Dicht naast elkaar
Het herstel der
betrekkingen
En wij slaan de tong tong voor Bali.
Laten de giften binnenstromen op het
gironummer van het Nederlandsche
Roode Kruis: 777.
De Goenoeng Agoeng, zoals hij daar jaren en jaren lang het landschap beheerste, een toonbeeld
van vrede en rust. Langs zijn hellingen de zonlicht weerspiegelende vruchtbare sawahs, terras
vormig omlaag dalend tot in de vlakte, het voedsel leverende voor een volk dat daardoor dank
bracht aan zijn Goden. Maar de vernietigende kracht is in opstand gekomen en braakt thans de
vurige lava uit, die in zijn tomeloos omlaag stortende massa alles vernietigt wat zij op haar weg
tegenkomt. Foto uit: „Bali"
In tijden van nood staat de mens altijd dichter
bij zijn medemens. Dit geldt in het gezin, in
de familie, in de natie en evenzeer in de inter
nationale betrekkingen, waar het om de totale
mensheid gaat.
En zo staan wij dan ook, nu elders in de we
reld, in een ons zo bekend en geliefd gebied,
zich een ramp voltrokken heeft, vol deernis
tegenover het volk dat dit lot heeft onder
gaan.
Ook zij, die het schone eiland Bali niet uit
eigen aanschouwing kennen, weten uit de vele
beschrijvingen, uit de vele kunstwerken die
van daar uit naar alle windstreken kwamen,
dat dit een klein Paradijs genoemd werd; een
Paradijs waar een gelukkig volk leefde van en
voor de schoonheid. Een vriendelijk volk dat
in vrome tevredenheid temidden van de schone
natuur de Goden dank bracht voor de gaven
die hun in de schoot geworpen werden.
Aan deze milde zegeningen is een plotseling
einde gekomen. Zij werden wreed verstoord.
De toornende God in de vulkaan Goenoeng
Agoeng, de Piek van Bali, eertijds een beeld
van kracht en rust, langs welke hellingen de
van uitbundige welvaart getuigende rijstvelden
omhoog klommen, is opgestaan en heeft de
mens van ontzag doen beven. Gloeiende kva
stortte zich nu langs deze hellingen omlaag,
alles vernietigend wat zij op haar weg vond.
Mens en dier vielen aan haar ten offer. Hui
zen werden vernield. Hele dorpen werden weg
gevaagd. Onnoemelijk leed werd gebracht over
duizenden en duizenden en nog maals duizen
den bewoners.
De grijze as die uit de krater omhoog werd
gestoten legde zich als een ondoordringbaar
kleed over de vruchtbare sawahs. In angst en
ontzetting zijn de dorpelingen gevlucht voor
de ontembare ziedende vuurkracht. En dui
zenden werden erdoor achterhaald. Zij zijn in
de hand der Goden.
Ons hart beeft als wij denken aan de verschrik
kingen die de mens daar heeft gezien. En aan
„Want het lot is een Richting,
door God bepaald voor ieder
mensenleven"Noto Soeroto
de machteloosheid tegenover dit grote geweld.
En staan wij dan op dit ogenblik niet dichter
bij dit volk? W/ij stonden juist op het punt
om de banden tussen beide volken weer aan te
halen. Banden die in wezen nimmer verbroken
zijn geweest, omdat zij geweven zijn tussen
hart en hart. Zeker, wij waren verstroefd en
verkrampt, er had zich een harde laag vast
gezet op het tere weefsel. Door omstandig
heden die we hier niet in herinnering hoeven
te brengen. De hemel tussen ons was net zo
verduisterd als thans door de zware asregen
daar boven het lieflijke eiland Bali. En door
de duisternis van deze asregen konden wij el
kanders gelaat niet meer zien. Wij konden
niet meer onderscheiden de vriendelijke oog
opslag, maar ontwaarden slechts de zwarte
schaduwen van elkanders gestalten.
Het was het licht dat wij behoefden om de
goede bedoelingen weer te kunnen aflezen op
het gelaat van degenen die elkander als tegen
stander slechts nog zagen. Het is de duisternis
die nu over de velden hangt die ons de eerste
sprankjes van dit licht zal doen opvangen.
Paradoxaal gedacht misschien, maar hoe hopen
wij dat deze gedachte waarheid zal bevatten.
Dat het de nood van de ander is die ons
dichter tot hem brengen zal. Het zijn immers
niet de Regeringen die hierin kunnen beslissen.
Wat is de Regering anders dan de uiteinde
lijke uitvoerder van de wil van het volk. En
als de volken zich aan elkander gebonden voe
len, zal dit dan niet tot uiting gebracht worden
in de uitvoering van die wil?
In de strijd hebben de kampenden elkander
wonden toegebracht. Het zal tijd kosten voor
deze zullen helen. Goede heelmeesters zullen
nodig zijn, en ook medicijnen. Dat deze vanuit
beide kanten zullen komen. Heelmeesters zul
len ook nodig zijn op het eiland Bali, en me
dicijnen. Wij hopen dat ook uit ons volk
heelmeesters zullen worden toegelaten om de
nodige hulp te verlenen. Wij weten zeker dat
zij gaarne zullen gaan.
De pers besteedde onlangs terecht aan
dacht aan het vertrek van Mr. J. N. Scholten,
voorzitter van de Nederlandse Staatkundige
Studenten Federatie, naar Indonesië, waar hij
zal trachten contact te leggen op het terrein
van cultuur en wetenschappen.
Het Algemeen Dagblad van 12 maart j.l.
schreef hieromtrent onder meer:
„De federatie meent dat het vooral de jongeren
in Indonesië zijn, die een werkelijk herstel van
de betrekkingen tussen beide landen kunnen
bevorderen.
Zij worden niet gehinderd door de koloniale
resten, waarmee de oudere generatie nog wel
eens te worstelen heeft. Er blijkt onder Neder
landse studenten grote belangstelling te bestaan
voor uitwisseling. De meesten van die studenten
komen uit milieus, die geen traditionele ban
den hebben met Indonesië"
Als het juist is wat ik denk, n.l. dat de lezers
kring van Tong-Tong voor het merendeel be
staat uit deze „oudere-generatie-met-koloniale-
resten", dan meen ik dat deze opvatting van
de NSSF niet onopgemerkt mag blijven.
Niet om de juistheid van deze opvatting te
bestrijden. Het is heel wel mogelijk dat juist
de jongeren in beide landen het meest geschikt
zijn en zich het meest geroepen voelen om
die zinvolle taak te helpen vervullen: dat te
zijner tijd „the twain shall meet"Maar zou
daarom de groep „ouderen-met-Indonesië-ver-
bondenen" passief moeten blijven?
Als de NSSF denkt dat haar leden de geschikt
heid en de drang tot dit opbouwende werk
bezitten, wensen wij haar uit de grond van
ons hart veel succes toe met haar initiatief.
De jeugd beschikt immers inderdaad over be
paalde eigenschappen die de ouderen in min
dere mate bezitten en het zou dwaas zijn als
de seniores de juniores zouden willen becon
curreren op het gebied van zulke eigenschap
pen.
Maar rijpere leeftijd en ervaring hebben ook
hun specifieke waarden. Ik meen me een
Franse zegswijze te herinneren die zoiets zegt
als „Si jeuness savait, et si vieillesse pouvaif'.
Ik zou het bepaald betreurenswaardig vinden
als van de oudere generatie alleen de hinder
lijke „koloniale resten" maatgevend worden
geacht. Doet Tong-Tong niet nu al vijf
jaar lang - in vele toonaarden blijken van
andere, positieve en waardevolle gevoelens die
ons, milieus met wèl traditionele banden met
Indonesië nog altijd bezielen? Moeten die ge
voelens maar opgesloten blijven in ons inner
lijk, als een glatik in zijn kooi: rondvliegend
zonder verder iets te presteren buiten zijn
enge kooi-wereldje?
E. Breton de Nijs schrijft in het eerste Jubi
leumnummer van T.-T. (pag. 12): „Zonder
nostalgie zou ik waarschijnlijk nooit meer
willen schrijven. Ik zou niet weten waar
achtig niet waar ik mijn impulsen anders
vandaan zou moeten halen".
Zoals deze Rob Nieuwenhuys zijn nostalgie
uitbuit, zijn daaraan ontieende impulsen subli
meert tot proza waarvan buiten zijn ik-wereld
grote aantallen gretig genieten, zo kunnen velen
hun herinneringen omvormen van een sterile
„passé défini" tot nieuwe, levende impulsen.
Hoe? Dat kan ieder voor zich uitmaken.
Mr. H. v. DOMPSELER
^|llll[lllll!l]lll!l!!:!!ll!l!:!!l!l!l!!!l!l!!!!lllllllll]!i!lllllltll![III[!l!l[l!lll!lll!i:i!l!l!!!i:!!!:ili:lllll!lilllilI!lllllllllllll!lll!IIIIIII!!ill[l!!!III![llIIIIIIIIII[||||l!!il]|l!!!]i:i:ili:!ll!llllll!!l!lll!!ll!!II![|[![||[||l!ll[|lil![j||||||||llllll!llll!l!lll!l!l!l!l!l!!!!!ll!!!l[ IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIINIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII||!!|||||||
Laten wij meehelpen om de nood te
lenigen van een volk, waar wij zo dicht
naast staan.
b "VOOR BALI Roode Kruis. 777. Wies van Maarseveen 1
ÏÏÏ!|]]!!t!ll!lllll!!]!l!l[lll!llllll!l!!l!!]!l!l!i!i:i!!ll!!!ll!llllll!lllll[l!l!lll!l!l]l!lllllll!ll!!l!!!lll!ll!l!!ll|[|llllllllll!illll Il!!l!!!!!ll!:!!l!!!![l[lllll[llllll!ll!llll1lll14lllllllll!llllllll]lll!lllilltllllllll!l!ll!lllll!l!i!]!l!l!llll!ll!lll!l!![|||||||||!lll!ll]!llll]!lllllllllli:i[llllll!i:i!lll!lll[![||[|||||||||||||l!llllllllli:i!llllll!llllllllllllllll[||||l|ll]]||lll|]11111|!|!|l||[!||[|||||||!|||||||[|||||jjj