^nno 1664
Het Indische verzet
Familieberichten
Huwelijksklokken in ,,'t Casteel Batavia".
In het Dagh-Register van Juni 1664 werd abusievelijk vermeld, dat het huwelijk van Gouver
neur Generaal Joan Maetsuyker met Elisabeth Abbema plaats vond op 31 Juli. Dat was de
datum van de Ondertrouw: „ende werden de heeren Raden van India (Carel Hartsinck,
Nicolaes Verburgh, Rycklof van Goens, Laurens Pit, Pieter van Hoorn, Pieter Anthonysz
Overtwater), de Fiscael (Mr. Louis Philibert Vernatty), de Baillu (Jacob Casembroot) en de
Secretaris (Pieter Marville) nevens hare respective huysvrouwen op de voorbruyloft des
avonts genoodigt."
3 do. op heden heeft haer Ed. den heere
Gouverneur-Generael Joan Maetsuyker syn
eerste houwelyks-proclamatie gehad met
d'eerbare juffrouw Elisabeth Abbema, we
duwe wylen d'heer Simon Cos, in syn leven
Raed-extra-ordinair van India ende Gouver
neur van Ambon.
20 do. voor de middag is haer Ed. d'heer
Gouverneur-Generael, Joan Maetsuyker hier
in 't Casteel in den houwelyken staet be
vestigt met mevrouw Elisabeth Abbema.
Haer Ed. haelde mevrouw de bruyd, met de
carosse uyt hare wooning in de stadt staen-
de, tot in 't Casteel, vergeselschapt met de
heeren speelnoots, Carel Hartsinck, Direc
teur Generael, en Nicolaes Verburgh,
ordinaris Rae'd van India, nevens hare
respective huysvrouwen en bragt deselve
in de predikzale, houdende in het zitten
deselve ordre en rang, als onder haer
Ed. altyt gebruickelyk is geweest. De
gequalificeerde ministers en de juffrou
wen, in 't Casteel woonende, mitsgaders
de heeren van Hoorn en Cops, nevens
hare huysvrouwen, ook d'heer Fiscael
ende ds. Leenders en ds. Heussens waren
aldaer mede tegenwoordigh. Voor de predi
cate las de voorleser de historie van Jacobs
vryagie ende houwelijck uyt Genesi. Daer-
na wierd gesongen den 113en Psalm. Ds
Cornelius Lindius, die de predicatie dede,
nam syn text uyt het Boek Ruths capn. 4
vers 11, luydende als volgt: „Ende al het
volk, dat in de poorte was, mitsgaders de
oudsten, seyden: wy syn getuygen; de
Heere make dese vrouwe, die in U huys
comt, als Rachel en Lea, die beyde het huys
Israels gebout hebben; ende handelt cloe-
kelyck in Ephrata en maeckt uwen naem
vermaert in Betlehem." Nae de predicatie
en de gewoonlycke gebeden, mitsgaders de
solemnisatie des houwelyks, is gesongen
den 128en Psalm. De brugge van 't Casteel
was met groen besteken en de weg van de
poorte des Casteels tot aen het huys van
haer Ed. nae deses lants wyse met galle-
ryen van clappus-tacken en andere groen
en bloemen alomme versiert.
21 do. wort de tweede dag van de bruyloft
van haer Ed. geviert.
22 do. heden wort de bruyloft gesloten in
haer Eds. thuyn, staende buyten de Nieu-
poort, aen de groote rivier, alwaer de heeren
Raden van India ende eenige weynige van
de bruylofts-gasten ende jonge luyden soo
te peerde als met de carossen, haer laten
vinden.
In beide Psalmen wordt het Bruidspaar een
rijke kinderzegen toegewenst, hetgeen, zo
als men weet, niet in vervulling is gegaan.
De woorden van de tekst uit het Boek Ruth,
Hoofdstuk 4, vers 11 zijn de heilwensen
van het volk en van de „oudsten" van
Bethlehem voor Boas, als hij Ruth, de Moa-
bietische schoondochter van Naomi tot
vrouw neemt.
In Hoofdstuk 1 van het Boek Ruth, vers 16
en 17 zegt Ruth tot Naomi: waar gij zult
heengaan, zal ik ook heengaan, enz. Op
deze woorden componeerde Eugen Hildach
(1849-1924) het mooie Bruidslied ,,Wo du
hingehst":
Wo du hingehst, da will attch ich hingehen,
Und wo du hleibst, da hleibe ich auch,
Dein Volk ist mein Volk, und dein Gott ist
mein Gott.
Und wo du stirbst, da sterbe ich auch,
Und wo du ruhst, will ich begraben sein,
Und nur der Tot soil uns scheiden.
Wo du hingehst, da will auch ich hingehen'.
12 do. na de middag is ter vergadering van
haer Ed. goetgevonden d'heer van Goens
na Seylon te dimitteren om het gouverne
ment van d'heer Hustaerdt over te nemen,
breeder in de resolutie geëxtendeert.
14 do. d'heer major, van der Laen is ter
vergadering binnen gestaen, versoekende
op Seylon, daer hy gedestineert is na toe te
gaen, geëmployeert ende gerangeert te wor
den na syn qualiteit, en sulx gestelt als
tweede persoon van het gouvernement van
Seylon, naest den heere gouverneur; ende
is hem tot antwoort gegeven, dat dat soude
stryden tegen maximen van de Comp., dan
dat men evenwel op de saek soude letten.
15 do. na de middag is ter vergadering van
haer Ed. goetgevonden:
dat d'heer van der Laen, op Seylon comen-
de, sal worden geplaetst op Colombo, naest
den gouverneur en sulx de tweede plaets
occuperen, niet van het district Colombo.
CORRA-CORRA
Door plaatsgebrek hebben wij tot onze spijt het
Daghregister hier moeten afbreken. RED.
Van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumen
tatie te Amsterdam ontvingen wij een brief,
die wij hieronder aan onze lezers ter kennis
brengen:
„Na jarenlang met de hoog gewaardeerde
hulp van oud-verzetslieden en belangstel
lenden voortgewerkt te hebben aan het ver
zamelen van feitenmateriaal, dat bijdraagt
tot de kennis van het Indische verzet
hebben de medewerkers van de Indische
Collectie van het Rijksinstituut voor Oor
logsdocumentatie een wetenschappelijke
bewerking daarover ter hand genomen.
Weliswaar is over de voornaamste verzets
figuren meermalen gepubliceerd, doch hun
prestaties, ware heldendaden soms, kunnen
slechts werkelijk in het juiste licht gesteld
worden, wanneer het gehele bestel van het
verzet in al zijn diverse vormen en in de
omstandigheden waaronder dit gepleegd
werd, onderzocht en beschreven wordt.
Het blijkt dan, dat o.m. door het verloren
gaan van het FlWI-archief, het vernietigen
van Japanse documenten (b.v. van de Kem-
peitai) noch de omvang en inrichting der
verzetsorganisaties, noch de handelingen
van de talrijke minder prominente verzets
lieden voldoende bekend zijn. Het feit, dat
zo talrijken het leven lieten, maakt het on
derzoek niet gemakkelijker.
Toch wordt het als plicht gevoeld de ge
schiedenis van het Indische verzet niet te
verwaarlozen en daartoe wordt de mede
werking ingeroepen van hen, die bereid
zijn, bij te dragen tot de kennis van die
geschiedenis, hetzij door het ter beschikking
stellen van bescheiden, dan wel het doen
van mededelingen. Het gaat uiteraard voor
al om feiten, waarbij ook schijnbaar onbe
tekenende voorvallen van belang zijn. En
dan verder: namen, liefst zo volledig moge
lijk met mededeling wat die verzetsman of
verzetsvrouw in het gewone leven was.
Het Indische verzet is de tegenhanger van
het Nederlandse, maar het had een zeer
eigen karakter. Gehoopt wordt, ook ter ere
van de nagedachtenis van de vele slacht
offers, met hulp van velen het onderzoek
met succes te volbrengen."
Indien U gegevens, als bedoeld in deze
brief, bekend zijn, dan verzoeken wij U, ons
zo uitgebreid mogelijk te schrijven. (Redac
tie Tong-Tong, Prins Mauritslaan 36, Den
Haag).
Getrouwd:
5 augustus. Edithe de Clercq Zubli (dichte
res en oud bestuurslid van de Indische
Kulturele Kring Tong-Tong) met Mr. H. E.
M. Boeke.
Overleden:
Nog vrij plotseling op 18 augustus 1964 op
60-jarige leeftijd, de heer Jan Karei Willem
Arntzenius, in leven oud-chef Passage N.V.
Stoomvaart Mij. „Nederland" te Soerabaja
en Medan, en gehuwd met C. H. H. Jelger-
huis Swildens.
Overleden: Prof. Dr. E. A. Kreiken (67 jr.)
directeur van het Astronomisch Instituut van
de Universiteit te Ankara. Was van 1928-
1951 verbonden aan de sterrenwacht te
Lembang en het departement van Onderwijs
te Batavia.
8