Wat Njoek, het apenjong, beleefde
VOOR ONZE
BIBIT
Tante Mieke
Door Mieke den Ouden
SI GINDS
OPLOSSING REBUS
«w VJ I
Op een stralende dag waren Njoek en Grrrrr
en Uh-uh, drie apen-kameraadjes, al vroeg op
avontuur gegaan. Ze hadden het grote woud
kris en kras doorkruist en waren nu tot aan de
grens gekomen. Achter de laatste rij bomen
gaapte een diep ravijn. Een dal dat tussen ver
schillende berghellingen uitgesleten was. Het
was begroeid met grote varens en bekerplanten,
waar de aapjes graag uit dronken, en nog
allerlei laag struikgewas, ook passiebloemen,
waarvan de vruchtjes zo lekker zijn. Van
bovenaf keken de vriendjes verlangend omlaag.
Ze hadden best zin om zich aan de passie
vruchten te goed te doen. Maar die stijle
hellingen schrokken hen eigenlijk een beetje af.
Ze beraadslagden een tijdje met elkaar, toen
begon Njoek langzaam aan de afdaling. Langs
uitstekende roetspunten of stukken boomwor
tel zocht hij zijn weg. Hij sprong van het
ene naar het volgende steunpunt. Zijn beide
vriendjes keken vanaf de rand nieuwsgierig
toe. Soms leek het, of zij hem volgen wilden,
maar ze brachten de moed toch niet op. Het
bleef bij een heen en weer springen langs de
ravijnrand, soms stak er een voorzichtig pootje
zoekend naar een houvast beneden die rand,
maar dan werd het huiverig weer ingetrokken.
Alleen Njoek zette het helemaal door, en
belandde uiteindelijk veilig in het dal, waar
hij zich meteen te goed deed aan de vruchten.
Hij knorde tevreden omhoog, om zijn makkers
te vertellen hoe hij smulde. Maar als zij gretig
vroegen om voor hen wat van dat lekkers boven
te brengen, grinnikte het kleine aapje pla
gend en maakte hen in zijn taaltje duidelijk,
dat ze maar zelf moesten komen proeven. Hij
kon toch niet met volle handen en voeten
terugklimmen, het was al moeilijk genoeg het
gewóón te doen.
Toen werden Grrrrrrr en Uh-uh razend en
begonnen hem met stukken hout en aardkluiten
om de oren te smijten. Maar Njoek kroop weg
onder het struikgewas en toen konden ze hem
niet meer zien. Ze bleven wel tegen hem te
keer gaan, en scholden hem de huid vol. Tot
ineens, de scheldpartij overging in een angst
kreet. En hoewel Njoek beneden veilig was,
spitste hij toch de oortjes, want hij wilde weten
welke onraad zijn vriendjes overkomen was.
Meteen hoorde ook hij, heel in de verte nog
het geluid, dat Grrrrrr en Uh-uh in paniek
bracht: het luide grommen van Maoeng, de
koningstijger. En het klonk steeds luider,
omdat het dichterbij kwam. Njoek daar bene
den in het ravijn verstarde helemaal en hield
zich doodstil. Zijn vriendjes zochten boven
wanhopig een uitweg, die was er niet, ze
durfden voor geen goud de weg terug in te
vluchten, en vóór hen gaapte de afgrond. Toen
kwam bjjoek te voorschijn uit de struiken.
Hij zwaaide met zijn voorpoten om de aan
dacht van zijn vriendjes te trekken en hij riep
hen korte bevelen toe: „Spring toch, het lukte
mij ook, van het ene op het andere uitsteeksel.
Snel. Jullie kunt niet anders. Gauw!"
En ja hoor, Maoeng's gegrom klonk zo dichtbij,
dat er gen andere keus overbleef. Dus waag
den Grrrrrrr en Uh-Uh de afdaling langs de
steile ravijn-helling. De angst gaf hen meer
behendigheid en beiden brachten het er goed
vanaf.
Zodra ze beneden waren, doken ze bij Njoek
weg in de struiken en keken met bange oogjes
tussen de takken en doorns omhoog naar de
rand van het ravijn. En juist op de plek waar
zij gestaan hadden, kwam nu de grote, snuiven
de kop van de grote koningstijger te voor
schijn. Hij hief zijn neus op in de wind, om na
te gaan, waar dat apenluchtje, dat hij op het
spoor was, nu toch zo gauw gebleven kon zijn.
Hier is een foto van een grote passiebloem
er zijn ook kleine. De vruchten zijn overheerlijk
en je kunt begrijpen dat onze vriendjes hier
dol op waren.
Hier hield het op. Maoeng liep heen en weer
langs de rand, precies zoels de apen gedaan
hadden. Af en toe stak hij zijn prachtig gete
kende kop snuffelend over de rand, keek
zoekend in de diepte, dan stootte hij geërgerd
en nijdig zijn grommend keelgeluid uit, dat
door de andere ravijnwand teruggekaatst werd,
en zich waardig omdraaiend sloop hij weer het
oerwoud in, nog nagrommend om het lekkere
hapje dat hem op een raadselachtige wijze
misgelopen was. En dat lekkere hapje? Wel,
dat bleef nog geruime tijd weggedoken zitten
en het durfde voorlopig niet weer dezelfde weg
omhoog te klauteren. Ze hielden zich nog
enkele dagen koest in het ravijn en hielden zich
in leven met de vruchten die er gelukkig in
overvloed waren.
Een lief omaatje stuurde ons dit aardige Indi
sche Sinterklaasliedje, dat je zingen kunt op
de wijs van „Zie ginds komt de stoomboot..."
Het kan zijn dat het wat moeilijk voor je is,
er staan veel vreemde woorden in. Vraag je
moeder of vader dan of zij het je willen voor
zingen en misschien willen ze er bij vertellen
wat alle woorden, die je niet weet, betekenen.
Zie ginds komt de kapal
Uit Spanje hij al
Hij bawah Sin Niklaas
Die stap aan de wal
Hij zegt: ister kuda
Sado ister niet
Hij djalan sendiri
Alleen met zijn Piet.
Zijn knechtje ketawa
En kasi tabé
Njang nakal krijg poekoel
Njang manis kwee-kwee
Ach goede Sint Niklaas
Heb toch kasian
En zeg tegen Pieter
Een beetje plan-plan.
Si Siti wat maloe
Achmed wat nakal
Ik hoop maar Sin Niklaas
Niet marah zijn zal
Dan is hij seneng, ja
Van groot en van klein
Dan zal hij selamanja
De kinderfrien zijn.
Mevr. V.
1. Scheveningen
2. Amsterdam
3. Utrecht
4. Assen
5. Hengelo
6. Leiden
7. Voorthuizen
8. Den Briel
9. Bergen op Zoom
10. Haarlem
Dit was het dan beste kinderen. Dat Scheve-n-
in-G-en heeft velen van jullie, wat je noemt,
de nek gebroken. Jammer. Vogende keer beter,
want we gaan er mee door!
Er waren iets meer dan negentig oplossingen,
waarvan 54 goede. Nu hadden we gerust al die
54 wel een prijs willen geven, maar je begrijpt
zelf wel dat dat niet gaat. Hoewel we één
prijsje ter beschikking hadden heeft onze direc
teur, de heer Catalani, met beide handen over
het hart gestreken en nu kunnen we twee
kinderen gelukkig maken. Dit zijn:
Vera Zuurveen in Uithoorn en
Peter Levèfre in Elsloo.
Zij krijgen beiden een pieperklein radiotje dat
echt kan spelen. De gebruiksaanwijzing staat
op het doosje en je hoeft er niemand mee te
hinderen, want je luistert via een oormicrofoon-
tje.
Dan moet ik jullie nog iets leuks vertellen.
Bij alle goede oplossingen was ook nog de
volgende briefkaart.
Lieve tante Mieke, ik ben wel geen bibit, geen
9 jaar, maar heb op mijn ziekbed met mijn 80
jaren toch meegepuzzeld. Oma Iela
Oma Iela zal in die 80 lange jaren wel voor
heel wat bibitjes gezorgd hebben, denken jullie
ook niet. Daarom hebben we oma een troost
prijs toegestuurd.
We vonden echt leuk dat zoveel kinderen, mee
gedaan hebben en we verwachten niet anders of
jullie doen een volgende keer weer allemaal
mee. Wie weet ben je dan gelukkiger.
IKS
14