Venezuela (III) Een, voor ons niet Zuid-Amerikaanse vrouwen nogal hinderlijke gewoonte hier, is dat èn jonge èn oude mannen, voorbijlopende vrouwen van top tot teen en van teen tot top om het maar netjes te zeggen, opnemen en nakijken Daarvoor blijven ze staan. Is dit voor hen, die daar niet aan gewend zijn, al zeer hinderlijk, erger is het als dit kijken/bekijken gepaard gaat met minder oorbare opmerkingen en gegrinnik. Gewoon doorlopen en net doen of je er niets van begrijpt, is in zulke gevallen het verstandigste, want vele van dit soort rond slenterende heerschappen zijn gewapend en nogal gauw boos. Tassenrovers grazen, veelal per motorfiets, hele buurten af en wee het slachtoffer dat niets of volgens de heren niet genoeg geld of juwelen bij zich heeft, want dat maakt ze zö kwaad, dat ze een extra afstraffing nodig achten. Dit wil niet zeggen, dat men altijd en overal gevaar loopt, maar het is voor een dame alleen niet raadzaam zo maar doelloos rond te slenteren, net zo min als het aan te bevelen is na donker in de eerste de beste taxi te stappen zonder geleide. In het laatste geval is een bus of por puesto een veiliger vervoermiddel. Vele new-comers vinden dit echter nogal over dreven tot ze iets meemaken wat niet zo prettig is. Een rustige stad is Caracas zeker niet. De relletjes veroorzaakt door studen ten, leerlingen van middelbare scholen en lycea, velen niet ouder dan 14 jaar, extre misten en communisten, kleine opstandjes, straatgevechten, bomexplosies, het in brand steken van bussen en andere vehikels, die wij in de drie jaren hier hebben meege maakt, zijn niet te tellen. In de woonwijken merken de mensen daar niet veel van, maar in het centrum van de stad waar mijn man werkt wel. Tot dusverre kwam hij gelukkig veilig thuis. Eens moest hij hele stukken te voet afleggen, omdat huurauto's dan bijna niet te krijgen zijn. Deze verdwijnen zo snel mogelijk, om te voorkomen, dat hun wagens in brand gestoken worden. Mijn man kon gelukkig vanuit een café opbellen om ons gerust te stellen. Vlak bij huis vond hij een taxi, die hem voor de korte afstand naar huis wilde rijden voor de dubbele prijs. Van mij had de chauffeur de driedubbele prijs mogen vragen. Venezuela is eigenlijk een zeer bevoorrecht land. Zonder te ver van huis te gaan, kan men de koelte opzoeken of naar zee gaan. Deze is prachtig; iedere zondag trekken duizenden mensen naar de „playa" (strand) om in clubs, zwemgelegenheden of vrije strand te zwemmen of zich bruin te laten bakken door de zon, daarbij genietend van de zeelucht. Er zijn vele restaurants en „waroengs" aan weerskanten van de weg, waar men vruchten kan kopen en jonge klappers voor het klapperwater. De klap pers hier zijn de helft kleiner dan de Indo nesische; ze lijken op onze „klappa gadin". Behalve klapperwater drinkt men veel te- boe-sap, de „guarapa de cana". Een typisch Venezolaanse drank is de „chicha". Dit is tepoeng beras vermengd met gemalen amandelen en maisdeeg. Dit mengsel wordt met water gekookt tot het van de pan los laat. Men lengt dit dan met wat water aan tot het een drankje wordt. Hierbij wordt suiker, sinaasappelsap en notemuskaat toe gevoegd. Desgewenst voegt men er een eetlepel witte wijn bij. Verder drinkt men hier natuurlijk evenals overal op de wereld, coca cola, pepsi cola en nog meer van deze flessen-rommel. Minder onschuldig zijn de hoeveelheden bier, rhum en vooral whisky, die men hier drinkt. Op feesten, hoe een voudig ook, mag de whisky NIET ontbreken. Caracas ligt op 900-1000 M. hoogte en heeft dientegevolge een zeer wisselend klimaat. Na koele, vaak koude avonden en frisse morgens, volgen zeer warme dagen met tamelijk veel wind, vooral als men hoog woont. De koudste maanden van het jaar zijn november t/m februari; dan ben je blij niet alle dekens en warm goed in Holland achtergelaten te hebben. Vreemd genoeg noemen de Venezolanen het koude deel van het jaar (december t/m mei) de zomer en de rest de winter, omdat voor hen de regenval de beslissende factor is. De regens vallen in de warme maanden. Wij zijn blij met de regens, omdat het uitblijven daarvan water gebrek betekent. Alle gebouwen zijn voor zien van watertanks. Is het waterpeil in de waterreservoirs buiten de stad laag, dan wordt het leidingwater gerantsoeneerd. Waterauto's rijden dan af en aan om lege tanks te vullen, maar bij grote aanvraag kan niet iedereen even vlot worden bediend. Wie ergens wonen wil, vraagt dan ook om te beginnen hoe het met de watervoor ziening staat. Een merkwaardigheid van deze wereldstad is, dat met uitzondering van enkele wijken, nergens straatnamen te bekennen zijn. Voor baroes zeer lastig en beangstigend soms. Gelukkig zijn er nu goede plattegronden verkrijgbaar. Voor een ieder is het raad zaam vóór het uitrijden naar een minder bekend adres zijn plattegrond eerst te raad plegen om onnodige ommetjes en tijdverlies te voorkomen. Adressen worden aangeduid met de naam vai de edificio of quinta en de straatnaam met vermelding van de buurt, hoek, plein, bekend gebouw of iets derge lijks in de buurt. Vreemd genoeg levert dit in betrekkelijk korte tijd geen moeilijkheden meer op. Het leven in Caracas is een namaak Ameri kaans leven. Een zich respecterend mens rijdt zijn/haar eigen wagen, woont behoor lijk, houdt tenminste één meid, is lid van een club, doet aan sport, bridge of canasta, geeft „teas" en „cocktail parties". Wie niets of weinig voor al die dingen voelt, telt domweg niet mee. De levensstandaard is 3 tot 5 maal hoger dan in Holland. Konden wij het in Indië, zelfs in Djakarta stellen zonder frigidaire, hier is dat een onmogelijk heid, omdat men niet dagelijks maar veelal wekelijks inkoopt. Het vlees voor een week gaat in het vrieshok. Toen wij 3 jaren geleden aankwamen, wer den wij door mijn man ondergebracht in een keurig pension van een Spaanse dame uit Tenerife (Canarische eilanden), getrouwd met een Noor. Beiden spraken Engels en waren prettige mensen in de omgang. Wij hadden geluk, want men kan als vreemde ling ook weieens in een „verkeerd" pension terechtkomen. Dat weten wij nü. Een first class hotel was ons te duur, 2de klas hotels zijn er bijna niet en motels bestaan hier niet. Wel zijn er, maar dat wisten wij toen nog niet, appartementen compleet gemeubileerd te krijgen voor korte of langere tijd. In de huur zijn de kosten van gas, elektriciteit, beddegoed en tafellinnen en de kosten van een meid, die alles dagelijks komt schoon maken inbegrepen. Men behoeft dus alleen voor het eten te zorgen. De huren variëren naar gelang van de grootte van de flat en het aantal slaapkamers tussen de Bs. 1000 en Bs. 1700,en hoger. Prettig voor men sen die voorgoed weggaan. Die kunnen hun huishouden van tevoren opdoeken, de boel laten inpakken en verzenden. Na een maand in het pension verhuisden wij naar een vacation-apartment. Vacation-apartments en -houses zijn appartementen en huizen, die compleet worden verhuurd door mensen die met verlof wensen te gaan. In onze tijd moest men om „djaga" te mogen spelen, behalve de huurprijs ook nog extra betalen voor het gebruik van het meubilair, etc. De tijden zijn echter veranderd. Nu mag men zich gelukkig prijzen als men 'nette' mensen (Lees verder pag. 20) Caracas dat 900-1000 m. boven de zeespiegel ligt heeft een zeer wisselend klimaat 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1964 | | pagina 10