LANGUOR BIJ EEN WONDERLIJK HUWELIJK Dezer dagen vroeg iemand mij in een gesprek opeens wat toch eigenlijk "languor" was. Ik wist het natuurlijk direct. Voor mijn geestesoog verschenen onmiddellijk "languoreuze" typen van een schone, dromerige vrouw, van een in onverschillige houding rustende man, van een 'absent-minded English gentleman'. Nevenbegrippen als 'spleen' en 'indolence' schoten me meteen te binnen en ook U weet direct wat het is, omdat U in de Tropen bent geweest. Tot mijn grote verbazing kon ik het woord echter niet direct vertalen en ontdekte ik ook dat de woorden 'spleen' en 'indolence' eveneens direct UIT HET ENGELS voort kwamen en niet uit het Nederlands. Dus greep ik een woordenboek. Daarin vond ik de volgende vertalingen (en ex plicaties): languor: mat-, loom-, slapheid; smachtende tederheid; languoreus: kwijnend, smach tend,mat, loom, zwoel. spleen: milt, miltzucht; zwaarmoedigheid, gemelijkheid; drift, wrok. indolence: vadsig, traag. (Woordenboek Ten Bruggecate en Broers). Ik was op slag geirriteerd. De drie verta lingen missen allen iets dat essentieel is. Ze geven slechts een "set" van ongunstige en ziekelijke begrippen. Zijn de languoreu ze typen, die Goya schilderde, sloom en slap? Bent U wel eens zo brutaal geweest tegen een Indisch of Spaans languoreus type, dat U hem in een seconde hebt zien veranderen in een furie? Hebt U wel eens een indolente Indische jager zien staan on der een djatiboom (heet, schelle zon, alles om er mafferig en slap van te worden) om hem in een tiende seconde tot bliksem snelle reactie over te zien gaan: het schou deren van het jachtgeweer, het fonkelende oog en de vaste hand? Geen spoor van vadsigheid of traagheid. Dat was maar schijn. En in beide wereldoorlogen heeft de waardeloze "degenererende" Britse gentle man zich op slagvelden ontpopt als een onversaagd, geniaal en superieur soldaat. Hij bleek met zijn "miltzucht" vaak een mens van nobeler en hoger principes dan de drukke dadenmens met rode konen en manieren van "wat-heb-ik-jou-daar" Ik kan mij indenken dat in vergelijking met de "aanpakker", de "werkster met rode ko nen", die bruist van activiteit, de languo reuze indolente mens een "beroerde in druk" maakt. Hij lijkt op de actieve mens, die bijv. door ziekte of mismoedigheid wat "slap" of in een luie bui wat "vadsig" is. Daar zit Mientje dan, met de handen in de schoot, bleek en afgetrokken, in plaats van zoals het hoort piepers te jassen of kleed jes uit te slaan. Ze is geen knip voor de neus waard. DUS zijn alle mensen (vooral uit de Tropen) die er uitzien als "slappe Mientje", geen knip voor de neus waard. Wat gebruiken minder ontwikkelde mensen toch gauw dat woordje "dus", zelfs al zijn ze "algemeen ontwikkeld"! Ik wil hier persé niet beweren dat er in de tropen geen luie, vadsige, slappe typen voorkomen en evenmin dat elke indolente, "spleen-lijdende" languoreuze verschijning in werkelijkheid een vent is die barst van energie, maar ik hoop alleen dat men zijn ogen goed gebruikt, zichzelf niet als een alleenzaligmakende maatstaf beschouwt en altijd open blijft voor betere of hogere mo gelijkheden dan de oppervlakkige verschijn selen alleen. Vooral de bestuursambtenaren zullen we ten dat er onder de regenten veel "indo lente typen" waren, waarvan Jan Pak-an liever gehad had dat hij rondsprong als een betoverde harlekijn. En officieren onder U zullen weten dat achter menige lijzige, slome uniformdrager (ook totoks!) een pracht van een kerel school als het er wer kelijk op aan kwam. En hier komen we aan de kern van de zaak: de lichtkant van de indolentie en "lan guor". Zoveel in het normale leven komt er eigenlijk niet op aan: een dubbeltje meer verdienen, een portie "respectabele actie" ontwikkelen, het twisten of discussieren over "belangrijke problemen", het flink zijn of zich "druk maken over". Wie het type goed kent (of het zelf is), weet dat de schijnbaar slome persoon in Op de huwelijksreceptie van de Indone sische zaakgelastigde Mohamad Sjarif, de eerste vertegenwoordiger van ons Land van Herkomst in Nederland, na vele jaren van scheiding. Het was tevens ook de afscheid- receptie van deze sobere, intelligente en warmhartige vriend, die nu weer naar In donesië vertrekt. Een wonderlijk feest was het eigenlijk, deze dubbele receptie, want de "eeuwige vrijgezel" Mohamad Sjarif heeft op deze Nederlandse grond de vrouw gevonden en gehuwd die het Lot voor hem beschikt had. werkelijkheid alleen maar even buiten het leven staat; zijn geest laat gaan over rui mere gedachten en gevoelens, zich ont spant in de betere zin van het woord, zich vrij maakt van (het vaak alleen maar dom me) altijd bezig zijn. De languoreuze vrouw, de indolente man, is voor een korte spanne tijds een edel mens, een filosoof, die zijn geestelijk Ik even bevrijdt van de boeien van zijn animale bestaan, waarin deugd zame vrouwen zich menen te moeten weren als eeuwig beredderende marmotten, en mannen het werkpaard tot ideaal voorbeeld kiezen. Hij (zij) is enige momenten dichter bij God, Die de vrije mustang schiep en niet het werkpaard, de marmot der vrije velden en niet de marmot van het kooitje thuis met het koolblaadje en het mokkie water. Met de typische "dwaaldenk-methodiek" van de lagere klassen, die zo gaarne het adeldom begeren (eerst koningen kielhalen en dan zelf Vleespaleizen, Ijspaleizen, Werkmanspaleizen, Accordeonpaleizen ma ken!) heeft Jan-de-Pet het motto uitgevon den: "Arbeid adelt!" (want meneer de graaf zie je ook altijd bezig, en de geleerde stu deert tot diep in de nacht). Neen mijn waar den,arbeid sadja adelt niet! En persé niet elke vorm van arbeid! Er zijn massa's soor ten van alleen maar afstompend werk. Lees verder pag. 6 In het korte moment van hier zijn tussen ogenschijnlijk eindeloze barrières van schei ding en twistGod is groot! Tong Tong was er "natuurlijk": onze di recteur Catalani en zijn echtgenote ziet U rechts en links van het gelukkige bruids paar. En wij hopen dat in alle scheiding tussen Oost en West die er nog komen kan altijd een tong tong zal zijn bij "ban den voor het leven" die toch altijd weer gesloten zullen worden. "The twain shall meet", Kipling, "the twain shall meet!" T.R. Foto: ROGIER 5

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 5