tong fniüf
VAN HIER EN GUNDER
ik
ik
IN DIT NUMMER:
7e JAARGANG No. 5
Waarom ben je verbaasd dat juist de grote
boeng" abonnee is van je blad en de kleine
boeng" niet? Het is juist logisch!"
Mies Roelofsma
Ik ben niet verbaasd dat de „grote boeng" in
overwegende mate abonnee is (de verhouding
is 3 1ik verwacht niet anders van hem.
Ik ben verbaasd dat de verhouding tot de
kleine boeng zo slecht blijft. Dat „kleine
boeng" nog maar steeds niet kan inzien dat
een blad waar Universiteiten, Staatsraden,
Hoogleraren, Hoofdofficieren met plezier abon
nee van zijn, toch wel wat anders móet zijn
dan een „heimweeblaadje", een „petjo-krant",
enz. enz. En dat „kleine boengs" deze mening
triomfantelijk naar alle kanten blijven uit
kramen, waarmee ze zich constant omlaag
halen. Want wie alleen maar struikelen wil
over af en toe een Indonesisch woord of
Indische term, maar geen historische en
culturele waarden zien kan, blijft toch erg
„beneden de maat".
Typisch is de abonneeverhouding bij officieren,
onderofficieren en soldaten. Die is 9 4 1,
terwijl in aantal de verhouding ruimschoots
Vaste rubrieken OP PAG.
Van Hier en Gunder 2
Waar komt dat woord vandaan? 10
Pent jak 11
MYANA voor de vrouw 12, 13 en 14
TANTE MIEKE (voor ,,Onze Bibit") 14
Indo's in de vreemde 15
Oud-Indische geslachten (Navorser) 16
I.K.K. TONG-TONG 17
Oude Sobats: De Sprookjesvogel 19
Ting-Ting's 22
Redactioneel
Verkenner en hoofdmacht 3
Het B.O.N.-Fonds 4
Abonnees van het eerste uur 4
De Garde aan de kant 5
Aloes, adil 6
Un clair de la lune a Depok 10
Krembangan 10
Kopi soesoeoe... goelanja keutel 16
Remember
Namenlijst, 2e gedeelte 6
8 maart 1942 6
Eresaluut
C. Th. van Deventer 7
Jubilea
50 jaren „Deventer" 8
Reünies en Aankondigingen
Paria van Glodok, in Utrecht 17
Bouwplannen
Bungalowbouw „la Garitabij Las Palmas 21
Reacties van abonnees
Human Relations 17
Abonnees vertellen
Cultuurschool Soekaboemi 1914-1917 9
Karl May 18
Welke das? 18
Sterven bij de Waringin 18
Een oude kennis 19
Rectificaties
Bambingan 10
Dongèngan van Si-Klaas 19
andersom is. Veel te gemakkelijk wordt met
het „motief" geleurd: kannietbetalen. Een
volkomen onwaar motief. De riks per kwartaal
kan er bést af. Wat er daartegenover niet
wordt verbioscoopt, opgegeten, gedronken en
gerookt en verpleziert, terwijl een ex-officier
voor zijn pensioen vaak met moeite een res
pectabele status móet betalen. En dat bedoel
ik nu juist: kleine boeng blijft klein; grote
boeng blijft groot. In de bouw- en fondsen
plannen van Tong-Tong blijkt het weer:
grote boengs, die het niet nodig hebben, doen
wél mee, offeren wel. Kleine boengs, die
straks tanggoeng in de narigheid komen,
bedanken hooghartig.
Wat ik nog steeds (vergeefs?)) probeer, is
de grote groep kleine boengs een beetje
pienterder te maken, omdat zij er zelf het
meest mee gediend zijn. Zou het ooit lukken
T. R.
LEVENSGEVAAR
„Tjalie, je gaat veel te snel. Indisch hofje,
Plan Malaga, BON-Fonds, N.V. allemaal
achter mekaar. Niemand kan volgen. Zo loop
je je in je eentje dood". A. S.
Dat valt wel mee. Aan het spottend schouder
ophalen of ernstig uitleggen dat het niet kan,
ben ik al gewend. Alles gaat door. Niet omdat
HET MOET. Alleen schrik ik af en toe als ik
merk hoe langzaam het gaat.
Het doet me ergens denken aan het begm van
de politionele acties. We lagen ergens bij
Pondok Gedeh. Op een middag werd er dicht
bij opeens geschoten. Een brigade rukte haastig
uit. Ik was erbij. We trokken omzichtig een
kampong door. Er werd helemaal niet meer
geschoten. We kwamen aan de rand van de
kampong. Voor ons strekte zich een verlaten
ketimoentuin uit, ongeveer een voetbalveld
groot. Aan de andere kant van de kampong
met dichte, donkere rand.
Zouden de „sloebers" daarachter zitten en ons
wegmaaien als we tevoorschijn kwamen? We
gingen in stelling met z'n dertienen verspieid
achter ónze kampongrand, en we loerden
scherp naar de overkant. Daar gebeurde niets.
Het was beklemmend stil. Maar dat kenden we
wel. Goed kijken of je niet plotseling toch
een groene schim zag of de blauwe glans vari
een Bren. Of een signaal hoorde. En goed naar
de ketimoen loeren. Daar waren misschien
booby-traps verborgen. Wham! Poten weg!
Uitkijken
We loerden en we fantaseerden en we ver
veelden ons en diep binnenin schaamden we
ons. En we zeiden: „We houden ons koest,
dan komen zij er wel uit" Er kwam niemand.
Er bewoog niets. Wat zouden we aan de luit
zeggen als we na een uur terugkwamen? Non
sens, er was niets. Kom, laat ons maar keti
moen plukken in elk geval. Ajo, opstaan.
Vooruit lui, verspreid voorwaarts. We kwamen
uit onze liggende, hurkende of zittende hou
ding overeind. Iedereen zei voorwaarts. Ik
ging mopperend voorwaarts. Pratend tegen de
anderen en omzichtig om de rijpende keti-
moens heenstappend: „Dat verd.mde niksdoen.
Ze zijn aan de andere kant veel banger dan
wij...", enz.
Ik was zo in de ketimoens verdiept, dat ik
niet links of rechts keek. Toen ik het wél
deed, schrok ik me „mottig". Ik was alleen!
Moederziel alleen in een naakt en helbeschenen
schietveld. Er was geen ander mens in de
wereld dan ik. De anderen waren nog aarze
lend in de bushbush gebleven. Ik bleef een
minuut (of seconde) verstard van schrik
staan. Elke seconde kon het vuur van twee
BIJ DE VOORPLAAT:
Heb je wel eens in de Brantas gevist? Ik wel:
bij Malang, Blitar, Kediri en Soerabaja. En
achtereenvolgens stroomde het water van deze
wonderlijke rivier naar het Zuiden, het Wes
ten het Noorden en het Oosten. Geen enkele
rivier ter wereld die zó wonderlijk stroomt.
Geen enkele rivier ook die een gebied door
stroomt zó rijk aan historie als deze rivier, die
de opkomst en de ondergang zag van Dhoho
en Modjopahit, de groei van machtige rijken
en de ondergang ervan. Aan de oevers van
deze rivier heeft Djojobojo geleefd en heeft
een zekere Tjalie Robinson op de muur achter
de Tepekong van Kediri geschreven: „Wie
dit leesd, is gek"
Deze rivier heeft tweemaal de Keloed zien
uitbarsten. Hier hebben de benden van Tan
Malakka en Sabaroeddin gevochten tegen
OVW-ers en 7 Dec. divisiërs. Hier zijn de
grootste en rijkste suikerfabrieken ter wereld
verrezen en hier zijn ze in een zinneloze ver
nietigingsoorlog verbrijzeld. De historie van
het stroomgebied van de Brantas is een historie
van zegen en tragiek, van onmeetbare rijkdom
en onzegbare armoede, kortom van een waarlijk
Mens, die groot durft te leven.
Daarom houd ik van de Brantas. Daarom houd
ik van Kediri. En brengt Tong-Tong op deze
plaats een apart saluut! T. R.
Foto uit: „d'Oriënt".
Onafhankelijk Indisch Tijdschrift
Prins Mauritslaan 36 - Den Haag
Tel. 542.542-550.749 - Giro 66St>
Telegramadres: TONGTONG
DENHAAG
Verschijnt:
de 15de en 30ste van elke maand
Prijs: per nummer: 0.50
per kwartaal 2.50
per halfjaar 5.—
per jaar 10.
Betaling geschiedt altijd VOORUIT
ABONNEMENTEN BUITENLAND
(per jaar):
Australië:
p. luchtpost: 43.-; p. zeepost: 15.-
Nieuw-Zeeland, Zd. Afrika, Brazilië:
p. luchtpost: 33.-; p. zeepost: 15.-
Nieuw-Guinea, Canada:
p. luchtpost: 27.-; p. zeepost: 15.-
Suriname, Antillen:
p. luchtpost: 21.-; p. zeepost: 15.-
West-Europese landen:
p. luchtpost: 15.-
Agente voor Canada: Mevr. E. Ie Sueur-
Zimmer, 1 Richview Side Road, RR 1
Islington, Ontario, Canada.
„THE AMERICAN TONG-TONG",
Zelfstandige Editie voor de V.S., Mana
ger: Roy J. Steevensz, Editor: Lilian
Ducelle. Offices: 5430 Pioneer Blvd.,
WHITTIER, Cal. Phone 692-9632.
Month 1, Half year 5, Year 10.
Uitgave GAMBIR
Uitgeverij voor Oost en West
Onder redactie van
TJALIE ROBINSON
Vervolg op pag. 5)
Zoekt op basis van de nuttige ervarin
gen in de Gordel van Smaragd nieuwe
interessen in Nederland te wekken
voor de Tropengordel