.01 'OytfrSZ/-&91 van onze Tong Tong familie WAJANGFIGUREN Door onze oproep in het num mer van 15 januari j.l. is door een verrassend aantal gegadig den gereageerd. Een sprekend bewijs dat de belangstelling in de Oosterse kunst nog lang niet is verdwenen, integendeel zelfs nog aktief wordt beoefend! Uit het grote aantal liefhebbers hebben wij een keus moeten ma ken, maar wij hebben alle namen en adressen genoteerd. In de toekomst zullen wij zeker nog van hun kundigheden gebruik kunnen maken. Aan allen die zo aktief reageer den, onze hartelijke dank! Redactie GOIANA (Brazilië). „Mijn man en ik zijn échte „anaks Betawie". Wij hebben 4 zonen van resp. 20, 18, 17 en 11 jaar. We zijn slechts 14 maanden in Holland geweest. Mijn man kreeg namelijk een betrek king aangeboden bij een grote Braziliaanse oliemaatschappij, op een contract van 3 jaar. Het contract is nu om en het bevalt ons hier zo uitstekend, dat we van plan zijn hier te blijven. Mijn man en jongens zijn nu in Goiania een reparatie-atelier begonnen voor alle soor ten electrische apparaten. De eerste indruk, die we van Brazilië kregen was ook: het oude Indië. Hier val je alleen op doordat je een andere taal spreekt. De Braziliaan is ook niet zo groot en getint, doch natuurlijk heb je ook blanke, bruine en don kere. Als ze niet spreken zou je zweren, dat het Indische mensen zijn. Groenten en vruchten ook zelfde als in Indië. Alleen de doerèn ben ik nog niet tegengeko men, verder vrijwel alles." Mevr. E. S. PERSIJN-VOLL. BRAZILIË. „Vraag voor mij aan je lezers of ister iemand die weet hoe je ragie moet maken; ik verlang zo erg tapé te maken; sienkong ister erg veel, maar ragie ister niet. Tempé ister ook niet, maar kedelé-nja ister wel. Hier in Brazilië ister ook banjak veel Indo, nu Indo ister overal op de wereld, wat je noem „Tepentjar". SI TIKOES KIDUGALLO. „Van Rome vlogen wij regelrecht naar Ben ghazi (Libië), waar wij met donker arriveer den. In Benghazi kregen wij een andere crew, in tropentenue. Volgende „halte" was Wadi Haifa, in de Sudan, vlak tegen de grens van Egypte aan. Na een half uur aan de grond gestaan te hebben, vlogen wij door naar Khar toum, ook nog Sudan; we hebben hier even buiten gezeten, genietend van onze eerste tropennacht. Het was warm en er was een heldere sterrenhemel. Over twaalven vertrok ken wij van Khartoum voor de lange ruk naar Entebbe (Uganda); hier kregen we gelegen heid om te slapen, wat inderdaad lukte. Beneden in de diepte zagen wij voor het eerst iets van Midden-Afrika. Uitgestrekte vlakten We ontvangen geregeld brieven uit het buitenland Wij kunnen ze natuurlijk niet allemaal publiceren, maar willen toch geregeld daaruit die gedeelten overnemen, waaraan aspirant-emigran ten veel kunnen hebben. In de meeste brieven wordt nadrukkelijk gewezen op de noodzaak de taal van het land waar heen geëmigreerd wordt goed te be heersen om te kunnen slagen, zowel in woord als schrift. Over het algemeen is het ook de eerste 3 a 6 maanden hard aanpakken en ook aanpassen. Meestal wordt men niet meteen geplaatst in die betrekking waarvoor een opleiding is genoten, maar moet men met heel an dere, geheel verschillend van hun eigen lijke, genoegen nemen. Maar hebben we in het leven niet altijd een „proeftijd"? In ruil voor zonne schijn en ruimte hebben wij die ont beringen in het begin echter graag over Veel succes en sterkte toegewenst, zus jes en broertjes van onze grote Tong- Tong- familie, en blijf ons schrijven en op de hoogte houden! REDACTIE ONZE INDISCHE ANTILLANEN WEREN ZICH OP DIVERSE PLAATSEN GEDUCHT. Hier zien we ze met hun „Hawaiian Rhythmics" zorgen voor een TV-uitzending. Als musicerende gasten zijn ze op vele festiviteiten zeer populair. Belangrijker is, dat dit muzikale element dienstbaar is aan het sociale werk van de Indische Vereniging Curafao. Organiseren, besturen, leiden, ziedaar eigenschappen die de Indischman in ruimere mate ontwikkelen moet om de maatschappij waarin hij leeft op royalere wijze te dienen. met bush, heuvelachtig, doorkruist door rivie ren (bovenloop van de Nijl). In Entebbe kre gen wij ons ontbijt en een nieuwe crew. Hier hoorden wij voor het eerst Swahili spreken. Entebbe ligt er prachtig, op een eiland of schiereiland in het Victoria-meer. De planten groei is er tropisch: klapperbomen, bananen, manggass en nog veel meer gewassen uit ons dierbaar Indië zak ik er terug." SI JIM. OTAHUHU/AUCKLAND (Nieuw-Zeeland „We wonen nu bij K. en L.: slapen in een caravan op hun erf, hetgeen prima gaat. Zijn zoekende naar een huis, hetgeen niet meevalt, vooral omdat we er een met drie slaapkamers moeten hebben. We werden namelijk als het ware opgewacht door een Indische familie: hij is hier met verlof en H. C. v. P. uit Nieuw- Guinea. Hij moet nog een jaar terug voor zijn pensioen en wil zich dan ook hier vestigen; heeft al een stuk grond gekocht om er een huis op te bouwen. Ze hebben drie kinderen, waarvan ze de oudsten: een jongen van 18 en een meisje van 17 dit jaar hier willen laten op school, en zullen wij die nu waarschijnlijk in huis nemen. Na dit jaar zijn dan waarschijnlijk de ouders van K. ook hier (willen ook uit Holland weg, vooral nu ze geen sou meer uit Indië krijgen) en kunnen die dan bij ons komen wonen. Maar we moeten dus eerst zien zelf een roemah tangga te vinden! Verder ben ik natuurlijk al zacbtkens aan het uitkijken naar een baantje, wat ook al niet meevalt.Voor toekangs en technici voldoende kansen, echter minder voor de combinatie: overjarige kolo niaal infanterist/buitenlander. Enfin, hoewel de prijzen hier hoog zijn (U/^ a 2 x zo duur als in Holland) kiinnen we van mijn pen sioentje wel leven, maar dat is ook alles. Verder heb je hier beslist transport nodig, afstanden banjak groot, zodat iedereen een middel van versneld vervoer heeft. K. heeft een motor om naar zijn werk te gaan en kun nen wij zijn autotje gebruiken (heeft hij juist weer ingeruild voor een grotere in ver band met zijn verlof, om er ook eens gezamen lijk mee uit te kunnen! Je ziet hier de gekste oude karren lopen, soms van vóór 1930, en de prijzen zijn nog banjak hoog. Toch bevalt het me hier wel: het weer is nu behoorlijk (zit met pakai zonder badjoe in de caravan te tikken) en ook de winters schijnen redelijk te zijn: ik beklaag jullie daar in die negeri dingin Jagen nog niet gedaan, niet zo gampang. Vis sen wel: boleh! Hrote knapen: 60 a 100 pound: Dat is pas sport! CHARLES 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 12