uit een oud boek t DE VROUW KOKKIES Rijstwinkels Toekang tjintjao. Inlandsche limonadeverkooper. Van een lieve abonnee kregen wij een brochure, voor zover wij kunnen nagaan ongeveer 188} verschenen, waarin verschillende recepten staan van de manier zoals toen diverse ,,Voedsels of genotmiddelen op Java en Madoera" werden gemaakt. Wij nemen hieruit over de bereiding van taogê. Deze brochure werd samengesteld door A. G. Vorderman. Inspecteur burg. geneesk. dienst voor Java en Madoera. Van een andere, ook erg lieve, abonnee kregen wij een stel platen uit die tijd, uitgegeven door „TCEWAN KOLFFJammer genoeg is hier geen toekang taogê bij, maar we reproduceren hier een andere verkoper, die bij U zeker ook aangename herinneringen zal wakker roepen. IKS Taogê (Chineesch) Togee (Bataviaasch Maleisch) Onder taogê worden verstaan de boonen spruitjes, ontstaan door de ontkieming van katjang-idjoe. Dagelijks wordt de taogê in groote hoeveelheden te Batavia aangemaakt door Chineezen, die deze spruitjes langs de straten ten verkoop aanbieden of aan de toe- kangs-taogê verkoopen. In het eerste geval wordt het soms gekocht om te dienen bij de bereiding der talloos varieeren- de ingrediënten van de rijsttafel, in het tweede geval wordt het, tot spijs bereid, door boven genoemde toekang's langs de wegen verkocht. Het maken van taogê is zeer eenvoudig. Kat jang-idjoe, eenige ledige petroleumkisten en een waterput maken al het materiaal uit. De boontjes worden in een dikke laag, na vooraf geweekt en uitgezocht te zijn, op de bodem van een ledige petroleumkist uitge spreid en met water bevochtigd (gesiramd). Dit sirammen heeft gedurende drie a vier etmalen zesmaal per 24 uur plaats. Na de bevochtiging wordt de kist luchtig met de plank toegedekt. Na het eerste etmaal zijn de boontjes gezwol len, is de zaadschil reeds geheel of gedeeltelijk gebarsten, zijn de lichtgele zaadlobben zicht baar en heeft zich eene radicula ontwikkeld van ongeveer 16 millimeter lengte en op het oorsprongspunt 2 millimeter dik. Na het tweede etmaal is de groei belangrijk vooruitgegaan, is de zaadschil van de meeste reeds afgestooten en een kleine plumula van 2 a 3 millimeter lengte ontstaan, terwijl de radi cula reeds 4 a 41/2 centimeter lang is, bij een dikte aan het bovenste gedeelte van 3 milli meter. Na het derde etmaal beginnen zich bijwortel tjes te vertoonen en heeft de radicula een pun tig smal uiteinde en een evenlang vleezig wit bovendeel, terwijl de blaadjes meer ontwikkeld zijn. Na het vierde etmaal is de groei zoo ver ge vorderd, dat zich in het eerste blaadje al chlorophyl begint te vormen, de cotyledonen geslonken zijn en er zich aan de punt van de wortelspruit flinke nevenworteltjes ontwik keld hebben. De lengte van de hoofdwortel- spruit is thans 6 a 7 centimeter en de dikte dezelfde als tijdens het derde etmaal, d.i. 3V2 millimeter. In dezen toestand zijn zij gereed. Intusschen is de temperatuur in de petroleumkisten be langrijk verhoogd en is deze soms tot 46 gra den Celsius gestegen. De spruitjes worden nu in een groote tobbe met putwater van de aanklevende zaadschillen ontdaan, afgewasschen en aan de opkoopers afgeleverd. Wanneer men echter het ontwikkelingsproces heeft gadegeslagen bij den Chinees, die taogê in het groot bereidt, zal men er niet licht toe komen de boonenspruitjes tot voedsel te doen dienen, zonder ze vooraf aan eene reinigings- kuur te hebben onderworpen, want hoe vuil gewoonlijk de binnenplaats der woning van een Chinees uit den minderen stand is, zoo smerig als die van den taogê-bereider worden er weinig aangetroffen. De open binnenplaats is om het uitglijden te verhoeden, belegd met bamboezen. Het geputte water, waarmede de naast den put staande petroleumkisten over goten worden, vloeit tusschen de bamboezen in en komt door infiltratie van den bodem t Iedereen weet het, KOKKIE verzendt alle rijsttafelartikelen naar binnen- en buitenland. Enkele voorbeelden: 1 liter ketjap (dus bijna 2 grote flessen) in gesoldeerd blik (kan niet kapot dus) naar Amerika. inclusief vracht kost slechts 11.70 Zelfde blik doch SUPER kwaliteit 12.90. Spekkoek, gewicht ca. 7 ons, van Oma Tio (dus djempol) naar Ame rika inclusief vracht 13.25. Witte de Withstraat 128 - Tel. 89438 Slotermeerlaan 125 - Tel. 13 03 62 AMSTERDAM-W. gedeeltelijk in den put terecht. De groote tobbe, waarin na het vierde etmaal de spruitjes gewasschen worden, houdt een grijsachtig vocht in, te vies om aan te zien, en daarbij is een benauwende zuurachtige reuk van rot tende organische stoffen waar te nemen, waar toe de aan de onderzijde half verrotte bamboe niet weinig bijdraagt. Evenals het gebruik van de kleine groene katjang-idjoe in de keukens der Europeanen verdwenen is, zoo is reeds sedert lang eene gewoonte in onbruik geraakt aan boord der zeilschepen, die vooral in den tijd, dat scheur buik onder de schepelingen voorkwam, haar nut had. Ik bedoel het maken van taogê aan boord van deze bodems gedurende de reis. Dat daar vroeger werk van gemaakt werd, getuigt Rumphius, waarvan we een citaat laten volgen. De uitgeschote Katjang werd aldus gemaakt. Besproeid de katjang met warm water een reis of twee, en laat ze dan twee d drie dagen leggen, zoo brengen zij witte scheutjes voort, een lid van een pink lang, waarvan sommige al groene hoofdjes krijgen, en blaadjes willen formeren. Hiervan maakt men een aangename salade, of een smakelijk moes met eenig zop opgekookt. Een kostelijke verversing, als men op zeereizen is en altemet zulk vers salaadje kan hebben. DE TOEKANG TAOGË De in het vorige artikel beschrevene boonen spruitjes worden te Batavia op passers en druk bezochte vereenigingsplaatsen of langs den weg ter consumptie gereed gemaakt, verkocht door den zoogenoemden toekang taogê, gewoonlijk een Inlander. Deze man vervoert aan de eene zijnde van zijn draagstok een draagbaar komfoor, waarin ge stookt wordt en waarboven een plat roodkope ren bord is aangebracht, terwijl zich aan de andere zijde een vierkante kist voor den voor raad rauwe taogê en de andere ingrediënten bevindt. Deze laatste bestaan uit tao-tsideng, eene brij achtige bereiding van sojaboontjes, uit in cocosolie gebraden sjalotjes (Allium ascalo- nicum L.) met fijn gehakte bladeren van goe tsai (Allium ugliginosum), eene uit China ingevoerde uisoort, een fijn gesneden tjabé Capsicum annuum L.) De boonenspruitjes worden met zeer weinig water op het koperen bord meer gaar ge stoomd dan gekookt, met toevoeging van de gebraden sjalotjes, goe tsai en tjabé. Naar verkiezing van den kooper wordt de portie overgoten met eene roodachtige saus, die vooraf gekookt en bereid is van de boven vermelde boonenbrei met de overige artikelen. De portie wordt warm verorberd. 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1963 | | pagina 12