Bi/rit Bübit Biini Bibit BxinX Bibifc föibit DE GULZIGE WOLF (zevende fabel) L/V?e Bibits, vandaag is tante Mieke maar kort aan het woord, want er zijn gelukkig een paar Bi bitjes geweest, die ons een opstelletje gestuurd hebben. Daar gaan we dus gauw van genieten. Erg leuk, Marion-, Modeleen en Hans Peter dat jullie aan ons eigen-werkhoekje hebben willen meedoen. We hopen, dat er spoedig meer zullen volgen, die daar aardigheid in zul len gaan krijgen. En dan hebben we hier het laatste schoolopstel van Hans Peter Blond eel (8 jaar): DE KREKEL EN DE MIER. Een krekel had de hele zomer gezongen inplaats van voor de winter te zorgen. Toen het koud begon te worden, kreeg de krekel honger en ging naar de mier en zei: "Och buurvrouw, geef met wat te eten, jij hebt zoveel en ik heb niets". Maar de mier zei: "Ga weg, lui schepsel, ik denk er niet aan om jou te helpen!" Zo heeft de krekel een lesje gehad HANS PETER BLONDEEL Madeleen Hanhart, 11 jaar, schrijft dat ze maar een klein verhaaltje geschreven heeft, omdat ze niet zo erg best is in verhaaltjes schrijven. Maar het is juist heel leuk gewor den, Madeleen, en het langste dat er bij was, daarom drukken we het in iets kleinere let tertjes, anders is de bladzij te klein! Luisteren jullie maar naar Madeleen. DE KWAKZALVER Er was eens een kwakzalver, die een tijdje in de gevangenis gezeten had. Dat hij er weer gauw in zou komen wist hij niet. Luister maar hoe dat kwam. Op een markt waren de kwakzalver en zijn assistente hun (soms goede, soms waardeloze) medicijnen aan het aanprijzen. Ze verkochten niet veel en daarom besloot de kwakzalver de prijzen van de medicijnen veel ho ger te maken. Je weet al, dat hij in de gevangenis zou komen, dus je zult begrijpen waarom. Want de kwakzalver had geen toestemming gevraagd om de prijzen van de medicijnen te verhogen. Op een dag kwam een meisje bij hem en zei, dat ze verschrikkelijke kiespijn had. De assistente, die het kind al had zien aankomen kreunde toen: "O, o, nu gaat het weer gebeuren. Mijn arme hoofd". De kwakzalver fluisterde haar, dat ze haar mond moest houden, anders kreeg ze haar loon niet. Een jager doodde een hinde met zijn pijl en boog. Hij droeg haar over zijn schouder en keerde naar huis terug door het bos toen hij door een wild zwijn werd aange vallen. De jager trok een pijl uit zijn koker en schoot het wilde zwijn in het oog. Hoe wel deze nu dodelijk gewond was lukte het hem met zijn slagtanden de buik van de jager open te rijten en de jager viel dood neer op het wilde zwijn. Een uitgehongerde wolf dwaalde door het bos. Toen hij langs de dode hinde, het wilde zwijn en de jager kwam verheugde hij zich. "Wat een vondst! Maar hoeveel voedsel er hier ligt, ik zal er geen hapje van laten staan! Daarom zal ik, voor ik aan het zach te vlees begin, eerst maar de pees van de boog opeten". Daarom beet de wolf in de boog van de jager. De pees knapte, de boog strekte zich met kracht en het ene einde trof de wolf met kracht tegen zijn kop met zo'n ge weldige vaart dat zijn schedel kraakte. Voordat hij nu het zachtere vlees van de hinde, het wilde zwijn of van de jager had kunnen proeven viel hij dood naast hen neer. Zij die al te gulzig zijn Lijden daardoor altijd pijn. Toen de oude man zijn verhaal beëindigd had, dacht de jonge koning een ogenblik na en zei toen: "Zo zou hebberigheid altijd gestraft moeten worden. Maar vertel me eens hoe het toch mogelijk is dat de ene jakhals die de leeuw te slim af was, zo moedig was en de andere die verantwoor delijk was voor het doden van de kameel, zo verraderlijk?" "Dat weet ik niet, machtige Koning", ant woordde de oude man. "Maar misschien kan een gedeeltelijk antwoord hierop ge vonden worden in de fabel van de twee papegaaien". "Vertel me die dan", zei de jonge koning. De oude man boog en begon zijn verhaal. xV. Toen het kind zei, dat ze zo'n kiespijn had, ant woordde de kwakzalver: "O, dat maak ik wel in orde, hoorl Wil je verdoofd worden, of zal ik je kies door mijn assistente er uit laten trekken? Kijk verdoven doet men zó" en hij sloeg de arme assistente met een hamer op haar hoofd. Toen hij zag, dat het kind schrok, zei hij: "Dat is niks erg, hoor, een beetje eau de cologne en ze is weer goed". Nou, goed was ze niet, maar ze stond wel weer op en zei: "Dat doet alleen een beetje pij.. eh, eh, nee hoor, doet helemaal geen pijn". Het kind geloofde het niet helemaal en zei daarom maar, dat ze liever de kies met een touwtje eruit liet halen. "Ook goed", zei de kwakzalver. "Amalia, (zo heet te de assistente) bind even een touwtje aan de kies". Amalia deed het en wou trekken. Ze telde: "Een... twéé..." "Help, een spin!" gilde het kind opeens en liep hard naar Amalia toe. "Kind, doe niet zo kinderachtig", zei Amalia. En weer telde ze: "Eén..., twéé...". "Help, een wespl", riep het kind nu en liep de andere kant uit. Opeens een kreet "auuuuuuuw" en daar hing de kies aan het touwtje. Het kind liep verder om naar huis te gaan, maar dat liet de kwakzalver niet op zich zitten en rende achter het kind aan. Toen hij het kind had ingehaald zei hij, dat ze hem f 16,30 moest betalen. "Phoe", zei het kind. "Ik heb toch zeker mijn eigen kies getrokken?" "Maar", zei de kwakzalver. "Het draadje kost f 3,30, het loon voor de assistente kost f 7,— en de tijd kost f 6,—". Toen hij dat aan het opnoemen was liep het kind stiekem weg. De kwakzalver werd zó kwaad, dat hij onvoorzich tig werd, want hij ging naar de schout (politie) en klaagde daar het kind aan, dat Emmy Slootwater bleek te heten. De schout vroeg: "Hoeveel is zij u schuldig?' 'Nu deed de kwakzalver dom en zei: "f 16,30, meneer". "Zo, zo, en heb ik dan niet gezegd, dat je daar maar f 1,50 voor mocht vra gen?", bulderde de schout. "Oplichter! Spitsboef' Mee de gevangenis in!" En zo zat de kwakzalver weer in de gevangenis. MADELEEN HANHART De volgende keer plaatsen we een opstel van Marion Zwartjes. jongens en meisjes. wie doet het deze Bibit- jes eens na? Probeer het maar. Dag. allen het beste gewenst en veel groeten van jullie TANTE MIEKE OPLOSSINGEN RAADSELS Er zijn deze keer erg veel goede oplos singen binnengekomen. Goed zo, kinderen. We hebben weer moeten loten en voor het sprookjesraadsel won Francis Zeelenberg in Hoogvliet een leuk boek: "Heksen en zo..." door Annie M. G. Schmidt. De goede oplossing van dit raadsel was: 1. Roodkapje, 2. Sneeuwwitje, 3. Doornroosje, 4. Assepoester, 5. Hans en Grietje, 6. Tafeltje dek je, 7. Klein duimpje, 8. De wolf en de zeven geitjes, 9. Vrouw Holle, 10. Zwaan kleef aan. En nu het rekenraadsel. Ook hier veel goe de oplossingen. Ik was nog wel bang dat het een beetje moeilijk was! Maar nee hoor. Bart Sipma in Ede won een paar spannende pocketboekjes hiervoor. Veel plezier ermee Bart. De oplossing van dit raadsel is: 123 163 369 7380 12300 20049 X IKS 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 16