Tjalie's reis naar Indonesië Ill||||||||||||||)||||l|]|]|lllllllllllllllll]|]llllll[ll[llllllllll]lllllll]lllllillllllll]!llllllll!lllIIIIIII!IUIililHllllllllllllllllllll!llllllllllllllllllIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIUI| Nu is gebleken, dat er voor Tjalie's reis heel wat meer nodig is dan de oor- spronkelijk berekende f 10.000,zijn verscheidene abonnees doorgegaan met j het storten van een bijdrage. Het reisfonds Tjalie was daardoor t/m 11 mei j.l. gestegen tot f 10.765,96, bij- j 1 eengebracht door 1613 abonnees. 1 Wij zijn U zeer dankbaar voor Uw begrip en zijn daarom bijzonder verheugd j dat wij U op deze pagina's de eerste reisbrief van Tjalie uit Indonesië kunnen laten lezen. Niet alleen stagnatie in de post was "schuld" aan het lange uitblijven van be- richt. Zoals U in de reisbrief zelf kunt lezen wilde Tjalie niet "over één nacht j I ijs gaan" (een beetje gek gezegde eigenlijk, als U bedenkt dat Tjalie daar in 1 een tropische hitte zit en het enige ijs bestaat uit ès-gosok!) met het geven van zijn eerste indrukken. j Maar hier zijn ze dan en we hopen dat U ervan zult genieten. j li.min.mimiminimiminiuwmi Vervolg van pag. 8 het hele leven iets elastisch geven, iets minder stugs (en in banjak Europese ogen iets onbetrouwbaars - maar dat is het toch werkelijk niet!) Het hele leven in het moderne Indonesië heeft een nieuwe complexiteit gekregen, bij de beoordeling waarvan de Europese en zelfs de oud-Indonesische maatstaven fa len. Ik verzoek mijn lezers in al deze ar tikelen niet te gauw klaar te staan met een oordeel - welk oordeel ook. Ik zal probe ren zoveel mogelijk gegevens aan U voor te leggen. Vormt U uit alle één geestes- indruk, meet niet met latjes en greinen. Mijn eerste artikelen over Indonesië schreef ik een week na aankomst; ik wist alles direct zó goed! Voorzichtigheidshalve bewaarde ik de artikelen een week en las ze nog eens - en verscheurde ze promptl En herschreef ze - en bewaarde ze weer een week - en vernietigde ze weerl Nu ik na een volle maand weer schrijf, voel ik me oneindig sterker, maar besef heel goed hier en daar de plank lelijk te kunnen mis slaan. Want, lezers, Indonesië heeft in de elf ja ren dat wij in Nederland tammetjes zijn voortgehobbeld, een reuzensprong voor waarts gemaakt in zijn eigen historie. En dat op een wijze die ons, Nederlanders, geheel vreemd is, namelijk op revolution- naire wijze. En ik herhaal het hier ten over vloede nog eens; Hollanders zijn het enige volk ter wereld zonder revoluties en toch netjes met een Anti Revolutionnaire Partij. Veel van wat in Indonesië gebeurt, kunnen wij nooit begrijpen, zoals wij ook niets be grijpen van de netjes uit het hoofd geleer de Franse Revolutie. Laat me er nuchter bij vaststellen dat veel Indonesiërs zelf ook niet weten welke kant het op gaat. Men heeft nu eenmaal eeuwen lang in een koloniale methodiek gedacht, die nu abrupt over boord gegooid is. Het schip zeilt tot veler verbazing ook verder, zelfs al brullen alle kijkers op de wal, dat het elk ogenblik zinken zal, politiek of eco nomisch. Maar het schip zinkt niet, het houdt weratje koers ook nog! En langza merhand krijgt men op het schip door dat het schip nooit zinken zal. Men heeft op 't randje van de schijnbare ondergang een eigen techniek van boven water blijven ont wikkeld, die afdoend blijkt te zijn. En nu men inderdaad niet alleen boven water blijft, maar zelfs koers kan maken, komt het er op aan: waarheen? „Banting stir!" heeft President Soekarno geroepen, „werpt het stuur om!" Maar men beseft dat een al te roekeloze manoeuvre het schip kan doen omslaan. Of heeft de President (net als zoveel andere keren te voren) after all niet tóch gelijk? En is het Indonesische volk en zijn economische veerkracht inderdaad toch veel sterker dan zo oppervlakkig lijkt? In de komende artikelen zal men tot zelfs de kleinste gebeurtenissen op straat moe ten kunnen zién tegen de achtergrond van de Revolutie: fasen van snelle ontwikkeling, niet van achteruitgang en verwording. In Holland ergert men zich nogal aan dit woord revolutie, dat steeds weer tevoor schijn komt: Indonesia is toch al zelfstan dig geworden? De revolutie is toch al voor bij? Neen, zij is niet voorbij; het stadium rustige evolutie is nog niet bereikt. En in die tussentijd is het aanleggen van alle evolutionaire maatstaven niet alleen fout en onverstandig, maar ook misleidend en politiek tendentieus. Het is alsof we iemand op straat aanhou den, die holt om de trein te halen, en we merken op dat het bovenste overhemds knoopje niet dicht zit en de das scheef, de haren nog ongekamd. Dat moet die me neer allemaal nog maar zien te doen ter wijl hij aan het hollen is. Dat doet hij nog wel. Of misschien niet. Als hij maar eerst de trein haalt. Hij kan nu niet blijven staan om zich te laten coifferen of vriendelijke correcties aan te horen, of te discussieren over de oorzaak van een of ander. Hij duwt de man die hem staande houdt opzij en rent verder. En die vertelt dan straks buiten: „Ik heb Si Anoe gezien met zijn kleren scheef en nog onbeleefd ook tegen mij! Die vent gaat de verkeerde kant op". Laten we eerlijker en ernstiger toezien en proberen te begrijpen vóór wij veroordelen. In de komende opstellen zal ik proberen een zo breed mogelijk beeld te geven van „Indonesia today". Het heeft met durven of niet durven schrijven van „de waarheid" niets te maken. Alleen met eerlijkheid en begrip. gW»'* Twee kijkjes op de brug van Manggarai. Links ziet U de spoorbrug kant op. en rechts een kijkje naar de nu volgebouwde rivieroever de andere Foto's: Tjalie. 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 9