süS'i
iH
PRIVATE
KEEP-OUT
I
msewem/
Vin TJAUB
XV SAN FRANCISCO (vervolg)
Net zoals straks de .Randstad Holland worden
zal, zo is San Fransisco al sinds vele jaren: aan
eengegroeid met tientallen voorsteden aan de oost
zijde van de baai tot Sacramento en in het zuiden
tot ver voorbij San Jose (spreek uit Hosee). Tien
tallen steden zo groot als Hilversum, Eindhoven
en Groningen liggen aaneengereid tot een natie op
zichzelf, geografisch ook met al de wonderen van
zon natie (je vindt er zelfs Veluwse- en duin
landschappen) en dan nog een paar erbij. Alles
verbonden door systemen van highways, skyways
en tollroads, waarlangs zich een continu groot-
verkeer beweegt zonder ongelukken, Amerika kent
een groot aantal verkeerslimites, maar in een sy
steem dat toch grote vrijheid garandeert. Een
Amerikaan is een geduldig mens. Hij zit nooit
ongeduldig gas te geven of te toeteren bij cross
roads. Hij trekt snel op tot zijn limiet, 45 of 65
mijl, en houdt het erop. Dat hele verkeer geeft dus
de indruk van een exercitie op een enorm parade-
veld, waarbij iedereen in de pas blijft.
Zoals ik al eerder gezegd heb: het Amerikaanse
leven staat alle burgers toe zichzelf te blijven en
het patroon van zijn afkomst te handhaven. Duit
sers, Zwitsers, Fransen, Chinezen, Japanners spre
ken in hun eigen gemeenschap hun eigen taal,
drukken hun eigen krant en voegen zodoende on
overzienbare nieuwe levende elementen toe aan
het toch al zo rijke Amerikaanse leven. Zelfs his
torische gebruiken mogen blijven leven. Ik heb in
Pennsylvania en Indiana afstammelingen gezien
van de oude Hollandse Menisten, met middeleeuw
se mantels en suikerbroodhoeden. Het mag. Waar
om dat eeuwige Hollandse gezeur en ge-urm over
aanpassen en „vergeten maar Waarom wil Hol
land wijzer iijn dan God, die toch alle mensen
schept met een eigen geaardheid? Als wij onder al
deze verschillen maar mens blijven en elkaar res
pecteren. Dat doet men hier.
Ik ben naar Amerika gegaan om mij te oriënteren.
Ik durf nu al zonder enig voorbehoud te zeggen:
wie naar Amerika gaat zal ruimer en vrijer leven.
De voorzichtigen zullen hun oude branie heront
dekken. Die vleugels hebben, zullen vliegen. Zeker
zullen de ouderen zich een paar maal moeten hc-
denken, maar ik zou ze willen aanraden hun kin
deren aan te moedigen te gaan. Hier in Amerika
is door de dwang van de markt (sneller ontsla
gen) en het ontbreken van de kastjesgeest (ook in
beroepen), de kans op ontplooiing volgens karak
ter en aanleg groter. Ik durf te voorspellen, dat in
één generatie de Indo in veel meer vrijer beroepen
werkzaam zal zijn dan in Holland. En dus sterker
en veelvermogender zal zijn. Mocht er ooit een
toekomst zijn voor de Indischman als groep, die
toekomst zal hier geboren worden. Na één genera
tie weggeassimileerd? Nonsens.
Hier in Amerika beleef ik voor het eerst de sen
satie van het Indo na Indo na Indo te ontmoeten,
zonder zelfs maar de kleinste schaduw van
assimilatiebewustheid. Geen moment het probleem:
zal ik Amerikaan worden of Indo blijven? Men is
frank en vrij zichzelf. En men neemt het een
ander niet kwalijk die een andere opinie heeft. Hier
nergens dat geleuter van: moet ik nu eigenlijk
meer kentang eten of rijst? The heck, everybody
likes rice. Het is gewoon Amerikaans voedsel.
We're welcome exactly as we are. Het is zeker
niet toevallig dat het Amerikaanse antwoord op.
Thank you" is: „You're welcome!" En niet dat
suikerzoete schijnwelkom als waarmee Minister
Beerman een taart aansnijdt voor arme spijtoptant-
jes en meteen de boot hard afhoudt voor duizenden
anderen. Dat „You're welcome!" is het eerste dat
de Indischman met vreugde leert kennen en ge
bruiken. Het gebeurde zelfs een Indische dame
toen een heer in de tram per ongeluk op haal
teen trapte en zei: „Oh please, excuse me! .ant
woordde met een gul: „You're welcome! Weg
zijn alle lange tenen! Als ik niet zulke enorme ver
plichtingen in Holland had, ik zou hier blijven.
Hier blijven. Maar hoe werken? Voor zover ik kan
nagaan is er hier in California alleen nog ruim
plaats (voor dames en echtparen) voor de huis
houding. Ik geloof dat een dame van middelbare
leeftijd, die nu nog haar tijd verdoet als typiste
op een ministerie of ander regeringskantoor, veel
beter doet door hier te komen en al was het
maar voor een half jaar of een jaar te werken
als juffrouw van de huishouding. Ik heb ettelijke
vrouwen in Indische gezinnen gesproken, die het
fljEAse use
TBS WAlKS
bestaan ook vervelende dingen al zien ze er anders Jit dan in Holland. HILDA C.
gedaan hebben. Ze zijn zeer dankbaar voor die
leerzame tijd. Je hebt gratis kost en inwoning
plus nog een salaris dat varieert tussen de 165
en 225. Je kan ook op je zelf wonen en zoveel
uur in de week komen managen. Je leert de manier
van huishouden, koken, gasten ontvangen, om
gangsvormen, etc.,etc. zeer snel. Door het tekort
aan dienend personeel is de behandeling hoffelijk
en royaal (geen zware handenarbeid and when
you must, just quit and look for something else).
Wie snel een goede plaats in het Amerikaanse
leven vinden wil, moet twee dingen per se leren:
vlot Engls spreken en autorijden. In the States
heeft iederen een auto. Iedereen moet hier een
auto hebben, omdat de afstanden hier zo groot
zijn en de hele samenleving trouwens ingesteld is
op onafhankelijk vervoer van iedereen. Wie alleen
maar bussen of trammen wil (daar waar deze ver
voermiddelen zijn dus in de grote steden) heeft
al direct een beperkt werkrayon. In dorpjes (die
allemaal enorm veel groter zijn dan in Holland,
omdat men houdt van vrije woningen met veel
erf) loopt niet door elk blok een bus. In Amerika
zijn overigens de eisen lang niet zo streng als in
Holland. Het verkeer is minder ingewikkeld om
dat alles hier veel ruimer gebouwd is en er veel
one-way-routes" zijn.
Je hoeft niet erg veel van Engels te kennen, op
geen stukken na zoveel als „eind-Mulo (en van
dat waardeloze „thema-Engels"), maar voldoende
omgangs-Engels. In hemelsnaam wees niet bang.
Bedenk dat tienduizenden veel eenvoudiger Filip-
pino's, Chinezen het ook hebben kunnen leren. Dat
zoveel duizenden Indische meisjes uit zeer een-
voudige milieus hier snel hebben kunnen aarden.
Die Hollandse voorzichtigheid heeft veel Indische
mensen nodeloos besmet. Heb zelfvertrouwen.
Hang je leven niet op aan sociale zekerheden
(die hun gebreken hebben en niet eeuwig zijn)
en Dreespensioen (dito). Durf op eigen benen te
staan.
Wat andere betrekkingen betreft: wat ik zo om
me heen gezien heb: met taai volharden komt
iedere Indischman aan een job. En door zijn aan
geboren goede eigenschappen blijft hij er ook wel
en komt goed vooruit. Men wil hierbij altijd de
beroerlingen tegen me uitspelen. Maar laat ons
nu even wél zijn: een staat die zijn beroerlingen
in de watten legt, daar is wat mee loos. Waar of
niet! Zoals een Indische jongen mij hier zei: „In
Holland werken de goeden zich krom voor de
slechten!"
Men hoeft het niet met me eens te zijn, noch met
de Indische opvattingen hier. Maar men wete in
elk geval dat er op de wereld andere levensbe
schouwingen bestaan die ook leven! Hier zijn
een paar „plusses" van Indische werkkrachten in
Amerika: ze zijn trouwer (lopen niet zo gauw
weg); ze zijn geen drinkers (alcohol) en uit
gaanders; ze zijn rustig en constant in hun werk;
ze zijn met betrekkelijk weinig tevreden. Toch zijn
ze ambitieus, maar bouwen hun progressie op met
„sabarZe zijn welgemanierd. Ze hebben geen
„criminal tendencies".
Hier zijn (nog steeds) enkele gebreken. Hij is nogal
gauw „paja", geneigd om te klagen (maar dat
gaat snel over). Hij denkt nog steeds in termen
van: ieder voor zich, enz., enz. Hij is dus zelden
aangesloten bij Amerikaanse gemeenschappen en
vormt geen gemeenschap uit zichzelf dat laatste
kan fataal worden. Want inderdaad vaart zonder
geluk niemand wel. Maar men kan buiten zijn
schuld herhaaldelijk getroffen worden door pech.
Als er dan geen gemeenschap is, die met kleine
individuele bijdragen een weerstandskas heeft en
door brede connecties voor uitwegen zorgen kan,
is hij „de sigaar In Holland kan men nochtans
op zich zelf blijven: „Ach. ik heb mijn steun, ik
ga niet dood." Maar waarom moet men zijn steun
aan de staat vragen? Waarom bouwt men zijn
steun niet zelf op? Het kan. Alle andere volks
groepen doen dit ook. Wij zullen het leren. In
Amerika sneller dan in Nederland.
Ik zal mij nog ijveriger voor de Tong-Tong-ge
dachte inspannen dan ik al deed. Zo zoetjes aan
komt ieder mens wel op een leeftijd dat hij eigen
genoegens gemakkelijker opzij zet om anderen te
helpen. Laat ons niet tot onze dood toe de koek
van ons leven alleen voor onszelf opeten, maar
op gevorderde leeftijd meer geven aan anderen.
Dit beroep doe ik op alle ouderen. Met kleine bij
dragen kunnen wij veel bereiken: een gezonder en
sterker stepping stone voor onze kinderen en
kindskinderen. Het mag dan zijn dat voor ons
alleen nog Oud Eik en Duinen is weggelegd, maar
6