I m Braziliaanse impressies ifi-ih-ie- VERLANGT U NAAR DE ZON? HEEFT U GENOEG VAN HET KOUDE WEER? oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooo ooooooooooooooooooooooooooooooooocxoooooooooooooooooooooooc Niet langer getreurd! Koop een sprankje zomerzon in zakformaat een bundel onvervalste INDISCHE HUMOR „je lah-je-kripoet" De nacht tevoren is onze D.C. 8 uit een slapend Nederland opgestegen. Na korte stops in Zurich en Lissabon zijn we de onmetelijke plas overgestoken, die "Atlantische Oceaan" heet. Vliegend op bijna 11000 m hoogte met een snelheid van bij de 1000 km per uur zijn we de Westkust van Afrika gepasseerd. Ons doel is nu Brazilië. Na bijna 9 uur in deze stille wereld te zijn voortgesneld, begint de reusachtige KLM-vogel hoogte te verliezen. Een mij bekend aandoend tropisch landschap glijdt onder ons voorbij. Uitgestrekte crèmekleurige stranden met smaragdgroen water bevattende lagunes, hier en daar onderbroken door heuvels of bossen, die tot aan zee reiken... de Oostkust van ons land van bestemming. Dan wordt er omgeroepen, dat we over f enkele minuten zullen landen op Rio's inter nationaal vliegveld Galcao. Maar als we door de raampjes naar buiten kijken is de teleurstelling groot. Een grijzige, ondoor zichtige mist bedekt de hele stad. Alleen de Corcovado steekt daarboven uit, de 700m hoge heuvel, midden in de stad, met op de top het 33 m hoge Christusbeeld. Later hoor ik, dat deze smog, alhoewel lich ter en minder berucht dan b.v. zijn Londen- se equivalent, een vaak voorkomend ver schijnsel is. Als ik voet zet op Zuid-Ame rikaanse bodem overvalt de klamme, broei erige hitte mij. Natuurlijk was ik na een strenge Hollandse winter, Indonesië en Nw.- Guinea ontwend, maar dat het in de tropen om 10 uur 's ochtends zo warm kon zijn... Mijn Hollandse collega en reisgenoot, die de tropen heeft leren kennen in het voor malige Frans-Indo-China en Afrika is het wat dat betreft, roerend met mij eens. De Braziliaanse douane is erg soepel. Druk gesticulerende kruiers helpen ons aan een taxi en even later rijden we door de buiten wijken van deze levendige en rommelige stad. In ons rudimentair portugees, de taal van deze vroegere Portugese kolonie, kno pen wij een gesprek aan met onze "moto- rista". Maar daar houden wij ijlings mee op als wij merken hoezeer hij alle aandacht bij de weg nodig heeft. Want zulk chaotisch verkeer heb ik zelfs in het Djakarta van de Djaman Atom nooit meegemaakt. Brazilië heeft rechts verkeer maar even zo vrolijk wordt er links en rechts ingehaald. Waar richtingwijzers in dit verkeer niet zouden opvallen is de toeter of de claxon het enig zaligmakend voorwerp, waarvan men zich bedient als men inhaalt. Dit passeren ge beurt met snelheden van ik overdrijf niet, boven de 80 km.! Desondanks gebeuren er relatief weinig ongelukken. Dit komt door het ongelooflijke reactievermogen van de pittige weggebruikers en de grote verdraag zaamheid voor andermans misdragingen op de weg. Ze herinneren mij aan hun collega's in Italië. Men is doodgewoon op alles voor bereid, dus op zijn qui-vive. Heelhuids be reiken we ons hotel, gelegen aan één van de mooiste stranden ter wereld, de Praia de Copacabana. Als wij even later op het terras ons te goed doen aan een cerve- zinha, uitstekend Braziliaans bier, schiet er een schoenpoetsertje op mij af. Mijn ver bouwereerdheid op zijn manier uitleggend ontfermt hij zich al -over de bestofte buitenlandse schoenen. Al ritmisch smerend wrijvend en poetsend, daartussendoor klap pend met zijn "pano" voltooit hij dit deli cate werk. En ik moet toegeven, dat ze er nog nooit zo glimmend hebben bijgestaan als na deze one-man openlucht show van een Rio's straatschooiertje. Intussen genieten we van de aanblik, die Copacabana ons biedt. Kilometers, letterlijk oogverblindend, wit strand met ontelbare veelkleurige parasols. Er wordt gevoetbald en gehandbald. Alleen zie ik haast niemand in het water, Men vertelt ons, dat de branding erg sterk is, en dat de verraderlijke stromingen al menige argeloze zwemmer heeft meege sleurd. Langs de hele Boulevard Atlantica staan hoge uitkijktorens; die zullen er zeker niet voor niets staan. Wat ons ook direct opvalt is een grote verscheidenheid in li- chaamskleuren. Zwart, bruin en blank met alle nuances daartussen, ligt, zit, loopt en O O 10 O O O O O O O O O O O O '>T '\\S; slechts f 2.95 ■+- f 0.25 portikosten. Te bestellen door storting op giro 6685 rent door elkaar. Onze Lieve Heer heeft in dit land de rassen behoorlijk "gekotjokt" en hoe geslaagd is het resultaat. ledereen gaat gemoedelijk en ongedwongen met elkaar om. Ik zie een pikzwart jongetje, een Pele in de dop, een fantastisch mooi doelpunt maken, zodat het je niet verbaast, dat Brazilië in 1958 en 1962 wereldkampi oen geworden is. Twee hoogblonde makkers vallen hem juichend om de schouders. En bij een kraampje drinkt een slank, koffie kleurig mulattinnetje met haar roodharige vriend samen uit één groot glas wrange suco de caju (sap van djamboemonjet). Men is alleen en voor alles Brasileiro en wat doet de kleur van iemands huid er dan ver der toe? In de paar dagen, die we in deze metro pool doorbrengen leren we de stad een beetje kennen. Lopend en rijdend leggen we tientallen km af. Taxis zijn er te over en ze zijn naar onze Europese maatstaven gerekend niet duur. Trouwens voor de bui tenlander is Rio zeker geen al te dure stad. Voor je dollars of guldens krijg je een hoop cruzeiros, de Braziliaanse munteenheid. Door de al jaren durende inflatie heeft de cruzeiro een lage valuta-waarde. Nu ik dit schrijf geeft men je voor 1 amerikaanse dollar 1800 cruzeiros; ruim een jaar terug zou je er "slechts" 800 voor gekregen heb ben. We hebben nog wat dollars over, dus be sluiten we de stad grondig te verkennen. De grootste bezienswaardigheid is de Cris- to Redentor, het gigantische beeld, dat bo venop de Corcovado ("de Gebochelde") staat. Vanaf het terras op deze heuvel heb ben we een panoramisch uitzicht op deze uitgestrekte stad met haar vele baaien en heuvels. Je ziet, dat de stad letterlijk op de natuur is veroverd. Midden in de stad snij den brede boulevards door tunnels, uitge houwen in de granietrotsen. Land wordt op gespoten zodat de baaien steeds in omvang afnemen. En waar eens moerassen en la gunes waren, bevinden zich nu pleinen en parken. Stedebouwkundig is het misschien een chaotisch geheel, maar paradoxaal ge noeg is het toch harmonisch. Een ander "must" is de Pao de Agucar (het Suikerbrood), een kale, ietwat in zee uit stekende rots. Al trillend en krakend be reiken we, via een decennias oude kabel baan, het hoogste punt. Ook hiervandaan hetzelfde grootse uitzicht. Later rijden we door de belangrijkste straat, de Avenida de Rio Branco met zijn imposante wolken krabbers. Hier bruist en gist het zaken leven en zetelen de grote magnaten van handel en industrie. We zien lange files mensen en horen, dat ze met de lift naar een hogere verdieping moeten. Aan den lij ve ondervinden we later, dat deze liften altijd propvol zijn. 's Avonds scharrelen we wat rond in Cinelandia, een mixture van Glodok en het Leidse Plein. Met zijn bios copen, cabarets, theaters en eetgelegenhe- den. Ik verwen mijzelf op een flinke portie espetinho's, zoiets als onze saté. Alleen de boemboe ontbreekt maar het vlees is heerlijk mals. We maken kennis met de maté, de Braziliaanse thee, die koud en zoet gedronken wordt. De smaak van de Lees verder pag. 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 10