VAN HIER EN GUNDER Zelf reizen beter weten Vervolg van pag. 3 AZIE een culturele en sociale omwenteling doormaken, waardoor het samenlevingspa troon zodanig gewijzigd wordt dat er voor Europeanen geen plaats meer is (of op zijn hoogst in een "Factorij- of Decima-po- sitie"). Niet omdat Indonesië (of Azië) Eu ropa haat, maar omdat een nieuwe orde van onderlinge beinvloeding predominant zal zijn. Welke gigantische veranderingen staan te wachten in de eeuwenoude religieën van Boeddhisme en Islam? Welke radicale om buiging zullen het communisme en demo cratie in Azië doormaken? Begrijpt men wel goed dat het tijdperk van de Pax Brittanica, de Pax Neerlandia en zelfs de Pax Ameri cana definitief voorbij is (of in een laatste stadium van verdwijning)? Welk stempel zal het nieuwe China op Azië (en de hele we reld) drukken? Is het "wonder van de reis van de Paus naar India (na bijkans twintig eeuwen van seclusie) een "snoepreisje"? Zal de uiteindelijke gezagsverhouding in Viet Nam niet een definitiever stempel druk- op de politieke en sociale ontwikkeling in Indonesië dan een stabilisatie van de Indo nesische munt in het Pound- of Dollar- block? We meesmuilen over het fiasco van Ame rika in de Vietnam. Met al zijn wapens en al zijn dollars. Zouden wij het in Indonesië beter doen? Ja, van der Boon, het is oer- gemakkelijk voor mij om alles wat U hoort en wat ik hoor in Tong Tong te zetten. Zo gemakkelijk, dat het werkelijk niet meer hoeft. Dat verwacht NIEMAND van Tong Tong. Van dit blad met zijn duizenden lezers met Indonesische ervaring wordt verwacht een groepering van goede en kwade zaken op een zodanige wijze (rekening houdend met bovenomschreven Aziatische verande ringen), dat wij daaruit een advies kunnen distilleren voor een betrouwbare koers. Maar daarvoor weet althans ik per sé niet genoeg. En zeker beweer ik niet, dat een eventueel reisje naar Indonesië dat een- twee-drie in orde maakt. Alleen ontstaat dan misschien de kans, dat wij wat meer weten om een betrouwbaarder oordeel te vormen dan thans. Het is altijd de leus van de Nederlandse uitzeilers geweest om eerst zelf te zien en dan pas te denken en te Hoewel sommige abonnees van Tong Tong bezwaren maken tegen de regel- matige melding van de stand van zaken m.b.t. de gestorte gelden voor de reis van Tjalie lijkt het ons om twee rede- j nen toch wel wenselijk: 1 1. de storters willen graag weten "hoe ver we nu zijn" (en zij hebben er ook 1 recht op om dat te weten) 2. onder de niet-storters zijn er ver- I scheidene, die het van plan waren, maar 1 steeds vergeten waren het te doen en I dus een kleine herinnering nodig had- I den, terwijl er ook mensen zijn die van de gedachte uitgaan: "ik stort pas wan- 1 neer er zoveel binnen is, dat er een I redelijke kans is, dat de reis kan door- mihum doen. Er wordt door Indonesiërs van ons meer verwacht dan een opsomming van wat er allemaal fout is. Inzicht; begrip. Ga b.v. een paar avonden eens gezellig zitten broeden over de vraag of wij in Indonesië het voe dingsprobleem moeten oplossen met de mo derne westerse landbouwmechanisatie. O- kay. Maak dan een onkostenberekning en een scholingsontwerp. Goed. En pieker dan hoe we de millioenen tani's aan de gang houden en hoe we dessagemeenschap gaan herorganiseren. Hieraan knopen we dan vast een denkuurtje over het aanpassen van de grote cultures en de industrie. Zui nigheid is niet alleen een kwestie van om zeep brengen van paradepaardjes! Het is mij opgevallen dat ik weinig of geen critiek krijg uit kringen van het voor malige BB Corps, al mogen zij het op di verse punten niet eens zijn met mijn redac tie-techniek. Zij die eerst jaren lang een studie maakten van land en volk en daarna veel meer jaren dieper in de Indonesische samenleving doordrongen dan welke andere Europeaan ook, begrijpen hoe diep de om wentelingen in Indonesië gaan. En dat onze koloniale tradities veel meer van ons vra gen dan aandekaakstellerijen sadja. Hoe eerlijk ook, hoe welgemeend ook. Gevoe lens van verplichting stellen hogere eisen. T.R. P.S. Even nog gauw "C": het op enorm veel bredere schaal gegeven onderwijs dat aan een bijzonder groot aantal jongere in tellectuelen de kans gegeven heeft om zich op buitenlandse universiteiten te ontwikke len, ongetwijfeld tot vroeger of later voor deel van hun volk. Ik heb persoonlijk met vele dezer jonge studenten kennisgemaakt, hun integriteit en verantwoordelijkheidsge voel aangevoeld. Dit is zeer belangrijke winst. "Door de regelmatige publicaties van wat er voor Tjalie's reis binnenkomt - en van boe weinigen - ontstaat bij vele niet-gevers een onbehaaglijk gevoel van te kort te schieten. Al worden geen namen genoemd, het feit blijft toch bestaan dat circa 1 op de 10 man offert, gaan". 1 Het is nimmer onze bedoeling met de vermelding van het aantal storters en j bedrag de suggestie te wekken dat niet- j storters alleen maar onwillig en laks zijn. Wij begrijpen heel goed, dat er verschil- lende principiële redenen kunnen be- staan, die het geven van een bijdrage onmogelijk maken, wij respecteren die natuurlijk. U begrijpt dus onze bedoeling, wanneer wij ook in dit nummer bekendmaken: op 9 maart j.l. was f. 6625,47 gestort door 1232 abonnees, die wij, mede na- j mens Tjalie hartelijk danken voor hun spontane bijdrage aan zijn reis naar In- donesië. iiiiiiiiiiniiinniiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiniiiiiwiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiinniiiiniiiiiiiiiiiiiiiiNiin "dus" het merendeel "blijft in gebreke"Ik geloof dat dit de trouw van deze 9 man in discrediet brengt en ik meen namens hen te MOETEN spreken, als ik hierbij verklaar dat ik voor deze reis niet bijdraag omdat ik er het nut niet van inzie. Wij worden door de Nederlandse en Europese pers ampel en des kundig voorgelicht"J. C. C. Berg 1. Voor deze brief zijn we zeer dankbaar want zij neemt inderdaad een vervelend gevoel van "spanning" weg. Het is inder daad ALTIJD en OVERAL verkeerd om geld uit te geven voor zaken waarvan men het nut niet inziet. De niet-gevers blijven mij en Tong Tong er even dierbaar om. MOCHT er een gevoel van teleurstelling zijn, dat er verhoudingsgewijs weinig binnengeko men is, dan is dit GEEN teleurstelling over onwil, maar zuiver en alleen teleurstelling omdat daardoor moeilijker bereikbaar wordt wat IK belangrijk acht. En Tjalie's IK is per sé niet superieur aan welke IK ook van on ze lezerskring. 2. Om althans mijn positie nog eens duide lijk te maken, kort en "subjectief" dit: "Ik vertrouw de Europese voorlichting omtrent Indonesië en Azië niet". Ik benadruk nog- eens: dit wantrouwen kan misplaatst zijn (dus men moet niet voorbarig kwaad wor den), maar zo lang ik dit geloof (deze over tuiging) heb, handel ik dienovereenkomstig. 3. Ik beschuldig de Europese pers niet van kwade trouw. Ik vind echter dat de Euro pese pers a. te rationeel oordeelt, (Hatta sprak van "juridisch"), b. te weinig besef heeft van tijd en van discretie, c. zich te vaak laat leiden door "de wens is de vader van de gedachte". Ik benader Azië op een heel andere wijze en zeg niet dat ik bij voorbaat altijd gelijk heb, maar wel dat ik liever vertrouw op mijn Indisch oordeel dan op het Europese. Geen arrogantie; geen patronisatie; geen omlaaghaling. 4 Ik persoonlijk vind dat de Europese pers - ook waar zij te goeder trouw was en van de nobelste intenties bezield - mij en de Indische gemeenschap verkeerd heeft voor gelicht in vele opzichten gedurende vele jaren: het Indonesisch nationalisme heette communisme te zijn; Japan was een onge vaarlijke natie waarmee wel een-twee-drie afgerekend zou worden; de politionele ac ties waren gerechtvaardigd en doeltreffend; het Nederlandse volk staat begrijpend te genover de Indische groep; het behoud van Nw. Guinea (later de onafhankelijkheid van Nw. Guinea) was een logische zaak waar "uiteraard" eeuwig voor opgekomen zou worden; Soekarno en Indonesië waren absoluut en logisch voorgoed van de baan; China is een blunderend, stuntelig volk, de ondergang nabijen nog veel meer. Het kan zijn dat door de bank Europese volken er wel bij zijn blijven varen, maar naar mijn mening zijn velen van de Indische groep te vaak de dupe geworden van ver keerde hoop en verkeerde overtuiging. Ik weiger doodeenvoudig alles verder voet stoots aan te nemen. Of wij zijn dit blad met zijn eigen opinie ten volle waard (en dan onderzoeken we alles zelf) óf we zijn after all toch goedgelovige napraters en dan heeft Tong Tong ook geen bestaans recht. Dus gaat één van ons. Bij gebrek aan anderen gaat Tjalie. Men brengt geen geld bij elkaar voor mijnheer (of Si) Tjalie, maar voor Tong Tong! T.R. ^liniNIllllllilllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllIllllilllllllllllllllllllllINNIIilllllllllllllllllllllllllllllllllilll'lllllllliNIIIIIII'llllllllllllllllilllllllilllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMMIIIIII1'1™1 TJALIE'S REIS NAAR INDONESIË 4

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 4