werelddeel
der
rassen-
harmonie
rnmm
Mensen die trouw hun krant lezen, weten dat de voetbalploeg, die het wereldkampioenschap behaalde, uit
Brazilië kwam; ze weten ook, dat de politiek in Latijn-s Amerika wordt gekenmerkt door staatsgrepen,
revoluties, moord en bommen; en dat de cha-cha-cha-, de calypso en de rum u:t Latiins Amerika afkomstig
zijn. Maar er zijn niet zoveel krantenlezers, wie het bekend is, dat er in de wereld maar weinig streken
zijn waar de rassen der mensheid zo harmonisch samenleven als in Latijns Amerika; dat een Mexicaanse
schrijver, José Vasconcelos, een boek geschreven heeft waarin hij de theorie ontwikkelt van een „kos
misch ras" van de toekomst, waarin alle thans bestaande rassen en kleuren zijn samengesmolten; en dat
vermoedelijk de mens-van-morgen kaneelkleurig zal zijn, zoals de Latijns-Amerikaan van nu dat reeds is.
Men vindt in Latijns Amerika een verdraagzaamheid en een soepelheid in de menselijke betrekkingen,
die maar zelden wordt aangetroffen in andere gebieden van de Westerse wereld. Europeanen, die op
bezoek komen in welke van de twintig republieken ook, hebben moeite om te wennen aan de onver
schilligheid die er bestaat op het stuk van de huidskleur. Er wordt hier weinig aandacht geschonket
aan variaties in de kleur-scala, die in vele andere landen tot onoplosbare problemen zouden leiden.
Sedert Columbus, ruim vier-en-een-halve eeuw ge
leden, Amerika ontdekte, hebben volken van alle
rassen meegedaan aan het bevolken van de Nieuwe
Wereld. Daarbij zijn voornamelijk drie grote groe
pen te onderscheiden. Negers, Indianen en blanken.
De huidige getalssterkte van de drie grote eth-
nische groepen in heel Latijns Amerika zwart,
rood en wit is echter niet gemakkelijk nauw
keurig vast te stellen. Er zijn geen scherpe lijnen,
die de rassen van elkander scheiden. De drie
groepen tonen een neiging tot versmelting. Het ge
volg daarvan is, dat de vraag of iemand een In
diaan, een Neger of een blanke is in ruime mate
naar plaatselijk gebruik wordt beantwoord. Of
iemand bij voorbeeld een neger is wordt in Bra
zilië naar heel andere criteria beslist dan in de
Verenigde Staten.
Toch bestaan er wel zekere algemene ramingen
met betrekking tot de verhouding in de getals
sterkte van de drie grote ethnische groepen. Men
is het er wel over eens dat ruim de helft van de
bevolking van Latijns Amerika meer of minder
sporen vertoont van een Indiaans verleden, en dat
op zijn minst 70 percent van de bewoners van dat
geweldige gebied in vele andere gebieden van de
Westerse wereld als niet-blank zouden worden be
schouwd.
De getalssterkte van de mensen in de diverse La
tijns-Amerikaanse landen die als „blank" zouden
kunnen worden beschouwd, is als volgt: Brazilië
ongeveer 60 percent, Cuba en Peru 50, Chili 25,
Colombia en Venezuela 20, de Dominicaanse Re
publiek 1520, Bolivia, Ecuador, Mexico en Pana
ma 10 percent. Argentinië en Uruguay zijn in grote
meerderheid blank, en Costa Rica, El Salvador,
Guatemala, Honduras, Nicaragua en Paraguay
zijn in grote meerderheid door Mestiezen (gemengd
blank-indiaans) bevolkt. Haiti heeft een bevolking
van negers en Mulatten (gemengd blank-zwart);
de drie Guyana's (Brits, Nederlands en Frans) zijn
voor ruim 98 pet. niet-blank.
AI deze ramingen zijn tamelijk ruw, want vrijwel
overal bestaan er grote meningsverschillen tussen
de statistici. Men moet voorts bedenken, dat bij
volkstellingen in Latijns-Amerika velen als „blank"
zijn opgegeven, bij wie dat elders niet het geval
zou zijn geweest. Dat wordt goeddeels veroorzaakt
door het feit, dat volkstellers en statistici in La
tijns-Amerikaanse landen vaak met opzet de cijfers
„blanker maken" terwijl bovendien in zeer veel
gevallen de mensen geneigd zijn hun Indiaanse of
Negerafkomst te verdoezelen. Men zegt dan ook,
dat de niet-blanke bevolking van Cuba in feite veel
groter is dan door de officiële statistieken wordt
aangegeven. De Braziliaanse cijfers zijn nog veel
sterker „gebleekt". In Chili en Peru ontstaat het
hoge totaal der blanken doordat de Mestiezen er
bij worden geteld.
De hierboven gegeven cijfers kunnen nog de in
druk wekken van scherp-afgebakende groepen. In
werkelijkheid kan men ze beter zien als ingrediën
ten van een smeltkroes. Immers nauwelijks was
de kolonisatie van Latijns-Amerika begonnen of
een proces van rasvermenging zette in. Bruin,
zwart en blank waren de drie „zuivere" kleuren
in het menselijk palet van Latijns Amerika. In de
loop der eeuwen ontstonden kleurcombinaties in
alle denbare verhoudingen. En de kleurmenging
voltrok zich vlot.
De ontdekkers en veroveraars uit de eerste periode
leefden ongeremd en openlijk met gekleurde vrou
wen. Dat strookte trouwens volkomen met de tra
ditionele praktijken in Spanje en Portugal, waar
immers al generaties achtereen huwelijken waren
gesloten met donkere mensen van Moors bloed.
Zowel de politieke als de kerkelijke leiders der
Spaanse en Portugese koloniën gaven hun fiat aan
de rassenmenging in het huwelijk. Zij waren er om
morele redenen vóór, en bepleitten en beschermden
dan ook de huwelijken tussen blanken, Indianen en
negers. Daar kwam nog bij, dat ongetrouwde vrou
wen niet uit Spanje mochten emigreren zonder
uitdrukkelijke toestemming van de koning. Van de
aanvang af vormden Mestiezen en Mulatten dien
tengevolge belangrijke bevolkingsdelen in Spaans en
Portugees Amerika.
De menging voltrok zich op elk maatschappelijk
niveau. Een van de eerste Noord-Amerikanen die
enige steden in West-Indië bezocht, vertelde na
zijn thuiskomst: „Er is daar geen wijk en geen
straat zonder een taveerne, waar drank wordt ver
kocht bij de muziek van gitaren, harpen en andere
instrumenten, met vertrekken waar Negers, India
nen, Mulatten, Mestiezen en vele Spanjaarden el
kander ontmoeten." Een andere Angelsaksische
bezoeker merkte bij wijze van compliment op:
„Frans, Portugees en Spaans bloed schijnt zich
vlotter en beter met dat van Negers te verenigen
dan ons Britse spulEen fraaie, oosterse, olijf
kleurige huid onderscheidt de hooghartige nako
melingschap van Latijnen en Negers. Ik geloof, dat
op het stuk van houding, gang, gebaar en uiterlijk
de mooiste vrouwen van de wereld te zien zijn op
een zondag in Port of Spain (Trinidad) en Habana
de Cuba."
In zijn causerieën over de positie van de
mengbloed en mengculturen, waarbij hij het
begrip „Euro-tropische cultuur" gebruikt, is
Tjalie Robinson vaak als een fantast be
schouwd, In de „Groene Amsterdammer"
van 2juli jl. troffen wij echter bijgaand arti
kel aan, waaruit mag blijken dat zijn opvat
tingen ook elders gehuldigd worden. En dat
er bewijzen genoeg bestaan dat deze fantasie
een zich langzaam voltrekkende werkelijk
heid is.
Dat de (Indische) Nederlander in de toe
komst nog een belangrijke plaats kan in
nemen in Brazilië, lijdt o.i. geen twijfel.
De Redactie
De geschiedschrijvers zijn het er in grote lijnen
wel over eens, dat de Negers in de koloniën van
Latijns Amerika beter werden behandeld dan in
alle andere blanke landen met zwarte slaven. In
Brazilië bij voorbeeld verwierf terwijl de slavernij
nog bestond, een neger de waardigheid van presi
dent van het Kabinet des Keizers. En de status,
die de Indianen ten zuiden van de Rio Grande
wisten te bereiken, hebben zij nimmer verkregen
in Brits Noord-Amerika.
Het gevolg daarvan was, dat toen de Latijns-Ame
rikanen hun onafhankelijkheidsoorlogen gingen
voeren, de grote meerderheid in de strijdende legers
bestond uit Indiaanse boeren, Neger-slaven, bene
vens ambachtslieden die Mestiezen of Mulatten
waren. Indiaanse en Neger-strijders meldden zich
bij tienduizenden en met geweldige geestdrift aan,
vooral in die speciale gevallen, waarbij kwesties
als de naasting van het grootgrondbezit en de af
schaffing der slavernij aan de orde werden gesteld,
zoals dat gebeurde door de eerste revolutionairen
in Mexico Miguel Hidalgo en José Maria Morelos.
Er wordt vaak beweerd, dat zowat een derde deel
van het leger van Grau San Martin, dat over de
Andes naar Chili trok, uit Negers bestond, en met
name uit slaven. De leiders van de revolutie in
Mexico waren Indianen en Mestiezen. In Buenos
Aires staat een standbeeld voor „El Negro Falu-
cho een befaamde held uit de onafhankelijkheids
oorlog. Er wordt vaak beweerd, dat Bolivar neger-
bloed in de aderen had. Henrique Dias, een van
de nationale helden der Brazilianen in hun strijd
tegen de Nederlanders, was een Neger. En er
waren er nog veel meer.
Nilo Pecanha, een Neger, werd president van Bra
zilië (19091910). En Benito Juarez, de grote lei
der van de onafhankelijkheidsbeweging tegen de
Fransen en later president van Mexico, was een
volbloed Zapotec-indiaan. Andere landen van La
tijns-Amerika tonen eenzelfde beeld.
Thans is het zo, dat van de Rio Grande tot het
uiterste puntje van Patagonië, Negers en Indianen
en hun Mulat- en Mesties-nakroost hoge posities
bekleden op elk gebied. Zij zijn de dichters, schil
ders, architecten, musici, geleerden, atleten, gene
raals en politieke leiders van Latijns-Amerika. De
snelle stijging der Negers en Mulatten, van slaver
nij tot hoge maatschappelijke niveaus, is een van
de epische gebeurtenissen van de moderne tijd. En
de Indianen en Mestiezen staan op het punt te
gaan wedijveren met hun trotse voorgeslacht
grote Inca- en Maya-beschavingen hebben gebloeid
in een tijd waarin Frankrijk, Engeland en Duits
land nog landen waren met geringe cultuur.
De bevolking van Latijns-Amerika wordt op rond
190 miljoen geschat, en deskundigen der Verenigde
Naties ramen, dat zij zal verdubbelen in één gene
ratie. De snelste stijging daarbij vertoont het niet-
blanke pari een bittere zaak voor blanke ras
fanatici.
ORLANDO MARTINEZ