Je-lah-je-rot I GEEN SPONSORS MEER VOOR AMERIKA X Zowel The American Tong-Tong als vele emigranten in de Ver. Staten worden nog steeds regelmatig bereikt met min of meer dringende verzoeken om sponsors te willen zoeken voor emigratie naar Amerika. Dit is helaas onmogelijk. Al die brieven heb ben geen zin. De quota van de Pastor Walter Act zijn geheel uitgeput en naar ons is mede gedeeld zijn de eerstvolgende zes jaren ook al geheel „besproken". Wie dus emigreren wil, zal minstens zes jaren moeten wachten. Ook al is er nog zoveel goede wil bij Indische emigranten in Amerika, men kan daar een voudig niet helpen. De beslissing over toela ting ligt namelijk bij wetsbeslissing in de Senaat. Daar hebben dus zelfs „normale" Amerikaanse burgers geen vat op. Men zou brieven moeten richten aan een vertrouwd Senaatslid om een voorstel voor speciale immigratie in te dienen. Daar er van de zijde van vele Amerikaanse burgers reeds regel matig dringende verzoeken de Senaat bereiken voor „speciale gevallen" (mensen in moeilijk heden in Hongkong, Korea, Cuba, refugees uit Oost-Europa, enz. enz.) en er natuurlijk érgens een grens moet zijn, wordt de emigratie-be perking steeds nauwer toegepast. Nogmaals dus: schrijf niet meer aan vrienden in Amerika om hulp. Misschien zij er hier en daar nog gaatjes open, maar daar weet men alleen wat van bij de Emigratie Dienst in Nederland. Eventuele verzoeken moeten dus daarheen gericht worden. Dit wordt door de Indische emigranten in de V.S. zelf ten zeerste betreurd. Velen weten immers uit eigen ervaring dat voor bepaalde I is uitverkocht, maar er wordt hard gewerkt aan een tweede druk. Wij verwachten, dat deze tweede druk om- streeks eind juli van de pers komt. Zorg, dat U niet weer achter het net j vist en bestel NU tegen de speciale voorintekenprijs van 2.25. (Normale prijs na verschijning: 2.50). Knip uit of schrijf over: BESTELBON i Stuur mij, zodra het van de pers komt ex. van „Je-lah-je-rot" tegen de speciale voorintekenprijs van 2.25. Het geld is per giro/postwissel naar I jullie onderweg. I Naam: T Adres: I Woonpaats: I (Handtekening) (En een verlate les) naturen het leven in Holland niet prettig is. Wie het hiermee niet eens is, moet zich dus liever niet kwaad maken. Het IS zo. Wat uit vele brieven blijkt is dat vele reflec tanten spijt hebben destijds geluisterd hebben naar de „ernstige waarschuwers" (Amerika is keihard; ze laten je sterven op straat; rasdis criminatie overal; in Holland blijven de kan sen altijd beter, enz. enz.). Het is altijd gevaarlijk om mensen van wier natuur men weinig of niets weet, een eigen mening overtuigend op te dringen. Wat voor U geldt, geldt per sé niet altijd voor uw naaste! Ook is uw eigen staat van welzijn en geluk niet maatgevend voor die van anderen. Wat weten wij af van mensen die in Olden- zaal, Wemeldinge en Babiloniënbroek leven? En wat weten wij af van die enorme Ver. Staten, waar zelfs de meest sceptische Amerika- hater zal moeten toegeven dat er toch ook wel prettiger oorden moeten bestaan dan de in sensatiekranten beschreven slechte gebieden? En tenslotte: „Het kan verkeren, zei Breeroo!" Tijden kunnen veranderen. En mensen kunnen veranderen. Denk altijd verder dan nu alleen. En wees niet al te positief met de maatstaven van vandaag. Dit pleit natuurlijk de „spijthebbers" en twijfe laars in geen enkel opzicht vrij. Maar wie van de mensen die destijds zo positief waren kan deze spijthebbers in hun gedeprimeerdheid helpen? Laat ons toch rustiger en wijzer den ken, niet zo positief in het moment van nu. Hier twee voorbeelden uit brieven die ons bereiken: ..Ik moet nog zes jaren wachten voor ik einde lijk aan de beurt kom voor emigratie. En ik heb er zo genoeg van dat als ik NU weg kon, ik het zonder aarzeling NU zou doen... Ik ben 52 jaar. Er is niet veel tijd meer over..." En: „lk heb als vast werker nu inderdaad nog veertien jaar „brood op de plank", maar het blijft elke maand knijpen. Ook ben ik na vijf jaar nog steeds vreemdeling in dit dorp, zelfs voor de buren. Aanpassing lukt maar niet. Als ik denk aan de tijd dat ik als 65-jarige met klein pensioen en AOW zal moeten verder leven in deze sfeer, slaat de angst me om het hart". Ach ja, „dat hadden die sufferds eerder moeten weten". Dat is ook zo. Maar waarom hebben velen van ons in onze eigen welvaart en eigen overtuigdheid van goede keuze destijds zo'n radauw gemaakt om deze mensen „bang te maken?" Ook de Nederlandse Regering heeft hierin een zeer onaardig handje mee geholpen. Toen er een krappe arbeidsmarkt was in Ne derland werd de emigratie aangemoedigd, emigranten werden flink en ondernemend ge noemd, en desnoods zelfs tegenstribbelend op de boot gewerkt. Maar toen de arbeidsmarkt zó ruim werd, dat er zelfs arbeiders uit Spanje en Italië „geimpor- teerd" moesten worden, heetten op slag alle emigranten onvaderlandslievende schobbers, dollarjagers, weglopers, enz. enz. en een pro fessor schreef zelfs een statige verhandeling waarin werd „bewezen" dat het niet het beste deel des volks was, dat doorgaans het vader land verliet. Waar overigens de Indischman (bruin en blank) het weer mee kon doen...! In die tijd was Tong-Tong natuurlijk de boe man en de schurk. En waren de aanvallen zo veelvuldig en scherp dat wij om de vriendelijke geest van het blad te bewaren in hemelsnaam maar ophielden met over Amerika te praten. Nochtans vrezend en nu nog steeds vrezend dat er wéér een ommekeer zal komen in de publieke (en Staats-) opinie - en dan zal het te laat zijn. Precies hetzelfde met Indonesië. Jaar in jaar uit waren de aanvallen niet van de lucht. Ook op Tong-Tong. Ons vast vertrouwen dat alles goed moest lopen, werd gewoonweg gesigna leerd. Nu beijvert iedereen zich om met stroop potten en kwasten rond te lopen. Het is ge woonweg misselijk vaak. Daarnaast blijven de „ware sceptici" hoon- lachen. Iedereen weet toch dat Indonesië zowat bankroet is? Hoe slecht de Rupiah staat? Hoe arm iedereen het daar heeft? Wat heeft Tjalie daarop te zeggen? Ha-haha! Maar Tjalie en massa's andere verder kijkende mensen maken een studie van het Humphreen Report en het Acht Jaren Plan, en kijken in de gepasseerde tien jaren naast de „rot-toestanden" ook naar de onmiskenbare tekenen van verbetering en groei. En durven te voorspellen dat betere tijden tanggoeng zullen komen, zodat vele Indischgasten wel terug zouden willen gaan. Maar intussen is dat voor velen misschien ook al onmogelijk geworden, omdat zij alles op één kaart hebben gezet, Indonesië voorgoed verworpen en misschien zelfs hebben meege daan aan allerlei bar onvriendelijke acties, die hun naam geen goed gedaan hebben. Waarom dat alles? Elk mens kan zijn eigen inzicht vormen door ernstig en onbevoordeeld onderzoek van feiten. Al dat blind mechollen met andermans opinie is altijd gevaarlijk. Het is een feit dat van de 30.000 Indisch gasten die emigreerden (dat is dus tien pro cent van het totaal aantal Indischgasten in Nederland) nog geen half procent „met han gende pootjes naar Nederland is teruggekeerd", zoals men graag denigrerend zegt. Verreweg het grootste deel van deze emigranten leeft nu stukken royaler en aangenamer dan ooit in Nederland. De profetie dat men „buiten ver rekt", is dus een valsheid. Nu kan men des noods nog volhouden dat deze 30.000 „de ware broeders" niet zijn, maar dan nogmaals: laat die onware broeder dan liever gelukkig zijne elders dan ongelukkig bij U.. Is dat niet billijk geoordeeld? Alweer: basis van deze houding is: verdraag zaamheid. Gun een ander mens zijn eigen opinie. Houd er rekening mee dat hij een andere geestesinstelling, een andere logica, een andere body heeft. Als iemand gelukkig leeft in Florida of Aruba, gun hem dat. Als U denkt (en zelfs gelijk hebt) dat die man vroeger of later bedrogen thuiskomt, wees dan in elk geval blij voor hem dat hij een paar gelukkige jaren in zijn leven gehad heeft. En als hij straks als een gebroken man bij uw tafel terugkeert, schuif zwijgend een plaatsje opzij voor hem in uw rijkdom. Zijn wij niet met de bijbel opgegroeid? Ken nen wij de verhalen niet van de „beroerde broer Jozef", die onderkoning van Egypte werd? Van „De Verloren Zoon", voor wie het kalf werd gemest? Van de Barmhartige Sama ritaan? Kunnen wij niet aardig denken althans over beroerde Amerikanen, Indonesiërs? Van waar die eeuwige overdreven zelfingenomen heid Het is zeker waar dat wij de plicht hebben onze naaste altijd te waarschuwen voor wat hem boven het hoofd zou kunnen hangen. Maar dat kan gebeuren op een vriendelijke, begrij pende toon. Niet altijd op zo'n raillerende, veroordelende toon. Er is al zoveel haat en nijd. zoveel twist en veroordeling op de wereld. We moeten in Tong-Tong blijven zoeken naar begrip en bereid zijn tot hulp, gebaseerd op inzicht, niet op eigen vooringe nomenheid. T. R. 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1963 | | pagina 10