Dingen van de dag
je-lWe-
Krtpoet
Een stem uit de Savanne
®T®!
oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooo
8 -
O VERLANGT U NAAR DErfONpEEFT U GENOEG VAN HET KOUDE WEER
Niet langer getreurd! Koop een
sprankje zomerzon in zakformaat
een bundel onvervalste
INDISCHE HUMOR „je lah-je-kripoet"
ooooocxjocx)oooooooooooooooooooooooo<oooooooooooooooooooooooc
Een Nederlands zakenman verlegde in 1958 zijn domicilie naar Amerika, omdat het toen
vanuit Nederland onmogelijk was geworden relaties met Indonesië te onderhouden. Nu
verzucht hij: was ik maar in Nederland! Want nu is het onmogelijk, van de Verenigde
Staten uit zaken te doen met Indonesië. Het kan verkerenmaar hoe komt dat?
De likwidatie, eind 1957, van de Neder
landse belangen in Indonesië is gepaard
gegaan met oneindig veel leed voor een
groot aantal individuele Nederlanders die
dat land als hun vaderland beschouwden
en met groot materieel verlies voor vele
Nederlandse ondernemingen. Maar geweld
is er niet bij te pas gekomen. De Ameri
kanen zijn en worden harder aangepakt.
Aanvallen op de ambassade en op Ameri
kaanse instellingen hebben nieuws gemaakt.
De Amerikaanse bedrijven zijn niet genaast,
maar wel zijn er allerlei maatregelen ge
nomen, die daar bijzonder veel op lijken.
De diplomatieke betrekkingen zijn niet ver
broken - misschien moet men zeggen: nog
niet - maar het verblijf van Amerikanen in
Indonesië wordt langzamerhand net zo on
prettig als het eind 1957 voor Nederlanders
werd. Ondernemingen drijven of zaken doen
is er niet meer bij. Onder die omstandig
heden heeft president Johnson een speci
ale afgevaardigde naar Djakarta gezonden,
Ellsworth Bunker, om samen met de am
bassadeur - eertijds, naar het scheen, een
hiizonder getapt man in de omgeving van
oresident Soekarno - na te gaan, waar nu
eigenlijk de knelpunten liggen en te trach
ten, de atmosfeer op te klaren. Natuurlijk
'uidt de opdracht aan Bunker, die niet ie
gepubliceerd, niet zó ais hierboven werd
gesteld, maar daar komt zij in de praktijk
toch op neer.
inmiddels is Bunker in Djakarta gearriveerd
en heeft er gesproken met de minister van
buitenlandse zaken en vervolgens ook met
de president. Na afloop van het onderhoud
met de president zijn de heren gefotogra
feerd. Ze vertonen ondoorgrondelijke ge
zichten. Zelfs op het gelaat van de Ame
rikaan ontbreekt de traditionele, mechani
sche glimlach die meestal Amerikaanse
conterfeitsels siert. De heer Bunker heeft
het zeker niet gemakkelijk: bepaald niet zo
gemakkelijk als toen hij het plan van over
dracht van Nieuw Guinea aan Indonesië aan
de afgevaardigden van Djakarta voorlegde.
Dit alles verklaart intussen niet, hoe het
eigenlijk komt dat in Djakarta zulk een felle
anti-Amerikaanse stemming heerst. De ac
tie tegen de Engelsen was, in het licht van
de steun, die Londen aan Malaysië geeft,
tenslotte nog wel verklaarbaar. Het feit, dat
Washington de Britse politiek steunt lijkt
geen voldoende verklaring voor het over
slaan van de brand. De Australiërs, bijvoor
beeld, die effectief deelnemen aan de ver
dediging van Malaysië tegen de confronta
tie-politiek van Djakarta zijn tot dusver voor
een speciale behandeling" gespaard ge
bleven. Zelfs de belangrijkste versterking
van de defensie, die Australië overweegt
en die duidelijk gericht is tegen mogelijke
ambitieuze plannen van Djakarta in ooste
lijke richting heeft daar maar weinig reactie
gewekt.
De agitatie tegen de Amerikanen zal men
in veel breder verband moeten zien. De
Amerikaanse politiek, gericht op een be
perking van de Chinees-communistische pe
netratie in Zuid-Oost-Azië met als eerste
consequentie de heilloze oorlog in Vietnam
- moet wel reacties wekken bij een man als
Soekarno, die met hart en ziel zich tegen
over de inmenging van het Westen in Azi
atische zaken, alle Aziatische zaken, verzet
en daarbij bovendien natuurlijk sterk onder
druk wordt gezet door de Indonesische
communisten. Dat Washington te goeder
trouw meent daarmee niet alleen zichzelf
en het Westen, maar ook de millioenen
in Oost-Azië een dienst te bewijzen speelt
in de gedachtengang van Djakarta natuur
lijk geen rol. Een "as" PekingDjakarta zou
voor de Amerikaanse politiek in het Verre
Oosten de nekslag zijn. In de conceptie van
de internationale verhoudingen van Djakar
ta is het enig element dat een beweging in
die richting afremt de kwade kans, dat In
donesië op de duur een bijwagen van Cb>'
na zou worden. Maar Soekarno is een mar
met groot zelfbewustzijn. Hij zal ongetwij
feld van mening zijn, dat hij de situatie or
der alle omstandigheden in de hand kan
houden.
Het is duidelijk, dat het verzet tegen ae
Amerikaanse politiek zeer diep grijpt. Dat
zal overigens niet alleen in Indonesië het
geval zijn, maar daar wordt het bijzonder
manifest zichtbaar.
Neem daarbij bovendien in aanmerking, dat
de Amerikanen individueel en als collecti
viteit zich vrijwel nergens op de wereld po
pulair weten te maken en door hun duidelijk
vertoon van superioriteit overal leidende
en andere figuren tegen de haren opstrij
ken en men kan zich in ieder geval een
denkbeeld vormen van hetgeen zich op de
achtergrond van de wrijving tussen Wash
ington en Djakarta afspeelt. Het tragische
van het geval is, dat de Amerikanen het zo
goed menen en dat zij maar niet kunnen
begrijpen, dat er mensen zijn die hun goe
de bedoelingen, waaraan zij een alleenza
ligmakend karakter toekennen, niet waar
deren. CIVIS.
3 april 1965.
Uw stuk, "Het bestaan van T.T." in Uw
T.T. no. 15 van 15 februari j.l. heeft de
mentaliteit van velen in onze groep wel
sterk getekend. Aan de ene kant geër
gerd en aan de andere kant verbaasd, heeft
het stuk me wel gegrepen. De vraag rijst
waarom toch Indo's Uw gedachtengang
niet kunnen, nou ja niet volgen tot daaraan
toe, maar niet kunnen inzien en apprecieër
ren. Bestaat er in hun leven dan geen be
langensfeer meer? Zijn ze zo in deze "als-
we-maar-binnen-zijn" maatschappij opgeno
men, dat geen eigen cultuuruiting van welke
aard dan ook hun meer aanspreekt? Ja,
dat we als groep na een enkele oproep
niet eens een reis naar Indonesië voor U
bij elkaar kunnen krijgenHeeft de
absolute vergankelijkheid van alles, ons
door de laatste oorlog letterlijk op de neus
gedrukt, ons zo weinig geleerd?
Inclusief de laatste keer uit Nieuw Guinea
hebben mijn vrouw en ik voor de vierde
maal in ons leven onze inboedel geheel of
gedeeltelijk verloren en voor vijf jaar bijna
elkaar voor altijd. Op een matig pensioen
levend met een gedeeltelijk nog invalide
vrouw naast me, sta ik toch volkomen ach
ter U, die zich geroepen voelt, de culturele
waarden van ons volksdeel tegen dank en
stank in, ons voor te houden en ons er
voor te interesseren. Als je dan zoiets
leest, sta je machteloos en wenste wel een
millionair te zijn om U in één klap onaf
hankelijk te maken. Het is dan ook ten
enen male onbegrijpelijk, dat er nog lieden
zijn die het belang, laat staan de trots niet
kunnen opbrengen een "eigen blad" op
tafel te hebben, dat toch tot de meest ele
mentaire dingen van een zichzelf respecte
rende groep moet zijn. Dat men zich zo
heeft kunnen vergeten èn onze historie,
waarin grote geesten op cultureel gebied
iets groots hebben gewrocht.
R. HORSTMAN
Kilder (post Doetinchem).
Goed gebruld, leeuw!
©A®
wmfc m ,y.m (go
slechts f 2.95 f 0.25 portikosten.
Te bestellen door storting op giro 6685
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O O
11