KALOMALEE LANKAH LIMA D r*/II B 1% Cx A (Vervolg van pag. 8) Herinneringen van een „Toekang Poekoelan passen waarin de grepen worden uitgevoerd en de „samboetan"dat is het gevechts systeem van de diverse soorten pentjak. Hierin is begrepen de „sabel": het wegschoppen of wegtrekken van het been van de tegenpartij en de besot": het wegschuiven van het been middels het plaatsen van je eigen been aan de buiten- of binnenzijde van de voet van de tegenpartij, terwijl het lichaam in de tegenover gestelde zijde wordt weggeduwd. De muziek die daarbij wordt gegeven vindt plaats door het blazen op een houten trompet, vergezeld door de slagen op twee gendangs, waarbij een gong de maat aangeeft. De twee gendangs zijn lang werpige trommen, die aan beide kanten worden bespeeld en heten het „mannetje" en het „wijfje". Bij het aanvragen van de verlangde gendangslag, hetzij lepak tiloe" (drie-slag) of „tepak doea" (twee-slag), begint het „wijfje" regelmatige slagen te laten horen, waarop het „mannetje" invalt en de nodige variaties slaat. Voor beginnelingen is het nogal moeilijk om onderscheid te kunnen maken tussen de ver schillende melodieën en gendangslagen. Ook valt het niet mee om daarop zo te dansen dat je passen en bewegingen gelijkelijk worden uitgevoerd. De maat van de „Tjimandé" is nogal langzaam en meeslepend, omdat de dans hiervan bedoeld is om de lenige arm- en hand bewegingen ten toon te spreiden, terwijl de „Tjikalong" om te dansen, een vlugger en prettiger maat aangeeft. „MANG DEPRIS" (wordt vervolgd) In vorige artikelen is de Langkah Lima meer dere malen ter sprake gekomen en ook in het interessante verhaal van „Mang Depris" wordt ze aangehaald. Het is daarom wel interessant om te zien hoe die Langkah Lima feitelijk in elkaar zit. Wij gebruiken dezelfde methode die U in een schriftelijke danscursus vindt: „voetafdrukken" van linker- en rechtervoet en pijlen. Op de tekening ziet U voetafdrukken, waarbij U makkelijk het verschil kunt onderscheiden tussen linker- en rechtervoet. De Langkah Lima bestaat uit 11 „passen" (elke pas opent een z.g. „djoeroe"). Om niet teveel voetstappen op één plaats te krijgen, hebben wij de afbeel ding in drieën gesplitst (figuur I, II en III). De cijfers in de voetafdrukken geven het num mer van de pas aan (eerste pas, derde pas, enz.). Staan er twee cijfers in een voet afdruk dan betekent het, dat de voet op de zelfde plaats blijft of weer in een vorige stand terugkomt (bijv. op punt C van figuur I: de C ^^3} Onder deze grappige titel wijdde T. R. in de Tong-Tong van 30 augustus j.l. enkele be schouwingen aan woordopnamen en -verande ringen en hij vroeg de lezers naar soortgelijke gevallen. Zonder de pretentie te hebben, deze kwestie als bevoegd linguist te kunnen benaderen, vond ik het toch wel de moeite waard, op de onder- volgende voorbeelden die met talloze ver meerderd kunnen worden te wijzen. Ver moedelijk zullen althans enkele hiervan aan de meeste lezers niet bekend zijn. Onder de technische termen vindt men er heel wat, die uit het Nederlands of uit andere talen zijn overgenomen, zoals ook het Nederlands veel buitenlandse woorden al dan niet „verbasterd" heeft gerecipieerd. Ik wist niet zo gauw wat de toekang bedoelde toen hij me eens vroeg of het „boeplit" zo goed was. Hij bleek het bovenlicht in een in aanbouw zijnd huis te bedoelen. Woorden als „dong- krak" (dommekracht), „prahoto" (vrachtauto), „akki" (accu), „pegang setir" (het stuur vast houden, dus chaufferen), „listrik" (elektrisch, elektriciteit), „montor" (motor) enz. enz. zijn bekend genoeg. Verder zijn er heel veel termen als „arlodji" (horloge), „ampir" (bijna, amper), „poelpen" (vulpen), „loesin" (dozijn), „amplop" (enve loppe), „kokki" (kok of kokkin), „berlian" (briljant), „sekolah", „setan" (duivel, satan), „kemedja" waarschijnlijk van het Franse che mise), „dokkar" (dogcart, karretje), „badjoe" (baadje), „djeksie" (injectie) en dergelijke linkervoet bij de passen 2 en 4). De kleine gebogen pijltjes duiden het draaien van de voeten op dezelfde plaats aan. Een lange pijl (ongebroken lijn) geeft aan het verschuiven van het been (dus zonder dat de voet van de grond komt) van het ene punt naar het andere waarbij het been van de tegenstander wordt weggeschoven, het z.g. besot". Een lange gestippelde pijl is eveneens het verplaatsen van het been, maar hierbij komt de voet van de grond af en wordt met een boog weer neerge- plant; het been van de tegenstander wordt tegelijkertijd weggeschopt: dit noemt men sabef'De cijfers bij deze pijlen geven aan het nummer van de pas waarop men na besot of sabet in komt te staan; dus bijv. bij de besot 3. naar 4. staat bij de pijl het cijfer 4. En nu de beschrijving van de Langkah Lima, die als volgt verloopt: beginstand op A/B (pas 1.), dan eerste loop (linkervoet van A naar C) tot pas 2., waarna keren tot pas 3-, gevolgd door verplaatsing van rechtervoet van B naar D inmiddels eerste besot tot pas 4. die een ieder wel eens zal zijn tegengekomen als hij enige tijd in Indië/Indonesië heeft door gebracht. Sommige woorden zijn niet in wijde kring bekend omdat ze betrekking hebben op iemand of iets die/dat alleen op een bepaalde plaats voorkwam. Zo werd de Multatuliboulevard in Bandoeng voor de oorlog vaak aangeduid als de „djalan Meltiblipar". De bekende Indische familienaam Mispelblom Beyer werd soms schertsend uitgesproken als „Masih belom bajar". Iets dergelijks deed zich voor met de dame in het oude Batavia, die wegens haar overdreven zuinigheid wel eens als „njonja perdeo" (mevrouw pro Deo) werd aangeduid. „Pantekosta' (Pinksteren) en „Hari Natal" (Kerstmis) wijzen naar de Romaanse talen; b.v. de Italiaanse woorden hiervoor Pentecoste en Natale. Woorden die waarschijnlijk gevormd zijn in de tijd van de Oostindische Compagnie en daarna, tijdens het koloniale bestuur dat uit de V.O.C. is voortgekomen, zijn: „kompenie" (compagnie, gouvernement), „sopi" (jenever, zoopje), „beslit" (besluit), „senapan" (geweer, snaphaan) Sommige oud-Indischgasten zullen zich nog uit de tijd omstreeks de eerste wereldoorlog de reclameborden herinneren, luidende: „Skott brr' (spreek uit: „eskot brr" of wel ijskoud bier). Dit is natuurlijk geen werkelijke opname in het Indonesisch taaleigen geworden, maar gebleven bij een reclamestunt. MR. L. VAN DOMPSELER Nu gaan wij over naar figuur II, waarin pas 4. voor de duidelijkheid nog even herhaald is. Verder dus door keren tot pas 5-, gevolgd door de eerste sabet (verplaatsing linkervoet van C naar B) tot pas 6. Dan gaat de rechtervoet van D naar E tot pas 7. en keren tot pas 8. Over naar figuur III. Herhaling van pas 8„ daarna linkervoet verplaatsen van B naar A middels tweede besot tot pas 9. en keren tot pas 10. Tenslotte rechtervoet verplaatsen van E naar B door tweede sabet tot pas 11. en is de beginstand weer bereikt; 11. is dus gelijk aan 1. Als U zelf probeert „na te spelen" zal het U nog duidelijker worden. Bovendien plaatsen wij ook vijf foto's die enkele passen van de Langkah Lima weergeven. In ons volgend nummer brengen wij de Langkah Ampat in beeld. De Langkah Tiga (ofschoon slechts drie hoeken worden bestreken) is zo omvangrijk aan voetafdrukken, dat die moeilijk op papier is te zetten.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 9