VAN HIER EN GUNDER v 'Nieuws' uit Indonesië Omdat de heer Tj. Robinson steeds veel aandacht besteedt aan het beantwoorden van voor deze rubriek bestemdeontvangen brieven vertrouw ik dat het ondervolgende eveneens niet aan zijn aandacht val ontgaan. In TT no. 10 van november j.l. geeft ZEdl. antivoord op een lange eerlijke soerat van een solide Tong Tonger (initialen P.W.) Op de eerste plaats ben ik het met deze P.W. vol komen eens. Men smeert stroop op de mon den van de Indonesische regeringspersonen en inderdaad: "Waarom?" Doch nu mijn overpeinzingen nopens de be antwoording van die eerlijke brief. A. Op de 10e regel van 1 schrijft onze geach te hoofd-redacteur: "Ik voel mij op dit terrein zo slecht thuis, dal ik het niet verantwoord acht om er over te schrijven. Als ik in Indo nesië ben, durf ik meer aan" Het wil voorkomen dat de heer Tj. R. zijn licht onder de korenmaat zet. juist door het ontvangen van zeer veel, zij het vaak tegen strijdige berichten kan een heldere geest als van onze hoofd-redacteur, kaf van koren on derscheiden; te meer nog omdat hij met de Indonesiërs van hoog tot laag) als het ware werd grootgebracht en hij DUS volkomen op de hoogte is van de mentaliteit van deze men sen (dus: van het volk in al zijn geledingen). Nu kan men wel zeggen dat tussen "toen" en "nu" vele jaren liggen, waarin veel is ver anderd, doch "het volks-karakter"waaraan het Indonesische intellect toch ook onderworpen is, kan zich mogelijk door de eeuwen heen wel wijzigen, doch m.i. althans) NIET in een 20-tal jaren. Hierover verder uit te wijden, voert te ver. B. onder 2. Met vele staten is het "donderen" of donderen geweest en nochthans bestaan ze, merkt Tj. R. op. "Donderen" zou geen be wijs zijn van inferioroteit. Inderdaad is het zó; als men de een of andere Staat met man en macht laat donderen. En dan denk ik bv. aan Zuid-Afika; doch anders wordt het als vele staten, om welke redenen dan ook, de behulp zame, financiële hand reiken met miljard en guldens, hetzij als goedkope lening, hetzij als "fonds perdu". Met Indonesia is zulks het ge val; niettemin blijft het daar "donderen" ge let althans op de EIGEN gepubliceerde in- en uitvoercijfers. Wat doet Indonesia feitelijk om zich in een overzichtelijk tijdsbestel te herstel len, zoals vele gedonderdestaten met suc ces hebben bewerkstelligd. Mijn gedachten dwalen dan naar Israël, dat door zijn naburen tot en met "gedonderd" wordt. Ondanks de schuldloze overname van een goed bestuurd geweest land (Min. Lieftink gaf 3 milJARD gulden cadeau in spoorwegen, irrigatiewerken. bouwwerken, wegen, havens, noem maar apl!) waar welvaart heerste en niemand honger leed. is het met Indonesia permanent gedonder, niet tegenstaande de vruchtbaarheid van de bodem; in zijn algemeenheid bezien. Instede van mil joenen te hebben verdiend, heeft men er mil- jerden -verspeeldja "verspild"U a ar aan ver spild?? Aan oorlog om Nieuw Guinea, waar mee men nu niets doet en ook niets .doen kan Wat er mogelijk nog wordt gedaan, doen an deren; nl. zending en missie. Aan oorlog met Maleisië waar "men" moet afblijven. Wat "men" dus niet moet doen en wat zeer veel geld gekost heeft en nog veel geld kost, doet men wèl en wat men wèl moest doen bv. hard werken, laat men na te doen. Slechts door hard werken en zuinig zijn kan een gezin, dus ook een verzameling van gezinnen "Staat" ge noemd, welvarend worden. (Nederland, Duitsland. Japan, China, Israël). Inderdaad: zuinig zijn en dan geen verre over bodige, zeer kostbare vliegreizen naar over de ganse Aarde, met een stoet van 10-tallen me de-profiteurs. Als een volk respect opeist, a la bonheur, doch dan moet toch ook worden ge toond dat men dit respect waard is; op de eerste plaats wel door zich te onthouden van diefstal en op de tweede plaats door aange gane financiële verplichtingen bona fide na te komen. Of is alles wal men daaromtrent in kranten en andere schrifturen las en leest, leugen en bedrog ten detrimente van die goed willende en voortvarende Indonesische regering?? VoortvarendJa, met pief, paf, poef en in filtraties in gebieden waar ze niets te ntaken heeft. C. Onder 3. Niemand vraagt aan Tj. R. waar om hij in Tong Tong ook niet schrijft over het vele goede dat in Indonesia ONTEGEN ZEGGELIJK ook bestaat of in ontwikkeling is. Als de heer Tj. R. mij slechts één feit zou willen -kunnen is volgens Tj. R. wèl mogelijk- noetnen dat de Indonesische regering EIGE NER initiatief, ten bate van het Indonesische volk, tot stand heeft gebracht of mee bezig is tot stand te brengen, dat niet voortspruit als vervolg op Nederlands initiatief van des tijds, zowel op maatschappelijk als op chari tatief terrein, met voorts in acht neming wat met voortgezet Nederlands beleid of mede werking (men denke aan "de West") in de verstreken 15 jaar 1949-1964tot stand zou zijn gekomen, dan leg ik mijn tegen de heer Tj. R. opstandige hoofd, onmiddelijk in de schoot. Ten slotte: U zult een dezer dagen een giro overschrijvinkje ontvangen t.b.v. de a.s. reis van de heer J. Boon naar Indonesia. Met vriendelijke groeten en meeste Hoogachting Uw de. (wg) A. J. van der Boon 1. Brieven als deze publiceert Tong Tong bijzonder graag: ze zijn geschreven met hoffelijkheid, grondigheid en openlijkheid. Havenmeester van der Boon is een oude en goede bekende van Indonesië en Indië, een standvastig en actief abonnee van Tong Tong. 2. Zijn gevoelens van verdriet en weerzin t.a.v. veel beroerds en onbegrijpelijks in Indonesië zijn integer. Die gevoelens wor den door duizenden abonnees van Tong Tong gedeeld. Ze zijn als de gevoelens van een broer t.a.v. een "adik".. Dat betekent dus: mijn veroordeling is geen verwerping. Er is een voortdurend verlangen om op nieuw een basis te vinden waarop toch vriendschap en samenwerking op een ni veau van mutuele begrippen van eer. ver plichting en ambitie mogelijk zijn ORANJEVREUGDE Ons blad ging ter perse bij het bekend maken van de ver loving van H. K. H. Prinses Margriet en Pieter van Vollen hoven. Maar een kort woordje moet er tóch bij: dat vanzelfspre kend elk Oranjegeluk ook ons geluk is. En onze verwachtin gen blijven hoog gespannen! Werkelijke vrienden zijn niet blind voor el kanders feilen. 3. V. d. Boon denkt nu dat Tong Tong hals starrig blind wil blijven voor feilen in Indo nesië, omdat ik ze immers nooit uitmeet in Tong Tong. Ter wille van de eerlijkheid (die als basis van elke goede critiek dient te bestaan) inviteert hij me ook om daarnaast de goede te noemen, die ontegenzeggelijk ook zouden bestaan. 4. Van der Boon "misses the point" en ik neem aan dat het mijn schuld is, dat ik niet duidelijker ben. Het gaat niet om de uitge breidheid of betrouwbaarheid van de nieuwsberichtgeving die ik krijg, maar om het nieuws dat ik niet krijg. Een bepaald soort inzicht loopt vele toeschouwers voort durend "door de vingers". Van der Boon vergist zich deerlijk als hij zegt dat "de Indonesiërs niet in 20 jaren kunnen veran deren". Want in deze twintig jaren zult U een verandering zien, waar U ontsteld van staat, want die is immers al zeker zeventig jaren "op weg". Wie kennis maakt met de laatste telgen der Tirtawinata's, Tjondrone- goro's en Djajadiningrats, met de "sekali ambtenaar tetap ambtenaar", thans hande laar; die WEET dat zich thans in Indonesië een aantal veranderingen voltrekt in gewel dig tempo. Wij Hollanders hebben nooit revoluties ge kend en begrijpen zelfs de Franse revolutie niet, die in minder dan tien jaren het pa troon der Franse maatschappij radicaal ver anderde, die vat niet goed dat het inder daad waar is wat vele Indonesiërs zeggen: de revolutie IS NOG NIET VOORBIJ. Wij kijken in de Indonesische metamorfose naar de herkenbaarheden van de oude status en baseren daarop onze verwachtingen, maar wie ziet de nieuwe gedaante? 5. Het gaat er niet om of er op korte of lange termijn een stabilisatie zal zijn van binnenlandse toestanden, die voor ons aan vaardbaar is of naar onze mening voor In donesië. maar of niet Indonesië EN HEEL Lees verder pag. 4 3

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 3