Stenen charters „INGET MATI" „AD PATRES" Fa. Johs. Ouwejan Zn. ROUWKAMERS en ONTVANGKAMERS AIRCONDITIONED Kopi soesoeoeoeoeoe Goela-nja soesoe-keniel De bekende Franse bouwmeester Viollet-le- Duc, schreef eens: On pourrait faire l'histoire de l'humanité a l'aide des tombeaux. Hoe waar dit is, wordt helaas nog al te weinig beseft. Reeds in 1854 beklaagde zich iemand in het tijdschrift „De Navorscher" er over, hoe jaar op jaar door verbouwing van kerken, vele grafzerken door onachtzaamheid verloren gin gen, en stelde voor, dat de kerkbesturen zich zouden belasten met de vervaardiging van aantekeningen der grafschriften. Wat onze kerken in Nederland betreft, is het dank zij de noeste arbeid van wijlen Mr. P. C. Bloys van Treslong Prins, gelukt het grootste deel van de zerken in de kerken en er omheen (de oude „Kerkhoven") te verzamelen, en in druk te laten verschijnen. Na zijn vertrek naar Java zette hij daar dit werk voort, en nam daar ook de begraafplaatsen bij op. Helaas hebben van de opgezamelde gegevens slechts 4 dln. het licht gezien, hoewel er nog minstens 2 andere persklaar waren. Na het wegvallen van een groot deel der Burg. Stands- en bevolkingsregisters voor ons oude Indië, stijgt de praktische gebruikswaarde der vier verschenen delen nog met de dag, maar voor onze oud-Indischgasten blijft nog een be langrijke bron disponibel, die tot dusver maar al te weinig gebruikt is. Zijn we ons wel bewust, dat, tot de eerste wereldoorlog Indië weinig blijvers telde? Het koloniaal doel was zo vlug mogelijk een potje maken, of met de dubbele dienstjaren op vrij jeugdige leeftijd een pensioen verdienen en dan weer naar Patria om het te verteren Een groot deel dier gerepatrieerden vestigde zich in Den Haag of omgeving, en zodoende ligt een behoorlijk stuk van Indië's familie album op Oud Eik- en Duinen of andere Haagse kerkhoven. Wie daar eens moet zijn, leest op elke rij graven vele namen, die een formidabele klank hadden in het oude Indië. Vaak met trouw- en geboorteplaats en datum, en meestal met opgave van functie, ridderorden enz. De begraafplaatsen zijn soms uitgebreider dan de Indische, maar daar staat tegenover, dat we ons alleen maar behoeven te occuperen met hen, die een Indische carrière achter de rug hebben, of in Indië geboren zijn. Als we nu eens begonnen met een clubje te vormen, van heren of dames, die eens of meermalen per maand, een paar vakken van die begraaf plaatsen langs wandelen, en eens noteren wat ze daar voor gegevens uit tempo-doeloe tegen komen. Hoeveel vergeten toean besar's zullen weer voor onze geest komen. Maar niet alleen Den Haag telde vele oud- Indischgasten, ook het Gelderse Haagje, Arn hem, Velp, Oosterbeek en de Stichtse Lust warande, van Zeist tot Doorn en Leersum zijn altijd in trek geweest, en de begraafplaatsen dier gemeenten zijn lang niet zo uitgebreid. Voorts zijn ze meest prachtig aangelegd, en is het een lust daar eens een uurtje te wandelen. Begrafenis- en Crematie-Onderneming Opgericht 1924 Kantoren: Fred. Hendriklaan 7, Den Haag, Tel. 070-556427 (2 lijnen) buiten het drukke verkeer. Dit is nu weer eens een opgave voor onze stil-levende abonnees, een uur of langer in die stille rust rond te dwalen is heel wat gezonder dan in een druk café te zitten; en de bioscoop bewaren we voor regenachtige dagen, terwijl U ruim op tijd terug bent voor de beeldbuis, voor de mid dagen dat er uitgezonden wordt, krijgt U van ons graag vrijaf! Voor de inwoners van andere plaatsen geldt het zelfde, op „Crooswijck" of het Amsterdamse „Zorgvliet" rust ook menige oude sobat, en voor velen onzer gerepatriëer- den, die ondergebracht zijn in kleine plaatsjes, waar ze voorheen nooit van gehoord hadden, is een wandelingetje over het kleine dorps kerkhof, wellicht ook niet zonder praktisch resultaat, al was het slechts om vele ergernissen in rust af te reageren! Vrijwel elke begraafplaats bezit registers van de daarop teraardebestelden, en wellicht is het mogelijk door contact met de opzichters een eenvoudiger methode van werken te vinden, maar eerst moeten we een begin maken, en dus wacht Navorser weer opgaven in van abonnees, die in principe bereid zijn hunne medewerking voor dit doel te verlenen. INDISCHE EN NEDERLANDSE TESTAMENTEN Onze voorvaderen waren nogal op de penning, een eigenschap die voor geen gering deel aan hun welvaart en financiële macht ten goede is gekomen. Daarnaast waren ze ook precies, wat financiële administratie betrof, en het is hele maal niet verwonderlijk om Sybren fanszen, bosschieter der Ver. O.I.C. ergens in Achter- Indië te laten testeren over een bezit van enkele tientallen guldens. Die testamentaire dispo sitie kwam, wanneer de man in kwestie over leden was, naar Batavia en ging dan met de eerstvolgende retourvloot, naar het hoofdkan toor der Compenie in Amsterdam, en werd letterlijk gecopiëerd in enorme folianten, die gelukkigerwijze bewaard zijn gebleven en thans berusten in het Algemeen Rijksarchief te s-Gravenhage, in de afd. Koloniaal Archief II, nrs. 1204812099De registers beginnen in 1700 en lopen tot de opheffing der Com pagnie door de Bataafse Republiek. Het Kon. Ned. Genootschap voor Geslacht- en Wapenkunde, heeft daar indertijd een klapper op fiches, op de namen der testateurs doen vervaardigen, maar voor hen, die geen lid van het Genootschap zijn, zijn er twee enorme folianten, met alfabetische, maar niet lexico grafische naamlijsten der testateurs in chrono logische volgorde, van A: de hier te lande in dienst genomene, en B: de in Indië in dienst getredenen (Nrs. 12100 1210). Het is tijd rovend, maar niet onmogelijk, hieruit de gezochte persoon terug te vinden, en de inhoud der testamenten vergoedt meestal de gedane moeite. Men lette wel, dat dit dus uitsluitend de 18e eeuw betreft. Voor de 19e eeuw zijn we aangewezen, zowel voor Nederland als voor Indië op de ons over gebleven protocollen der Notarissen, die hier te lande tot 1885 overgebracht zijn naar de Rijksarchieven (of Gemeentearchieven indien de Gemeente een eigen archivaris bezat, en op het beheer prijsstelde)Het onvolprezen werk van F. L. Hartong. dat ook al weer een halve eeuw oud is, vermeldt van alle protocollen van ongeveer 15501915, waar deze zich op dat moment bevonden, en weet men slechts de naam van de notaris, of zelfs bij kleinere plaatsen de naam der gemeente, waar het Ik was laatst bij een burgemeester op bezoek (er zijn méér burgemeesters-Indischgast in Holland dan U wel denkt) en we dronken een kopje koffie. Voor mij kopi tobroek en voor hem kopi soesoe. Soesoe-nja je dèng wat? Soesoe kentel Tjap Nona. Daar werd helemaal niet bijzonder de aandacht op gevestigd. Dat ging onder het spreken over zaken ongemerkt door. Nu moet U weten dat ik dit in tientallen Indische gezinnen heb mee gemaakt héél hoog aan de lijst en héél laag. Het schijnt voor een massa mensen een onver brekelijke habitus geworden te zijn, dit kopi- soesoe-kentel drinken. Voor wie het nog niet weet: soesoe kentel gecondenseerde gesui kerde melk. En dat in het land waar echte koemelk dé gezondheidsdrank is bij uitnemendheid (nou ja, een beetje afgeroomd apa boleh boewat!) en men méér mans wordt door het drinken van dezelveZure critici, vóór ge van leer trekt, bedenk dat destijds in Indië massa's uitnemende totoks een zure haring bleven prefereren boven een excellente gerookte ban- deng! Nou, én?... In Tong-Tong openbaarden we destijds dat massa's lezers nog trouw met de goeling naar bed gingen. Hier zijn dus de soesoe-kentel- drinkers (moet je eens kijken op de redactie van Tong-Tong!). Wie weet nog een paar van die (voor assimilatie-kampioenen onhebbelijke) hebbelijkheidjes? testament gepasseerd zou kunnen zijn, dan komt men meestal wel in de goede richting. Volgens de Wet op het Testamentenregister werd opgericht het zgn. Testamentenregister, dat berust bij Bureau C der le afdeling van het Ministerie van Justitie, Plein 2b. Hier berusten opgaven der akten verleden sinds 1-1-1890 hier te lande, Suriname en de Nederl. Antillen, zomede de acten verleden voor de Consulaire ambtenaren. Met de Ned.-Indische testamenten (uitsluitend Europeanen), is men eerst later begonnen, te weten 10-7-1918. Van augustus 1945 tot juli 1946 is het Indische register niet onder beheer van het Ministerie van Justitie te Djakarta geweest, en beschikt het (Ned.) Centraal testamentenregister niet over een geheel volle dig duplicaat van de in Indonesië geregistreer de acten. Mocht men dus tevergeefs aankloppen bij het Ned. Testamentenregister, dan is er altijd nog een kans, dat als vroeg of laat de diplomatieke betrekkingen en het postverkeer met Indonesië hersteld worden, men in Dja karta meer weet. Tot hoe lang men deze gegevens uit Djakarta heeft overgemaakt is ons onbekend, maar het meest voordelig lijkt ons toch, om in Neder land te beginnen. Aanvragen om inlichtingen uit het Centraal Testamentenregister dienen, na volledige invulling der vereiste gegevens betreffende de testateur, te woorden ingediend bij de Inspecteur der Registratie en Successie tot wiens ambtsgebied de laatste woonplaats van de overledene behoort, vergezeld van een storting van 2.50 voor iedere aanvraag. Toen het nog mogelijk was aanvragen in te dienen bij het Indonesisch Centraal Testamen tenregister (Djawatan Pendaftaran Surat Wa- siat) te Djakarta, diende men een vergoeding van Rp. 7.50 te storten. Had men reeds tever geefs inlichtingen gevraagd bij het C.T.R. te 's-Gravenhage, dan kon men de kwitantie daarvan opzenden naar Djakarta en dan koste loos inlichtingen krijgen. Hoe dit na herstel der betrekkingen wordt, zullen we dienen af te wachten. NAVORSER 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 16