De Oliesituatie in Indonesië Djempol betoel Onlangs verscheen er een berichtje in de couranten, dat volgens de Indonesische Minister van basis-industrieën en van mijnbouw, de Regering heeft bekend ge maakt, dat 15 juni de uiterste datum zou zijn dat de oliemaatschappijen Shell, Stanvac en Caltex de bepalingen van I960 zouden nakomen. Uit Amerikaanse bron werd vernomen, dat deze zaak kennelijk veel aandacht geniet bi) de Amerikaanse Regering, wegens de mogelijkheid dat de Amerikaanse petroleum- maatschappijen hun positie zouden verliezen aan Communistisch China. Hoewel de onderhandelingen tussen Amerika en de Indonesische Regering nog niet op het dode punt zijn gekomen, schijnt president Kennedy zich toch zorgen te maken. Al langer dan twee jaar duurt nu dit conflict tussen de drie oliemaatschappijen en de Indo nesische Regering en deze strijd begint nu haar climax te naderen. Het staat echter nog niet te bezien of het wel zo n vaart zal lopen, een' compromis-oplossing lijkt n.l. zeker niet uitgesloten. Bij de maatschappijen worden al wel schema's voorbereid voor het vertrek van haar personeel uit Indonesië. Een verklaring van een vertegenwoordiger, stelt echter vast, dat dit niet meer behoeft te zijn dan een routine kwestie om op alles voorbereid te zijn. De bedoeling van de Indonesische Regering is, om na het vervallen van de bestaande concessie rechten op 1 juni, te komen tot een verdeling van de winst op basis van 60% voor de Indon. Regering en 40% voor de maatschap pijen, deze winst te betalen in buitenlands valuta en niet in gedepricieerde roepia's, en overdracht van het distributie-apparaat aan de Indon. Regering. Door het teruglopen van de export van rubber, copra, thee en vele andere produkten is de olie voor de Indon. Regering belangrijker geworden dan ooit. In het 8 jaren plan voor de economische opbouw wordt dan ook een verdere grote verhoging van de olie- produkten voorzien tot 30 milj. ton per jaar, teneinde tal van plannen te kunnen finan cieren. De huidige produktie is ongeveer 20 .milj. ton per jaar, waarvan 12 milj. ton wordt uitgevoerd en 8 milj. ton bestemd voor binnen lands verbruik. Na de besprekingen in de afgelopen twee jaar, hebben de tegenstellingen zich vooral toege spitst op het overnemen door Indonesië van het binnenlandse distributie-apparaat, met in begrip van de raffinaderijen. Het Indonesische standpunt is, dat het in de lijn van de politieke ontwikkeling ligt en om psychologische en veiligheids-overwegingen noodzakelijk is, dat de binnenlandse olievoor ziening in handen van de staat komt. Hierover werd in beginsel overeenstemming bereikt, maar veel verder is men nog niet gekomen. Het knelpunt was hierbij niet alleen de ter mijn, waarbij het distributienet zou moeten zijn overgedragen, maar ook de hoogte van het bedrag, dat aan deze maatschappijen diende te worden uitbetaald als schadeloosstelling, en in het bijzonder het aandeel dat elk van de drie oliemaatschappijen moet nemen in de binnenlandse olievoorziening. Caltex, die verreweg het kleinste aandeel in de distributie heeft, heeft geen raffinaderijen en geen eigen verkooppunten. Shell en Stanvac voorzien samen in ongeveer 80% van de Indonesische behoefte, waarvan overigens Shell het grootste aandeel levert. Geëist wordt thans dat de drie maatschappijen een deel voor het binnenlandse gebruik moeten afstaan dat geba seerd is op de produktie van elk. Terwijl voor de termijnen en de grootte van de schadevergoedingen een compromis wel mogelijk bleek, was dit niet het geval voor de andere Indonesische eis. De regering is n.l. van mening dat voor een verbetering van het distributie-apparaat zeer grote investeringen nodig zijn. Daarbij wordt de steun verlangd van de maatschappijen, die echter op het stand punt staan, dat wanneer zij finantieel geïnte resseerd zijn in dat distributienet, waarvan de omvang niet valt te voorzien, niet aanvaardbaar is indien zij daarin geen zeggenschap meer hebben. Wel hadden de maatschappijen een termijn van vijf jaar aanvaard voor het over dragen van het distributienet en van 10 tot 15 jaar voor de overdracht der raffinaderijen. Alle overdrachten zullen worden betaald met ruwe olie. In hoeverre de grote maatschappijen zich zullen laten dwingen is moeilijk te zeggen, noch te voorspellen. Het is echter besist niet de bedoeling van Indonesië om tot nationali satie over te gaan. Maar hoe en waarheen Indonesië zijn olie zal moeten uitvoeren als het inderdaad tot een weggaan van de maat schappijen mocht komen, is een vraag, die in Djakarta nog niet is beantwoord. Inmiddels schijnt de Indonesische regering te zijn ingegaan op aanbiedingen van een andere Amerikaanse oliemaatschappij tot gezamenlij ke exploitatie van olievelden, waarvoor aan vankelijk de Caltex concessie had gevraagd. Wat meer is, deze maatschappij schijnt reeds een bonus van 5 min dollar gestort te hebben. Wij zien de situatie voor onze Shell-belangen dan ook niet zo somber in, en verwachten dat men tot een modus zal moeten komen, die beide partijen bevredigd. C. H. Eerlijk, ja, dat hadden wij nu toch echt niet verwacht. Het bezoek aan onze Pasar Malam is overweldigend geweest. Meer dan 20.000 bezoekers, boekan main. En dan te denken, dat wij nog wel in de zorg hebben gezeten of de grote Houtrust-hal wel vol zou komen. Alle drie dagen was het druk, maar op die zaterdagavond werd het eerst druuk, toen druuuk en tegen het einde werd het allengs haast ontstellend. Door de toegangsdeuren bleef een on onderbroken rij bezoekers 'binnenstro men. Uit alle steden en dorpen in Nederland zijn zij gekomen, uit Gro ningen en uit Maastricht, uit Rosen- daal en uit Den Helder. En het hield maar niet op, het leek wel de hoorn des overvloeds. Betoel, wij werden er angstig van. Zouden wij al die mensen wel kunnen bergen? Tenslotte is toch alles nog op zijn pootjes terecht geko men. Natuurlijk liep de boel wel eens een klein beetje vast. Ook de waroengs hadden niet op zo'n grote toeloop gerekend en je moest soms lang wach ten voordat je wat te bikken kon krij gen, er was voldoende zitplaats, de makanan was te snel uitverkocht, enz., enz. Maar gelukkig zijn wij nog al gemoedelijk en wij kunnen ook wel een beetje geduld opbrengen. Soms was het werkelijk ontroerend om te zien, hoe oude sobats elkaar na jaren weer eens terugzagen, hoe familieleden el kaar na jarenlange scheiding omhels den. Wij hebben menig oog vochtig zien worden. Het weerzien van oude vrienden en bekenden is en blijft toch wel het alleraardigste van deze jaarlijkse reünies. POEKOEL TEROES dan maar. Dit grote succes is voor ons een aansporing om te trachten, het het volgend jaar NOG beter te doen. Enkele woorden van hartelijke dank zijn hier zeker op zijn plaats. Allereerst aan de buitenlandse ambassades, die ons zoveel films en ander materiaal ter beschikking hebben gesteld. Verder aan pers en omroepverenigingen, die door hun reportages bekendheid aan onze Pasar Malam hebben gegeven en last but not least aan de stille medewerkers achter de schermen, die zoveel tijd heb ben geofferd bij de voorbereiding. Heel wat nieuwe Tong-Tong abonnees hebben zich gemeld. En die hebben wij nodig, beste vrienden, want wij hebben nog steeds hoofdbrekens, om de eindjes aan elkaar te knopen. Maar daarom niet getreurd. De fenomenale opkomst heeft ons weer een hart onder de riem gestoken en daarom nogmaals POEKOEL TEROES. DE DIRECTIE door dit aandachtig te lezen. Nadat Tjalie de helaas noodzakelijke prijs- II verhoging van ons abonnement had aangekondigd hebben vele abonnees - hun suppletie onmiddellijk gestort, helpt waarvoor onze hartelijke dank. Uit vele telefoontjes en briefkaarten Ons blijkt ons echter, dat niet iedereen begrijpt, hoeveel nu eigenlijk bijgestort moet worden. Hier volgt dus een korte toelichting: Op een nieuw jaarabonnement moet 5.worden bijbetaald. Totaalprijs dus 15. Op een halfjaarlijks abonnement 2.50, Totaalprijs dus 7.50. Op een kwartaal abonnement 1.25. Totaalprijs dus 3.75. De verhoging is ingegaan op 1 juli 1963. U kunt dus gemakkelijk uitreke nen, hoevel maanden uw abonnement nog loopt en ons een suppletie zenden van 0.40 per maand. Om een voorbeeld te geven: Indien U op 1 maart j.l. een abonne ment hebt genomen voor een half jaar, dan loopt uw abonnement af op 31 augustus. In dat geval zoudt U ons dus een suppletie kunnen zenden voor de maanden juli en augustus door stor ting van twee maal 0.40 oftewel 0.80. Vriendelijk verzoeken wij U, op uw girobiljet of postwissel het woord „SUPPLETIE" te willen vermelden. BANJAK TERIMA KASSI. 5

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1963 | | pagina 5