fofïj foiTj
VAN HIER EN GUNDER
PASAR MALAM
H0UTRUST
IN DIT NUMMER:
ssspLzo lesker,
DR.1NK ER. UTeRS
VAN OP ONZE
26/Z7/28JUNi
Speciale bijdragen van: OP PAG.
ADER
lek wyck niet, ick blyf getrouw 5
PIERTJE PELIKAAN
Assimilatie5
Vaste rubrieken
Van hier en gunder 2
Dieren in en om ons Indisch
huis: Otters10
Tong-Tong tienerclub 13
MYANA: voor de vrouw 14, 15 en 16
TANTE MIEKE: voor onze bibits 17
Boekenclub Tong-Tong 19
NAVORSER20
I.K.K. Tong-Tong23
Een psychodiagnost geeft ad
vies 24
Ting-Tings26
Redactioneel
Indische mensen en Indische
letteren3
Indische Anti-legende 4
Indo's in den vreemde
De Indo in Brazilië 18
J. C. H.
Magie is zo oud als de wereld
(II)11
Abonnees vertellen
Bergen van Bali en Java (II) 6
De aardbeving8
Brief uit Canada9
Pesapen12
Jang nommer doea, jang nom-
mer doeablas18
Mijn visie op het menghuwelijk 22
8ste JAARGANG No. 21.
ONAFHANKELIJK INDISCH TIJDSCHRIFT
Uitgave: Publ. en Handel M|J. Tong-Tong N.V.
PRINS MAURITSLAAN 36 DEN HAAG
TELEFOON 070/542.542 en 55.07.49 GIRO 99®
TELEGRAMADRES: TONGTONG DENHAAG
Directeuren: Tjalie Robinson
S. L. F. Catalan!, Huisadres: L. v
Meerdervoort 1580, Den Haag, tel. 070/30.63.27.
HOOFDREDACTEUR: TJALIE ROBINSON
Waarn. Hoofdred.: J. C. Hazewlnkel
Verschijnt de 15de en de 30ste van Iedere maand
Prils per nr. f 0,75. Abt. Nederland: kwart, f 3,75.
halfJf 7,50, jaar f 15,Abt. buitenl. (per Jaar en
per luchtp.): Australië f 48,Nw. Zeeland. Zd
Afrika, Brazilië f 38,Canada f 32,Suriname
Antillen f 26,West-Europ. landen f 20,Abt.
per zeepost voor alle landen f 20,per Jaar.
THE AMERICAN TONG-TONG Zelfstandige editie
voor de V.S. P.O. Box 4572 Whlttler Californië
90607 U.S.A. Tel. 699-6837.
Month 1,Half Year 5,Year 10,
ZOEKT OP BASIS VAN DE NUTTIGE ERVARINGEN
IN DE GORDEL VAN SMARAGD NIEUWE INTE
RESSEN IN NEDERLAND TE WEKKEN VOOR DF
TROPENGORDEI
JAN COMPAGNIE IS MORSDOOD
„...want ik moet wel heel ver in mijn Tong-
Tong-jaargangen terug gaan om weer wat te
vinden van verzet tegen assimilatie. Ik vraag
me af: is deze „strijd" gewonnen of verloren?
Of alleen maar doodgebloed? Of is de „strijd
vraag" eigenlijk zo belangrijk niet en hebben
we ons vroeger met ten beetje te veel opge
wonden?" Elorentinus
Uiteraard is de kwestie wél belangrijk. De
hele wereld over verschijnen jaar in jaar
uit nieuwe sociologische en ethnologische
studiën over allerlei ethnische groepen.
Vooral bij het ontwakend nationalisme in
Azië en Afrika springen de ethnische groe
pen overal in de aandacht. Er is b.v. in
Amerika geen universiteit die niet één of
meer researchers heeft op dit terrein. Want
zowel politiek, cultureel en economisch is
een grondige kennis van ethnische groepen
van de grootste waarde voor het voeren
van een efficiënte staathuishouding. Ik ben
van hetgeen regelmatig op dit gebied op de
boekenmarkt verschijnt vrij aardig op de
hoogte en koop niet alleen boeken, maar
lees ook veel book-reviews.
Het valt mij op dat Nederland op dit gebied
schittert door afwezigheid. De wijze waarop
wij ons verleden en heden op sociologisch
ethnologisch terrein verslonsen, is werke
lijk beschamend, en getuigt van bekrom
penheid en botheid. Onlangs is weer een
boek verschenen, „Jan Company in Coro-
mandel" (nota bene bij Martinus Nijhoff in
's-Gravenhagel), geschreven door Rapan
Raychandhuri, dat wij geschreven zouden
moeten hebben. Maar niks hoor: de bruin
tjes moeten weggeassimileerd worden en
het verleden uitgewistl En als Tong-Tong
„misbaar" maakt, doodgewoon „niet reage-
re, Leen!"...
Als je dit acht jaren lang hebt meegemaakt,
ga je jezelf op het laatst een papegaai vin
den als je nog steeds reageert. Het is
vechten tegen de boter-melk-kaas-kaai. De
laatste man die op dit gebied echt nog
serieus onderzocht, was Du Perron. Neder
land heeft in hem méér verloren dan het
zich realiseert of realiseren kan!
Wat de doorsnee Indo betreft: door een
stupide maatschappelijke opvoeding heeft
hij generaties lang zó leren denken in het
alternatief: óf Hollands óf Inlands, dat hij
nog steeds niet anders denken kan, hoewel
hij nota bene geleefd heeft in een land met
de grootste collectie ethnische groepen ter
wereld!
Als je het woord „ethnisch" in zijn tegen
woordigheid noemt, kijkt hij gewoon „vies'.
Alsof hij een klabang ziet of kikkerbilletjes
moet eten. Dat de doorsnee Hollander niet
beter weet, dat is tot daaraan toe. Maar
welke zin hebben discussies in zo'n massa?
Inderdaad, Jan Compagnie is morsdood.
Jan Compagnie: de onderzoekende, uitva
rende, vrije geest... en niet wat men denkt:
de „sentenhalende koloniaal". Er is voor zo'n
nauw denkend Nederland maar één toe
komst: de oplossing, eerst economisch, dan
maatschappelijk en politiek, in Eenheids-
Europa. Zo'n „assimilatie-complex" boome-
rangt ook! Wat mij blijft verbijsteren is het
feit dat 1/3 miljoen dragers van aparte eth
nische karakteristieken volslagen genegeerd
kan worden. Dat universiteitsbibliotheken
met de kostbaarste studie-schap op dit ge
bied, achteloos terzijde gelegd blijven. Als
ik denk aan Mensen die reeds dood zijn,
Snouck v. d. Jagt aan levenden zoals
Meyer Ranneft, sajang kanee kanee...
T. R.
KLEINE BOENG
„Met aandacht je artikel gelezen over El Ata-
bal en het „falen" van de Kleine Boeng. Het
oordeel lijkt me té gemakkelijk geveld. Was er
toch niet een ander systeem mogelijk, waarmee
de Kleine Boeng tóch op gang raakt, in plaats
van hem nóg onzekerder van zichzelf te
maken?" v. d. L.
„U bent enigszins bitter gestemd tegenover
kleine boengs, die U met Atabal in de steek
gelaten hebben. Ik kan me dat goed indenken,
maar ik vraag begrip voor deze mensen die qua
geest en persoon geheel k.o. gerammeld zijn."
D. J. Hendrik
Ik ben nooit bitter gestemd ten aanzien van
Kleine (en Grote) Boengs. Wel t.a.v. het
Lot, dat hen sinds eeuwen genadeloos
schijnt te achtervolgen. In de Tong-Tong
activiteiten zijn vele kansen geschapen,
maar men slaat niet toe. zet niet door. Met
tweehonderd doorzetters zou El Atabal ge-
(Lees verder pag. 21)
BIJ DE VOORPLAAT:
Dit zijn de kleinste zelfstandigen van Krem-
bangan: de toekang seterop en de toekang
betja, de blijver en de trekker, levend op
een niveau maar een handbreed boven dat
van „de vogelen des velds." Het decor een
muur uit de Portugese tijd, voor een deur:
die sinds lang voorgoed is dichtgespijkerd.
De luifel voor die deur is nutteloos gewor
den nu en alleen nog maar „compositorisch
medium" in het schilderij: „De Vier Daken"
...ja, het vierde is het Dak des Hemels,
toch? Hoeveel stof van overpeinzing is er
zelfs in zo'n saai plaatje van een zo saaie
wijk als Krembangan! T. R.
Foto: Frans Bodmer
tiendoL't