Indische mensen en Indische letteren
Mijn visie op het „menghuwelijk"
j „INGET MATI" „AD PATRES" J
Fa. Johs. Ouwejan Zn,
(Vervolg van pag. 3)
enz. enz. enz., goeie én kwaaie", maar een
fenomenale internationale karavaan van
mensen, die „het aangezicht der wereld ver
anderden." In deze categorie is een aparte
en eigen rangschikking en onderschikking,
die zich niet stoort aan de maatstaven van
de nationale beoordeling. Men zou b.v. een
Snouck hoger aanslaan dan een Thorbecke.
Stel je voor!
Daarnaast bestaan de aparte maatstaven
voor culinaire preferenties, voor zeden en
gewoonten, voor religie en filosofie, voor
literatuur en muziek, allemaal bronnen van
eindeloze twist helaas. Tjalie heeft wat
moeten slikken hoor, voor zijn eerlijke ge
tuigenissen van wat hij bewondert of ver
werpt! En dat ondervindt élke Indischman,
blank of bruin, Nederlands of welke andere
nationaliteit ook. Goethe sprak waarheid:
„Men wandelt niet ongestraft onder de pal
men"..
Ook Emily Hahn en C. R. Boxer krijgen
over hun opvattingen vaak „de wind van
voren" thuis. Emily's studie over Raffles
werd vaak vijandig ontvangen. Verdedigers
van Multatuii vinden gemakkelijk heftige
oppositie. Tong-Tong heeft in de natie „the
cold shoulder" en vaak scherpe veroor
deling. Het is geen wonder dat de „kolo
niaal" die getuigt: „Hier sta ik, ik kan niet
anders" en niet assimileren wil of kan, naar
een rechtvaardiging blijft zoeken van zijn
standpunt, o.a. in zijn „Jacht naar Identiteit"
en probeert in de aparte origine te ontdek
ken, die zijn uitzonderlijke geestesgesteld
heid bepaalt.
„Do we begin with the Romans and the
Picts?" schrijft Emily Hahn me, „And what
about when the Danes moved to England, or
all the mixes there must have been, and still
are bout the Mediterranean?"
De schrijfster is door bestudering van de
mixties gekomen tot een bestudering van
eigen afkomst. Aan de Middellandse Zee
vindt ze uitgesproken mengvolken. De
Spanjaarden zijn zeven eeuwen lang „door
kruist" geweest door de Arabieren (we
zouden ze haast „de Indo's van Europa"
kunnen noemen). De Italianen zijn haast
even „spekkoekig" als de Surinamers, sinds
de Romeinse legioenen slaven en slavinnen
thuisbracht en uit de hele toenmaals be
kende wereld, zowel prinsen als baboes!
Oost-Europa is tot Wenen toe Mongools en
Arabisch „geïnfiltreerd", maar ook Enge
land, Frankrijk en Duitsland hebben „zuiver
bloed" van allerlei origine. Holland is wel
héél erg internationaal georienteerd met zijn
volkslied dat het „van Duytsen bloet" be
zingt en de „coninck van Hispanien" eert...
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIHIIIIIIIIIjl
Begrafenis-
en Crematie-Onderneming
Opgericht 1924
ROUWKAMERS
en ONTVANGKAMERS
AIRCONDITIONED
Kantoren: Fred. Hendriklaan 7
Den Haag, Tel. 070-556427 (3 lijnen) I
iliiiii!iuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiii!iiiiiiiiiiiiiiiii!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiii!iiiiiniiiiii
Dunn en Dobzhansky schrijven in „Here
dity, Race and Society":
„De veronderstelling bestaat bij velen dat in
een Ver en Gouden Verleden de mensen hun
ras „puur" hielden, waardoor zij sterk en wijs
waren. Langzamerhand sloop echter „verbaste
ring' binnen en dat werd steeds erger. Op
den duur leidt dit tot ondergang van het
mensdom. Zulke ideeën echter worden defini
tief weerlegd door wetenschappelijk feiten
onderzoek. Menging van rassen heeft plaats
gehad zo ver de geschiedschrijving reikt. Ver
der bewijst de studie van menselijke fossielen
onweerlegbaar dat zelfs al in „de dageraad van
de mensheid" kruising van diverse rassen
bestond. De mensheid is altijd geweest en zal
het altijd blijven: een „bastaardgemeenschap."
De schrijvers constateren dan dat vooral
sinds de laatste twee eeuwen door de toe
genomen intercontinentale en internationale
communicaties de kruising hand over hand
is toegenomen en feitenonderzoek brengt
hen tot de uitspraak: „De menging van al
thans nauw gelieerde rassen schijnt eerder
wenselijk te zijn dan het tegendeel."
Nu zijn de hoogleraren in de biologie Dunn
en Dobzhansky een stuk pienterder dan de
straatslijper Tjalie Robinson en verstrekken
de essays van deze heren meer fundamen
tele kennis dan Tong-Tong maar beide
hebben het bij het rechte eind en alle zeur
pieten over volbloedjes, halfbloedjes en
raszuiverheid denken niet verder dan boer
Knoop, die zijn Barnevelders en trekhonden
zuiver wil houden... tot hij een kans ziet om
door kruising van zijn edele dieren méér
eieren of groter trekkracht te fokken en dan
maakt hij weer „nieuwe volbloedjes".
Hoe jammer dat blijkbaar nog steeds opinie
vorming van een lagere orde de Indischman
en Indo in zijn groei belemmeren en dat
gebrek aan essentiële kennis van de com
municatie van volkeren en rassen een
schrikbarende verwardheid heeft veroor
zaakt in de wereld, waardoor nutteloze dis
criminaties ontstaan.
Ik geloof dat op de bodem van alle mense
lijke verhoudingen twee basis-soorten be
staan: de trekker en de blijver, de nomaad
en de boer. Zij komen voor bij alle rassen
en volken. Zij zijn de grondoorzaak van de
voortdurende ras-verschuivingen, de volks
verhuizingen, de ontdekkings- en verove
ringstochten. Het trekkingsinstinct kan in
een huwelijk met een blijver vele generaties
„sluimeren" en plotseling wakker worden in
een „boerenhark" in Stampersgat, die tot
grote verbazing van zijn familie (Kees is
getikt) naar Indië trekt en hoofdadministra
teur wordt in Besoeki, waar hij zich thuis
voelt! Nationaliteit, ras, kleur, cultuurpa
troon zijn van secundair belang. En helaas
spelen in dit niveau van secundair belang
alle ruzies tussen volksgroepen, volken en
rassen zich af. Wanneer wordt de wereld
wijzer?
„Gaat heen. Onderzoek de dingen!" Tong-
Tong onderzoekt. Dat is goed werk. Geef
dit werk nooit op! T. R.
Tjalie Robinson heeft op pag. 6 en 7 van
Tong-Tong No. 18 (30-3-'64) de eerwaarde
schrijver in het weekblad „De Spiegel" op
rake wijze van repliek gediend in diens
beschouwingen over het z.g. menghuwelijk.
Om begrijpelijke redenen ben ik en zijn vele
duizenden met mij Tjalie erkentelijk voor
de van grote bijbelkennis getuigende aan
pak van dit door de „Spiegeldominee" aan
geroerd onderwerp.
Ik meen Tjalies stuk ten zeerste te moeten
aanbevelen bij allen die min of meer van de
wijs zijn geraakt door het Spiegel-artikel
van de dominee. Het kan echter geen
kwaad ik meen zelfs dat het noodzakelijk
is dit „probleem" van nog één zijde te
belichten.
Ook dit probleem vindt zijn begin en
eindpunt bij... God. Dit heeft het gemeen
met alle andere problemen die van ons,
mensen, uitgaan, omdat wij probleemmakers
en probleemstellers van Hem zijn uitgege
ven en van Hem ons bestaan „met als des-
zelfs vermogen ook het vermogen om zwart
met wit te mengen en te doen gedijen",
ontvangen hebben.
Even verduidelijken:
Als een blanke man of blanke vrouw een
zwarte vrouw of idem man tot wederhelft
kiest, dan doet hij dat natuurlijk geheel uit
eigen vrije wil. Ja? Ja? Maar als ondanks
grote en zelfs haast onoverkomelijke moei
lijkheden die hem of haar door andere men
sen of door omstandigheden in de weg ge
legd worden, hij of zij toch doorzet, hoe
noemt U de Kracht die hem of haar aandrijft?
Van Waar komt die kracht? Mijn antwoord
is: Van God, die niet slechts het kunnen en
willen en doen van het schepsel mens in
handen heeft.
"lat geven alle dominé's toe. Ik spreek a1-
thans niet beter.
En de werking van deze providentie die wij
lichamelijk niet zien, maar toch geestelijk
zeer bewust ervaren? Die werking kan zeer
verroestend zijn.
Tjalie heeft dit reeds op treffende wijze
met voorbeelden uit de bijbel gestaafd,
waaraan ik nog het volgende moge toevoe
gen:
Uit het Boek Ruth weten we dat uit het
„gemengd huwelijk van de Judeër Boas
(Boos) met de Moabitische vrouw Ruth,
geboren werd Obed, die de vader werd van
Jesfe. En elk jaar met het Kerstfeest zingen
we dat schone lied „Er is een Roos ont
sprongen uit Jesfe's eed'len stam. „Deze
Roos is Jezus Christus, de Zoon Gods, die,
als mens, uit het geslacht stamde van de
profeet Koning David, wiens vader de zo
even genoemde Jesfe was.
Daérom schamen we ons allerminst en treu
ren er ook evenmin om, dat mijn vader en
mijn moeder elkaar hadden gevonden en dat
ik uit dat menghuwelijk ben voortgekomen
en verheugen we ons allen erover, dat ik de
stamvader ben van 90 kinderen, klein
kinderen en achterkleinkinderen, verspreid
over tien plaatsen in Nederland, enkele
plaatsen in Canada, Brits Columbia, Noord-
Amerika en... Indonesië.
Dominé, God zij met U en ons allen. Tabé
W. BÜRER
22