GERSOM Kerstmis 1962 ,,Ik ben een vreemdeling geworden in een vreemd land" Dit kerstartikel schrijf ik in Amerika. Waar zal ik met volgend Kerstmis zijn? Zal ik er nog wel zijn? Waar zullen vele van onze lezers zijn? Zullen zij er nog zijn? Onwillekeurig denken wij nu aan de krijgsgevangenschap terug, toen we elk Kerstfeest trachtten op te vrolijken met de hardnekkige overtuiging: „Volgend Kerstmis thuis!" En hoe- velen vierden toen niet het laatste Kerstfeest van hun leven En voor hen die „thuis kwamen" was daar de verschroeide aarde in Indonesië, het geratel van machinegeweren en de donkere dreun van bomaanslagen, Holland met voedselbon nen, en nieuwe onbestemde tochten naar Kerstmissen elders. Nieuw Guinea, Amerika, De West, Afrika, Australië. Steeds opnieuw weer. Is dit een donker lied? Als het donker is, het is de duisternis van de Kerstnacht. En nacht moet er zijn om sterren te kunnen zien en naar een dageraad te kunnen verlangen. Moeten wij neerslachtig zijn, omdat wij er erger aan toe schijnen te zijn dan Multatuli, die niet wist waar hij sterven zou", omdat wij zelfs niet weten waar wij leven zullen? Waar is de weg naar gegarandeerd geluk Dit is zulk een ontzaglijke wereld ge worden, met zoveel nieuwe machten en spanningen, wij kunnen alles al lang niet meer overzien, laatstaan beheersen. Gebaarde vechters in Cuba, gele solda ten in de Himalaya, zwarte revolutio nairen in de Kongo, zij schudden ons bestaan hier op zijn grondvesten. De hele wereld ligt vol kruitvaten en lonten liggen als onoverzichtelijke slangenkluwens overal tussen. En dat terwijl we toch ons best deden om het Christendom eerst, en Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap later, aan de hele mensheid wilden brengen: onafhankelijkheid voor alle vol ken, afschaffing van kolonialisme, gelijkheid van stem voor groten en kleinen, eerlijke arbitrage voor elk volk en elke mens. De wereld is opnieuw opgedeeld. Steeds meer nieuwe vlag gen wapperen over de wereld. Van menig wereldrijk is het vlaggebied teruggebracht tot het dierbaar plekje grond, waar eens de wieg op stond. En kijken we goed naar het nationale karakter van dat stukje grond en zijn bewoners, dan zien we internationale beton-glas-staal-architectuur; we zien Friese boerenzoons in blue jeans, Stap- horsters eten bamie, Californiërs maken •^2* ketjap, Newyorkers eten pizza, Indone siërs bouwen Amerikaanse freeways en Surinaamse bosnegers stuwdammen; aan de stranden van Scheveningen en St. Tropez paradeert het eertijds „heidense" naakt, ja zelfs in de TV in de huiskamer, waar Ome Arie zijn ouwe „koppie kofje" savoureert met een loempia met taogeh van de automaat om de hoek. Onze trotse Europese beschaving (Shakespeare, Goethe, Beet hoven, Pascal, Rembrandt) schijnt in het wereld-drijfzand te zijn vastgelopen van stenguns bij Watusi s, MIG-bombers bij Chinese tokohouders en Sherman tanks bij Javaanse krani's. Zij drinken coca-cola, scheren zich met elektrische scheerapparaten van Philips bij de muziek van Sony-transis- tors en pikken daarna een filmpje van Brigitte Bardot, een vertaalde Lady Chatterly of „Mighty Mouse to the Universe". Wat een wereld! En daar doorheen rijdt de gigantische schim van Don Quixote, de nobele, strijdbare zoeker naar Waarheid, vergezeld van onze lek kere vreetzak Sancho Pancha, eeuwig op zoek naar „altijd voordeliger", steeds meer sociale zekerheid en zoete veilig heid: God hebbe zijn ziel. Is dat alles wat we kunnen doen Met het uitzicht over een onbegrijpelijke chaos alleen maar een beetje wijs, een beetje wrang, een beetje „literair" praten? Aan het eind van het jaar, „onze wonden lekkend met Kerst mis" en met (steeds weer) hernieuwde hoop uitziend naar het volgende Kerstfeest, staan wij een wijle in beraad. Als een jonge planter op een nieuwe ontginning. Staand bij de rintis-paal aan zijn voeten (het Kerstfeest van vandaag) en uitziend naar de plaats waar de volgende rintispaal moet ko men (Kerst 1963) en dan omkijkend om zorgvuldig de juiste richting vast te stellen. Dan ziet hij een lange lijn (af en toe raar slingerend) van rintispaaltjes, welgeteld I96I. Welk een ontzaglijk getal! Wat een ontzaglijke afstand! Welk een tijd! Gestart met Christus geboorte. Overtuigd begonnen als Christen. „Gaat uit om te bekeren!" Hoe werd het ook weer precies gezegd? Ben ik eigenlijk nog wel Christen? Onder de koelies word ik (als Blanke) nog wel Christen genoemd. Serani. Naza- rener. Vreemde verre woorden uit een lagere schooltijd met een uurtje godsdienstles in de week (eigenlijk niet verplicht, maar ga nou maar...!). Ik ben vrijdenker nou. Of atheist? Wat is het verschil? Bestaat dat wel: vrijdenkerij? Leven zonder God? Hoe staat de wereld ervoor? Hoe is het Chris tendom gestart? Ah, die haast fabelachtige Kruistochten, tot zelfs een Kinderkruistocht toe! En die laatste prachtige doorstoot van de Portugese ontdekkingsreizigers en conquistadors „om de Mooren te be strijden", heel Zuid- en Midden-Ameri- ka, Azië tot Ternate en Japan! Het Christelijk geloof brengen aan „costa debuxada" terwijl „thuis in Europa, de eerste grote verandering bracht in het Christelijk denken. De stroom van Europese invloed naar de nieuw ontdekte wereld ging intussen rustig verder, al deden Spanjaarden, Engelsen, Nederlanders, Fransen het met afnemende Christe lijke determinatie. Geloof, zelfs Christelijk gedrag, werden (Lees verder volgende pag.)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 3