam molecuul na molecuul tot alleen nog een drabbige loomheid overblijft. De venijnig scher pe rook doet zijn ogen tranen. Hij staart naar de donkeroranje vlammen, die hem langzaam, onont koombaar schijnen te hypnotiseren. Zijn gedachten ebben zachtjes weg naar verre oorden; een wel dadige toestand maakt zich van hem meester. Ngiéiék! Ngaaak! Ngiéiék! Ngaaak! Als door een klabang gestoken springt hij op. Ontelbare krissen kerven zijn maagstreek met korte, wrede, op waartse halen. Zijn hele lichaam is één krijsend alarmsignaal. De karabijnloop wijst grimmig be schuldigend naar een duistere, langzaam bewegen de schim. Dan dringt het plotseling tot hem door; verdwaasd grinnekend Iaat hij het vuurwapen zakken. Met trage, knerpende vleugelslag, gedrochtelijk als een garoeda, vliegt een grote rangkong honend over hem heen de dageraad tegemoet MAUS den reeds op enigerlei wijze werkzaam is, meren deels hier te lande. Deze cijfers betekenen m.i. een eresaluut aan al degenen die, hetzij ambtelijk (waarvan vooral te noemen de speciale groep van het rijks- en de gewestelijke arbeidsbureaus) hetzij particulier (waarvan vooral te noemen de specialisten in het C.C.K.P.), zich hebben ingespannen om tot dit resultaat te geraken. Zij betekenen tevens een eresaluut aan de werk gevers en tenslotte vooral ook aan onze gere patrieerde Nederlanders zelf Deze waarderende woorden doen goed en wij we ten nu dat niet voor niets veel moeilijkheden overwonnen zijn. En hoe men ook protesteert tot toelating van meer spijtoptanten, met allerlei argumenten zoals moei lijkheden van aanpassing etc. wij wijzen er op, dat het precies dezelfde mensen zijn als wij zelf, en wat wij hebben gepresteerd, kunnen zij ook tot stand brengen.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1960 | | pagina 4