ss'fr
VAN HIER EN GUNDER
IN DIT NUMMER:
I
Vaste rubrieken OP PAG.
Van hier en gunder2
Eresaluut: Mina Hoffman-Kriiseman 4
Tropische gebieden: Suriname III .6
Oude sobats8
MYANA: Voor de vrouw .12, 13 en 14
TANTE MIEKE: Voor onze bibits 15
Navorser17
Redactioneel
Portret van een suppletiebetaler 3
Oude vrienden3
Nassi poekoelt teroes5
Je lah je kripoet9
Bapak9
De waringin en het gras16
Full speed ahead
Verhaal van de zee20
Sport
60 jaar B.V.C18
Abonnees vertellen
Goed en slecht5
Tanah air kita7
Hoe een baar naar Holland schreef 10
Marihuana en nog wat11
Kwan Yin en ko lo bak16
8ste JAARGANG No. 4
ONAFHANKELIJK INDISCH TIJDSCHRIFT
PRINS MAURITSLAAN 36 DEN HAAG TELE
FOON 070/542.542 en 55.07.49 GIRO 6685
TELEGRAMADRES: TONGTONG DENHAAG.
Verschijnt de 15de en de 30ste van iedere maand.
Prijs per nummer: f 0,75
Abonnementsprijzen Nederland: kwartaal f 3.75,
Halfjaar 7.50, Jaar f 15.
Abonnementen Buitenland (per jaar en per lucht
post): Australië 48.Nieuw Zeeland, Zuid Afrika,
Brazilië f 38.Canada f 32.Suriname,
Antillen f 26.West-Europese landen f 20.
Abonnementen Buitenland (per jaar en per zeepost):
voor alle landen f 20.—.
THE AMERICAN TONG-TONG Zelfstandige editie
voor de V.S.
P.O. Box 137 Whittier 90608 California
U.S.A. Tel. 699-6837
Month 1.—, Half Year 5 Year 10.—.
Uitgave Publ. en Handel Mij. TONG-TONG N.V
Onder redactie vanTJALIE ROBINSON.
ZOEKT OP BASIS VAN DE NUTTIGE ERVARINGEN
IN DE GORDEL VAN SMARAGD NIEUWE INTE
RESSEN IN NEDERLAND TE WEKKEN VOOR DE
TROPENGORDEL.
LOOP NIET WEG, TJALIEI
,,lk vrees met groten vreZe dat dit long-Tong-
ucrk van je tóch in mekaar stort omdat je te
vroeg bent iveggegaan. Wat kan er toch nog
op korte termijn in Amerika of waar ook opge
bouwd worden dat ONS HIER helpen kan?
Met al je grote verwachtingen en ontegenzeg
gelijk grote talenten, Tjalie, hier ga je mis''.
A. Kok
Als HET mis gaat in Holland, terwijl ik even
mijn „hielen licht", dan is hiermee niet mijn
tekortkoming bewezen, maar die van de groep.
Als tienduizend mensen niet de eindjes bij
mekaar kunnen houwen als één man af en toe
weg is, het spijt me, dan is die gioep niet
alleen bekagenswaardig, maar verloren en nie
mand kan haar „redden". Hang niet alles op
aan mij. Hang niet tienduizend jassen aan één
kapstok.
Ik MOET andere uitwegen en hulpmiddelen
zoeken elders omdat in Holland alles te
sloom gaat. Holland is stug, langzaam in be
gripsvorming. We staan er in Holland nog
steeds naast, moeten nog steeds aanpassen, om
scholen, net-doen-als. met volkomen passering
van specifieke nuttige eigenschappen en zwak
ke kanten. Als dat in tien of twintig jaar ver
betert, dan hoeft er geen vrees te bestaan. U
kunt mij missen als kiespijn. En Tong-Tong
ook.
Als dat niet gebeurt, is het noodzaak om an
dere wegen te vinden. Deze laatste winter
heeft het me weer extra geleerd: wij moeten,
althans voor de zwakkere broeders (in body
en beurs), werken aan andere mogelijkheden.
Men denkt dat ik maar lekkertjes als toerist
reis naar Amerika, Antillen, Spanje en later
naar Indonesië. Nee het is alweer hard wer
ken. armoe lijden (ik kan er Goddank tegen).
Maar het valt niet mee om weer met een paar
honderd abonnees te starten in een duur land,
met veel minder securities als in Holland. Ik
gebruik geen geld van Tong-Tong-Nederland.
Dat is van U en van de aandeelhouders. Ik
moet niet nog meer „grote vreze" verwekken
met „domme avonturen". Right, isn't it?
Hoe ik rondkom is mijn zorg. Evenals het mijn
zorg was zes jaar geleden toen ik Tong-Tong
begon op te zetten. Een week terug vroeg een
goede kennis me: „Maar hoe kwam je toen
toch rond met een paar honderd abonnees?"
Ik stond hem met open mond aan te kijken,
want ik weet het zelf niet meer!
Goed. Waarom Amerika? Omdat de mensen
daar wél voortdurend belangstelling hebben
voor wat uit andere landen komt. En er vaak
goede zaken mee doen. En er hun gemeenschap
mee verrijken. In Amerika bestaat de „van
vreemde smetten vrij "-gedachte niet. In Ame
rika ben ik geen tweederangs halfbloed of
vervelend heimweelijdertje, maar een man met
nieuwe mogelijkheden. Ik kan hier (met wat
geluk) in tienmaal kortere tijd tienmaal meer
bereiken voor U dan in HoHand. Daarom moet
ik het wagen.
Ook de banden met de Antillen en Suriname
moeten versterkt worden. We hebben daar
broers en zusjes die meer en me^i de achting,
sympathie en medewerking winnen van Suri-
namers en Antillianen. En zich ondertussen
trainen in de funkties van een sterk gemeen
schapsleven. Zij zullen later grote diensten
kunnen bewijzen. In een iets verder verschiet
ligt Indonesië. Tropen, tropen, warmte, een
leven dat ons physiek en geestelijk beter ligt.
Velen van ons althans. Aan hen moeten we
altijd denken. Niet alleen aan onszelf.
Ik denk het meest aan de Indische huisvrou
wen in Holland. Nu zien ze er op hun 45ste,
ja 55ste jaar, nog knap uit en zijn monter en
vief en ijverig en moedig. Maar over nóg
weer tien jaar (denk maar goed na over de
laatste winter) worden ze vermoeider, hebben
minder weerstand, worden asthmatisch, rheu-
matisch. Ze zijn nu eenmaal frêler, fijner. Ze
hebben niet zoals Noorderlingen zware kluiven,
flinke vlees- en vetlagen, een potige, vierkante
gestalte. Sjoukje Dijkstra mag voor Noord
Europa een ideaal zijn en voor mijn part ook
een superieur type zijn, maar banjak Indische
meisjes zijn nu eenmaal anders. Straks, „na
volbrachte diensttijd", kinderen baren en groot
brengen, duizenden en duizenden dagen drie
maal per dag eten klaar maken, boodschappen
doen in kou en regen, stofzuigen en matten
kloppen, gaan ze het voelen. En dan moeten
ze omdat pensioen en AOW misschien niet
genoeg zijn een baantje aannemen als
typiste of administratice en elke dag met het
trammetje erop uit? Waarom dit, als het
anders kan
Mannen, zolang ze nog vrij jong zijn (40-50
jaar), spreken over het algemeen potiger.
Herinnert U zich Oom Djing nog uit mijn
Piekerans? Ik kwam hem drie jaar geleden
onverwachts tegen op een Indische avond
ergens in het Oosten van ons land. Het was
winter. Hij was een beetje beverig en zag er
een beetje onwennig uit in zijn dikke Hollandse
kleren, en hij lachte nogal schaapachtig omdat
feestavond immers betekent: lachen? Ik was
zó blij hem terug te zien en groette: „Hai
Oom Djing! Kenapa begitoe djaoeh dari Kre-
kot„Opeens biggelde de oude baas de tranen
over de wangen. Wees daar maar boos of
ongeduldig over. Tante Mien (Fighting Mien,
herinnert U zich nog?) was het in elk geval
wel. „Mijn ouwe, hij is sentimenteel", zei ze.
En hoe U over tien jaar. Tante Mien?
Laat ons NU werken om over vijf of tien jaar
de „zwakkeren" te helpen. We moeten er NU
wat voor over hebben. NU elkaar voor korte
tijden missen. In de zomer en herfst van ons
leven vergaren. Om beschermd te zijn als onze
levenswinter komt. We hebben veertig jaar
geleden in Indië niet ver genoeg vooruit kun
nen of willen kijken. En zijn „gestraft". Geen
tweemaal dezelfde steen. T. R.
BIJ DE I 'OORPLAAT:
Kinderen zijn kleine mensen en mensen zijn
grote kinderen. A. O. Fava
Als je deze drie kleine meiskes ziet, zie je ze
ook als twintigjarigen, als vrouwen van mid
delbare leeftijd, als ouderen...
Als er mensen bij elkaar zijn zal er altijd wel
één bij zijn die met aplomb iets te vertellen
heeft, één die geamuseerd luistert en één die
wat teruggetrokken en achteraf zich afvraagt
waarom hijzij altijd zwijgt!
Zo is het ook met onze Tong-Tong-lezersHet
zijn bijna altijd dezelfde mensen helaas een
kleine groep die ons iets leuks of interes
sants te vertellen hebben, een gedeelte dat
geamuseerd (of soms geërgerd) leest en door
een reactie hiervan blijk geeft, het overgrote
deel leest... én zwijgt. Deze abonnees vragen
wïj nu: schrijft U ons toch ook eens. In uw
hele leven zijn toch wel dingen gebeurd die
het vermelden waard zijn?
We kunnen inderdaad niet alles direct plaat
sen, maar toch. probeer te vertellen van wat U
heeft ondervonden en blijf niet altijd de zwij
gende derde. Als U praat wil een ander ook
wel luisteren.
Denk aan ons devies dat ook inhoudt:
BRANIE. IDA VAN KOETSVELD
Foto uit: Java en Bali
2