SERI BOE KEMBANG MARIA DERMOuT Neen, niet de tuin van de Ulenpas, maar een echt ouderwets Indisch erf met de bekende witgekapoerde bloempotten 5 Dan komt de IJssel en over de rivier het land van de vruchtbare grond, van het hoge geboomte, van de tuinen: Enghuizen, de Ulenpas Er bestaat een kleine zeer zeldzame latijnse catalogus van de planten van de „Hortus Ulenpassianus" in 1783 door David de Gorter samengesteld voor Hendricus Adrianus Guilielmus, baron De Rouwenoort, de toenmalige eige naar van de Ulenpas, een hartstochtelijk plantenliefhebber. Deze David de Gorter was botanisch professor in Harderwijk, en zijn vriend. En dan was er nog een derde: de beroemde, Linaeus de Zweed. De vader van David de Gorter namelijk, eveneens professor in Harderwijk, telde Linaeus onder zijn leerlingen. Er is een overlevering dat de Zweed, de jonge Hollandse professor, de „baron" van de Ulenpas, gedrieën, er wel op uittrokken, en kruiden en planten zoch ten op de Veluwe, en meenamen naar de Ulenpas, daar in de achterhoek. De catalogus van de Hortus Ulenpassianus bevat zoetjes geteld 799 nummers, zonder de verschillende variëteiten van bijna iedere plant, boom, gewas. Er waren 14 soorten lathyrus, 12 soorten rozen, 10 anjers; 18 verschillende, en meerdere van elk: lelie s, uienbloemen, irissen van overal vandaan; 12 soor ten boterbloemen, 13 verschillende passiebloemen, en even zoveel lotos-variëtei ten, 17 soorten klaver, en 34 geraniums met hun poëtische namen: bloedrood, als een vlinder, met een blad als van myrrhe, of als van coriander, zeer sterk riekende (odoratissimum)de treurende, „die van bij de zee".Zovele citrus-soor- ten, die toch in kassen gekweekt moeten worden: de medicinale citroen, de „lemmetjes" (van beide véle soorten, staat er), sinaasappelen, pompelmoezen. Er waren 42 soorten winde-kelken! Er moeten op de Ulenpas kassen geweest zijn, èn een moestuin, én een kruiden tuin, èn een bos, èn een bloemetuin overal bloemen Een groter verscheidenheid was niet denkbaar. Vele tropische gewassen ertussen; nagel, peper, en vijgebomen? Suikerriet, een olijfboom, de Zuid-Afrikaanse schermbloemen met hun reusachtige schermen, Perzische Berenklauw, een honderdjarige aloë, granaatappelboompjes, cacao, koffie (Arabica nog wel!), ananas, mais, katoen, indigo, ja! een dadel palm! een tamarinde, een bananenboom. Canna's rood en geel en met bonte blaren, elf soorten hibiscus (de maleise kembang-sepatoe)al die lotossen al die passiebloemen, vele jasmijn- en melattisoorten, ook de heel zeldzame met roze bloemen, oleanders, roze, rood, en wit en weer met gevlekte blaren, gardenia's, cactussen, agaves, vetplan- ten orchideeën. En dan de aller 'ordinairste' brandnetels, dovenetels, gewone paardebloemen, 12 soorten boterbloemen, vergeet-mij-nietjes, madeliefjes (met „gevulde hoofdjes", de spierwitte, met bonte blaadjes, enz.), campanula's en hon- derd-en-één klokjes, klaver en zo veel meer alles wat nu nog in een weitje, of langs een dijk, of een verlaten stil weggetje groeit. In de moestuin met de onmisbare mispelboom: aardappelen (toen nog zo zeldzaam), vier soorten rhabarber, postelein, kool, bonen, radijs, en rammenas, pieterselie, enz. En ook weer in een kasje aubergines, tomaten (toen!), Spaanse pepers, pinda's. In de kruidentuin o.a. rozemarijn, lieve-vrouwe-bedstroo, komijn, coriander, anijs, lavendel, thijm wie zou alle kruiden uit een kruidentuin kunnen op noemen? De bloeiende struiken, boompjes: seringen, de gewone met witte bloemen en purperen, de Perzische met vuurrode bloem, en gekartelde. Jasmijnen, en me- latti's, 17 soorten mimosa's, accacia's, azalea's, rhododendrons. Myrthe(?) En die met de schone bladeren: hulst, buxus, crotons, en laurier zilver, ge stippeld, gevlekt, en van het allerdonkerst groen! Is het wonder dat in de oudheid lauwerkransen gevlochten werden? de purperen toga (van hoeveel meters wel?) en de lauwerkrans voor een groot man Prunus, magnolia's, meidoorn, eschdoorn, leliebomen Andere bomen: 12 soorten eiken, kastanjes (ook die met de gevlekte bladeren), alle soorten sparren, dennen, cypressen, beuk, berk, walnoot, platanen, wilgen, populieren. En de bloemen in de tuin: Sneeuwklokjes, crocussen, narcissen, hyacinthjes, druifjes, 11 soorten anemo nen, lelietjes der dalen onder de bomen in de schaduw; al die lelies- uien- irissoorten, lissen in de middeleeuwen heetten zij al - lisch over zee), amaryl- len, ranonkels. Goudsbloemen, Africaantjes, lobelia's, Oost-Indische kers, anjers, rozen, lathyrus, muurbloemen, al de salvia's, die geraniums, lupinen, pioenen, stok rozen, riddersporen, leeuwebekken brem. (Vervolg pag. 28)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1960 | | pagina 5