\fM£f DE RODE PORSCHE 1 2 FINISH NEDERLAND EN DE TROPEN Hans voor zijn eigen zaak Tweede Pinksterdag, de dag dat er in Zandvoort om de Grand Prix van Nederland gereden wordt. Eén, twee uur lang razen de wagens over het circuit.Vier jaar geleden stond er tussen de tien duizenden toeschouwers van het gebeuren in Zand voort een Indische jongen. Jongens fantaseren graag, ook Hans Rhemrev. Hij zag zichzelf al rijden, de één na de ander liet hij achter zich en natuurlijk ging hij als eerste over de finish Maar dat wa ren maar dromen. Hans Rhemrev was toen 24 jaar en leerling-monteur bij de P.T.T. en dan verdien je niet zo bijster veel. Een gewone auto kon hij zich niet eens permitteren, laat staan een super-snelle sport- of racewagen, die benzine „zuipt De dro men bléven dus dromen, trouwens Hans had wel andere zorgen. Hij had zich opgegeven voor emi gratie naar Amerika en alles was in kannen e kruiken. Na de bootreis van tien dagen zou er voor hem een nieuw leven beginnen, zoals dat voor zoveel emigranten het geval is geweest. Voor de één wordt dat een teleurstelling, voor de ander een groot succes; sommigen keren berooid naar Nederland terug. We hebben Hans Rhemrev kortgeleden leren ken nen, toen hij Tong Tong een bezoek bracht. Hij is dus terug in Nederland, maar beslist niet be rooid of teleurgesteld! Hans Rhemrev is op het ogenblik in Holland voor zaken én om zijn bruid te halen ènom een nieuwe Porsche sport wagen te kopen. Eigenlijk had ik de bruid het eerst moeten noemen, maar er is nu eenmaal een spreek woord dat zegt: de zaken gaan voor het meisje! Hans is een bescheiden Indische jongen; bij toe val kregen we zijn verhaal te horen, het verhaal van een succesvolle emigratie. Hij is eigenlijk een echte Anak Betawie, zijn vader werkte in Batavia bij de S(taats) S(poor) maar in '50 repatrieer de Hans naar Nederland, waar hij o.a. de Electro- technische School in Amersfoort bezocht. „Hol land is ook in andere opzichten een goede leer school voor mij geweest. Ik heb hier van mij af leren praten. Niet dat ik daar in Amerika in het begin veel aan had!", zegt hij ineens lachend. Het blijkt, dat Hans de oversteek naar de Nieuwe Wereld gewaagd heeft zonder dat hij ook maar een woord Engels sprak. „Toch raad ik iedereen tenzeerste af het zoals ik te doen. Zorg dat je de taal leert van het land waar je naar toe gaat. Na tuurlijk sla je je er wel doorheen, maar het is on nodig tijdverlies." Met de baan ging het gelukkig allemaal erg vlot. Hans was pas leerling-monteur, maar bij het solliciteren waagde hij een gokje en gaf zich als volleerd monteur uit. Hij werd aange nomen bij een autozaak en bracht het door zijn grote ijver en ook door zijn enorme kennis van Europese wagens, binnen zes maanden tot service manager. En niet lang daarna werd hij bevorderd tot chef-monteur. Door zijn werk kwam hij in contact met ama teur-coureurs en prompt kwam natuurlijk zijn oude hartewens weer boven: ééns zélf in razendsnelle vaart een racewagen naar de overwinning te rijden. Zijn eerste opgespaarde geld werd dan ook aan een uit Duitsland bestelde Super Porsche besteed. Door bemiddeling van zijn Amerikaanse vrienden werd Hans lid van de S.C.C.A., de „Sports Car Club of America", met zijn 24.000 leden de groot ste club ter wereld! Iedereen, die in Amerika aan races wil deelnemen moet lid zijn van deze club en ieder aspirant-lid wordt aan een strenge medi sche keuring onderworpen, terwijl hij ook drie sponsors moet hebben. De eerste zes races wordt er door een ervaren coureur zeer streng op je rij- prestaties gelet en pas wanneer je door dit „exa men" bent gerold, word je „vrijgegeven". Hans is de enige buitenlander in de S.C.C.A. en hij heeft het in verbazingwekkend korte tijd tot grote bekendheid gebracht. In het januari-nummer van dit jaar van het orgaan van deze club wordt hij „a very smooth en cool driver" genoemd. In juni 1959 schrijft „Porsche Panorama": „de beste prestatie in de klasse van 1600 Super Porsches gaat naar Hans Rhemrev, die- al de andere „Su pers" nam en de finish passeerde voor 4 Carrera's". In de „New York Times" wordt vermeld, dat hij de voortreffelijke Porsche-rijder is, die de door Michelin uitgeloofde „banden-prijs" won. En zo kunnen we doorgaan. Steeds weer duikt zijn naam op in bladen als „Porsche Panorama", „Spokesmen" en de „Sports Car Club of Ameri ca". Aan het einde van het 1959 seizoen noemt de „New York Times" als de beste drie rijders: Roger Penske, Bob Holbert en alweer Hans Rhemrev. Het is natuurlijk niet altijd zo, dat iemands dromen werkelijkheid worden, maar met stil zitten wachten op een wonder kom je er in ieder geval niet en dat heeft Hans ook wel be grepen. Hij heeft hard moeten werken en sparen om zijn doel te bereiken. Zijn toekomstplannen? Misschien blijft Hans in Nederland om hier met zaken te beginnen. Ik vergat nog te vertellen, dat Hans de laatste tijd in Amerika al zelfstandig werkte. Hij had n.l. een Service-Station, speciaal voor Europese wagens, die de laatste tijd steeds meer populair worden in Amerika, en importeer de ook de onderdelen voor deze auto's. Misschien gaat hij dus terug met zijn vrouw. Het doet er ook weinig toe. Het moet wel erg raar lopen als mensen als Hans Rhemrev niet overal slagen! ELLEN PO*ïWW CAR CENTER IKt SRInn aHH Op 1 september 1960 viert het Koninklijk Neder lands Instituut voor de Tropen zijn 50-jarig be staan. Ter ere hiervan werd dit jaar een tentoon stelling geopend, welke speciaal gericht is op alle tropische en subtropische gebieden waar wij Ne derlanders grote belangstelling voor hebben en waar wij inmiddels ook op zeer intensieve wijze mee te maken hebben. Daar de zomer een aantrekkelijker tijd is voor ten toonstellingen dan de veel stillere herfst en winter maanden meende men er goed aan te doen de tentoonstelling reeds thans te openen. Op 14 juni j.l. werd te 11 uur 's ochtends voor de vertegen woordigers van de pers een conferentie belegd, waar een duidelijke uiteenzetting werd gegeven van wat men met deze tentoonstelling beoogde, door de heer W. A. P. C. Pennink, Vervolgens werd ons een idee gegeven van de opbouw van de tentoonstelling en als eerste vindt U dan een uitwerking van de symboliek „Ver keer op Zee". Zeer interessant is de grote wereld bol welke U van binnen kunt bezichtigen en waar U heel duidelijk en aanschouwelijk wordt gecon fronteerd met de gebieden welke reeds in de 17e eeuw werden bestreken door onze zeevaart m.n. de O.I.C.; U vindt de historie van de ontdekkings reizen, de expansie van de 17e eeuw; een speciale afd. Japan en China, waar de V.O.C. reeds toen- dertijd een zeer belangrijke rol speelde. Als neven thema de opkomst van de wetenschappelijke be langstelling in de 19e en 20e eeuw, het natuur wetenschappelijk onderzoek; U vindt er de boeken van Rumphius, het Aboinsche Kruidboek, kort om een biorama van natuur wetenschappelijk be lang. Men geeft U een zeer actuele voorstelling van de natuurvoortbrengselen welke voor de Ver. Oost Indische Co. van zo grote waarde waren, een spe ciale afdeling voor Tropische ziekten, een duide lijk beeld van wat de Nederlandse ondernemingsgeest voor de tropen te betekenen heeft gehad, een speciale afdeling Nieuw Guinea, Suriname en Ned. Antillen; terwijl ook de Missie en Zending hun eigen plaats op deze tentoonstelling kregen. Bovendien vindt U er een kleine afd. Emigratie voor degene die graag een kijkje willen nemen bij wat hen te wachten staat in het nieuwe land van hun toekomst. Kortom, voor elk wat wils en alles zeer interessant. Na deze uiteenzetting aan de pers werd gelegen heid gegeven tot het stellen van vragen. Reeds di rect werd de vraag gesteld of men nu met deze tentoonstelling beoogde een beeld te geven van het werk der Nederlanders in de tropen van het ver leden (speciaal N.O.I.) dan wel of men hier het accent wilde leggen op de toekomst mogelijkheden. Hierop werd geantwoord dat men natuurlijk hier de blik gericht had op de toekomst, doch dat men nooit moest vergeten dat juist de ervaring van 3 eeuwen in de tropen opgedaan van zo bijzonder nut blijkt te zijn voor de mogelijkheden welke er thans voor de Nederlanders open liggen elders. Men heeft op het ogenblik grote kapitaalsin vesteringen in deze gebieden, op het gebied van openbare werken en verbetering van locale econo mie. De Nederlandse Handels spreiding is na de oorlog verdubbeld en reeds nu komt 20 van het Nederlandse Inkomen uit deze tropische en sub tropische landen. Men blijkt daar de ervaring der Nederlanders zeer goed te kunnen gebruiken. Men heeft deze tentoonstelling dan ook op zo uitge breid mogelijke manier willen samenstellen daar dit een der mogelijkheden is voor een betere voor lichting van het Nederlandse publiek, aan welke voorlichting het in het verleden wel wat ontbro ken heeft. Bij plotselinge verhindering van Z. Ex. Min. Korthals werd na een korte inleiding van de voor zitter van het Kon. Inst. v. d. Tropen Prof. Dr. V. J. Koningsberger en een uiteenzetting van dhr. J. Jager Gerlings, conservator van het museum, om 3 u. 30 's middags, de tentoonstelling geopend door de thans in Nederland vertoevende Gouver neur van de Nederlandse Antillen, Z. E. Speeken brink, die in een korte toespraak het jubileum van het Kon. Inst. v. d. Tropen op 1 sept. a.s. belichtte. INA BLAAUW

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1960 | | pagina 12