VAN HIER EN GUNDER IN DIT NUMMER: 7e JAARGANG No. 8 Onafhankelijk Indisch Tijdschrift Prins Mauritslaan 36 - Den Haag Tel. 542.542.550.749 - Giro 6685 Telegramadres: TONGTONG DENHAAG „HET ZWARTE BOEKJE VAN ZENTGRAAFF" IJ heefl hem misschien persoonlijk gekend; althans zijn tijdmaar bestond ,,het zwarte boekje van Zentgraaff??" R. Benjamins Ja en neen. Ieder mens heeft een „zwart boekje" van andere mensen. Wie lang in de journalis tiek zit, weet vaak ontzettend veel uit b.v. anonieme brieven, „inside information" e.d. Het ellendige is dat er veel laster bij is, waar van het tegendeel niet te bewijzen is, en er zijn veel „onkreukbare" mensen, die zó handig of gelukkig geweest zijn, dat ze niet te belasteren zijn. Hier heeft U het woord waar het om gaat: laster. Het andere woord is chantage. Een „zwart boekje" gebruiken betekent gewoon chanteren. Misbruik maken van geheimen die men van verantwoordelijke personen kent. Voor zulke praktijken is maar één woord: verachte lijk! Geen goed journalist zal ze ooit gebrui ken. Erger is echter de vrees voor het „zwarte boekje", ook al bestaat het niet, dus bang zijn voor een journalist omdat hij wel eens gebruik zou kunnen maken van een „gevaarlijk" ge heim. Hierdoor ontstaan kruiperigheden en lafheden. Zentgraaff wist natuurlijk veel. Of hij ervan gebruik maakte of niet, weet ik niet. Ik weet wél dat in de z.g. revolverjournalistiek graag gebruik gemaakt werd (en ook nog wordt) van woorden als: „Mijnheer X moet maar niet te hoog van de toren blazen. Er zouden hem nog wel eens dingen gezegd kun nen worden, die hem zeer onaangenaam kun nen zijn". Voor sommige X-en, die wel eens Vaste rubrieken OP PAG. Van Hier en Gunder2 Poekoelan8 Waar komt dat woord vandaan 9 MYANA voor de vrouw10 TANTE MIEKE voor „Onze Bibit" .11 Indo's in den Vreemde13 Ting Ting's18 Redactioneel Piekerans over vrouwen3 Ruziën... en de schuur brandt af! 3 De buik8 Eresaluut Gedenkteken voor de Indische Militaire Luchtvaart 4 .iRemember" De rode bol boven Ternate4 Overgenomen Parallellen5 Reacties van abonnees Brief van Pop7 Abonnees vertellen Uit een vakantie-dagboek6 Week-end naar boven6 Kindermond7 De geschiedenis van het Nederlands in Indië 12 Dongèngan van Si Klaas .13 Tong Tong's op Bali17 wat verkeerd gedaan hadden (wie is zonder zonden?) was zo'n dreigement dan vaak met een genoeg om erg zoet te zijn, omdat hij bang was voor „het zwarte boekje". Ik heb vooral in mijn Tong-Tong-jaren meer moeten aanhoren dan mij lief is. Het doet me alleen maar leed: hoe graag zijn veel mensen erop uit om een ander ten val te brengen; hoe graag huldigt men het principe: „Nooit verge ten; nooit vergeven!" Hoe menig waarlijk groot mens is door één misstap, door één in eerlijke overtuiging gedane keuze blijvend „ge schandvlekt" en hoe heeft men daardoor zijn eigen maatschappij beroofd van voortreffelijke helpers. En hoe verwaten triomfeert meestal de vlekkeloosheid der middelmatigen en bra nielozen. Laat ons daarom één ding goed beseffen: niet de houder van een zwart boekje is schandelijk, maar de maatschappij waarin zo'n man kan bestaan of de vrees voor zo'n man kan bestaan, die is beschamend. T. R. ALTIJD ZONNIG? Waarom kan Tong-Tong niet zonnig blijven als ons zonnige Land van Herkomst? Kunnen minder aangename opmerkingen, ook al zijn ze waar, heus niet liever wegblijven? N. R. van Soest Indië was niet helemaal zonnig. Indonesië is het ook niet. Waarom zouden wij dan gevlucht zijn? Overal zijn gevaarlijke elementen in het leven. Leven is waakzaam zijn. In sport en oorlog leer je rekening houden met alle kwalij ke kanten bij tegenstanders en bij de eigen partij. Ik weiger te geloven in alleen maar schone kanten van Holland. Elke verstandige Hollan der doet dat ook. Anders zou er geen politie zijn, toch? God geeft ons ogen en oren niet alleen om van het mooie te genieten, maar ook om het gevaarliike waar te nemen. En een mond om van beide te getuigen. Dus staar ik me niet blind op Rembrandt en Vondel en zoete molentjes en dierenliefde. Maar ik zie ook de paardenslagerswinkel, waar op het raam staat: „Extra! Vandaag veulen!", terwijl de slager in zijn deur de musjes voert. En ik denk na als mijn tafelgenoot op de Pasar Malam mij vraagt: „Satee kambing; kambing is zeker kalf, hè?" Waarop ik ant woord: „Nee, kambing is geit". En hij weer: „Is er dan geen satee van kalfsvlees?" Ik: „Nee, in Indonesië schijnen ze nooit kalveren of lammeren te slachten. Er is in elk geval geen aparte markt voor". Zijn conclusie: „Dan weten ze niet wat lekker is". Men denkt altijd dat ik scheld. Ik neem alleen waar. De zon schijnt nergens altijd. Wie geen paraplu bij zich heeft, loopt overal de kans nat te worden, kou te vatten en dood te gaan. Zoals ik mevr. K. ook schreef: velen van ons zijn over het kinderstadium nog niet heen van geloven in halve sprookjes: alleen de schone prinsen en prinsessen, de gouden kastelen en het eeuwige geluk. Men wil niet denken aan heksen, reuzen. Blauwbaarden, padden en zeven-jaar-harde-arbeid. Daarom loopt het met veel mensen slecht af. Tong-Tong doet niet mee aan rozegeur-en-maneschijn-voorlichting. Wat tenslotte het ergst is van alles: al die verontrusten over minder mooie zaken zijn blijkbaar volslagen ongevoelig voor de goede dingen in Nederland. Anders zou men er wel vaker spontaan van getuigen. Het ergste is: alles wat goed is, vindt men zijn logisch toekomende aandeel. En geluk, mijn waarden, bestaat alleen als verspreide sterrepuntjes aan een onmetelijk zwarte hemel. Zó komt het; zó is het voorbij. Laat ons zuinig zijn met ons geluk, waakzaam zijn in de nacht, en niet geloven in een eeuwige zonnige kosmos T. R. BIJ DE VOORPLAAT: Had je ooit gedroomd dat er in Indië zulke wonderlijke stadsgezichten konden zijn? Dit is in Pandadn (Malang) en ik wed dat duizenden Malangers het nooit gezien hebben. Zulke uitkijkjes had je in élke grote stad voor hen, die maar een keer wilden afdwalen van „de grote fatsoendelijke weg" naar kantoor of Soos, d.w.z. géén vrees had om gesignaleerd te worden in minder nette buurtjes" Ja, de kleinburgerlijke geest hield ook in lndié menig burger in zijn klauwen en hoeveel hebben wij daardoor verloren! Het merkwaar- dige is, dat de mensen die eraan konden ont snappen en in lndié leefden met open ogen en oren juist in de lezerskring van Tong-Tong te vinden zijn. En dat je daarbuiten vaak mensen ontmoet, waarvan je stomverbaasd staat hoe ze een leven lang in Indië konden leven als een sadopaard: met oogkleppen naar Europa of de „Europese sjiek", waar destijds Bas Veth zo onvermoeid op schimpte. Hier: een architectuur waar een Wright, een Saarinen of een Niemeijer verliefd op zouden zijn kijk eens hoe de boom uitgespaard is in de trap en hoe ongewild decoratief die grote gentong staat!), het gekabbel van het on ge metselde beekje, het vrolijk gekwebbel van de wasvrouwen. Je moet filosoof én artist zijn om dit te kunnen appreciërenT. R. Foto uit: „d'Oriënt" Verschijnt: de 15de en 30ste van elke maand Prijs: per nummer: 0.50 per kwartaal 2.50 per halfjaar 5. per jaar 10.— Betaling geschiedt altijd VOORUIT ABONNEMENTEN BUITENLAND (per jaar) Australië: p. luchtpost: 43.-; p. zeepost: 15.- Nieuw-Zeeland, Zd. Afrika, Brazilië: p. luchtpost: 33.-; p. zeepost: 15.- Nieuw-Guinea, Canada: p. luchtpost: 27.-; p. zeepost: 1 S. Suriname, Antillen: p. luchtpost: 21.-; p. zeepost: 15.- West-Europese landen: p. luchtpost: 15.- Agente voor Canada: Mevr. E. Ie Sueur- Zimmer, 1 Richview Side Road, RR 1 Islington, Ontario, Canada. „THE AMERICAN TONG-TONG Zelfstandige Editie voor de V.S., Mana ger: Roy J. Steevensz, Editor: Lilian Ducelle. Offices: 5430 Pioneer Blvd., WHITTIER, Cal. Phone 692-9632. Month 1, Half year 5, Year 10. Uitgave GAMBIR Uitgeverij voor Oost en West Onder redactie van TJALIE ROBINSON Zoekt op basis van de nuttige ervarin gen in de Gordel van Smaragd nieuwe interessen in Nederland te wekken voor de Tropengordel 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 2