TAAL Het Indonesië-nummer Het Indonesië-nummer van Tong Tong (van 15 juni) doorbladerend, ben ik verre van te vreden. Mijn artikelen zijn verward, de "constructie" van het nummer is verward, het num mer kan verkeerde conclusies wekken naar twee kanten: dat ik te mooi over Indonesië vertel of te lelijk. Over de keuze van de frontpagina ben ik niet tevreden, alhoewel ik mij kan indenken dat men in Holland met herinneringen aan wat "typisch Indonesisch" is, deze foto gekozen heeft. Zeer zeker is ook de keuze van vele nieuwsbladen van foto's van de Djalan Thamrin met zijn moderne gebouwen fout. Want de Djl. Thamrin is maar een fractie van het zich ontwikkelende Indonesië, op zijn hoogst een "mogelijke richtlijn" en wie, misleid door deze foto's, Djakarta opzoekt zal zich "genomen" voelen. Welke zou dan de juiste foto zijn? Die een duidelijke afspiegeling biedt van Indo nesia today? Ik geloof dat die foto niet bestaat. Doodgewoon omdat Indonesië nog in re volutionaire ontwikkeling is. Zo kan ook geen enkele afbeelding van Frankrijk tus sen 1789 en 1800 karakteristiek genoemd worden voor het Frankrijk van die dagen. Daarvoor wisselde het decor te snel; daar voor was het gamma van zich ontwikkelen de krachten te gevarieerd. Dit geldt ook voor Indonesië. En dat ver klaart ook waarom mijn eerste artikelen "verward" waren. Er werd pressie uitge oefend uit Holland: schrijf gauw, schrijf gauw. Dus schreef ik gauw, terwijl ik nog duizelde van de vele indrukken en emo ties. Over Parijs of Amsterdam kan je gauw schrijven. Meestal ook omdat je schrijft over de beelden van vandaag die vanouds bekend zijn en er morgen en het volgende jaar nog zullen zijn: de Seine, de Notre Dame, de clochards, de Are de Triomphe. Over de Dam, de Kalverstraat, de grachten. En toch zijn deze beelden fout, althans zeer onvolledig. Want Parijs en Amsterdam zijn ook (en voor de nabije toekomst zelfs in belangrijker mate) de uitgestrekte nieuw- bouw-wijken, de nieuwe industrie-terreinen, de nieuwe activiteits-centra. En de zaken man van de moderne Amsterdamse "Goud kust" en zijn milieu of de door Jacques Tati (Monsieur Hulot) geridiculiseerde mo derne Parijzenaar in zijn hypermoderne flat zijn voor resp. het Amsterdamse en Parijse bestaan oneindig veel belangrijker dan de man met de handkar op het boogbruggetje over de Prinsengracht of de clochard. En we doen Amsterdam of Parijs onrecht aan als we alleen het "vertrouwde as pect" presenteren als karakteristiek. Of al leen de moderne nieuwbouw. En we doen het moderne Indonesië onrecht aan als we alleen het "sentimentsplaatje" presenteren van het Indonesië-nummer of Hotel Indone sia aan de Djl. Thamrin. Ik heb mij van de eerste dag af dat ik in Indonesië was gerealiseerd dat de voor lichting omtrent "Indonesia Today" een langdurige zaak zou worden en een hache lijke. Want misverstanden zullen de eerste tijd blijven ontstaan...en hierdoor zullen zo wel aan Indonesische als aan Nederlandse kant onaangename en misschien wel moor dende aanvallen komen. Zal onze kleine Tong Tong daartegen bestand zijn? De lezer, het volk, wil graag "pronto" be diend worden. Zoals met een kaartje in de etalage van de slagerswinkel: "Puike verse binnenhaas! Het koopje van de dag: 90 ct. per ons". Maar hoe puik is de binnenhaas? En is het wel binnenhaas? En is die mooie rode kleur van de versheid of van de py riet? En is 90 ct. wel een koopje? We den ken niet na, we hebben al lang geen goede kennis van vlees, maar we worden snel be diend toch? Dus we kopen. En in Indonesië: "Loeloer istimewa! 500 Rupiah (boleh tawar)!" Hoeveel kan je ta- war? Welke Rupiah wordt bedoeld, die van een maand terug met die andere koers? En ook de Indonesiër in zijn snelle revolu tie is ongeduldig. Beschouwt aarzeling als wantrouwen. En tussen deze twee publieke houdingen moet Tong Tong maar schrijven...! Ik voel me veertig jaar jonger en zit met een veertig jaar oud dilemma: zal ik Tjipto helpen met zijn sommen en de kans lopen dat ik door Pah Djenggot (de onder wijzer) zal worden getuchtigd? Of zal ik Tjipto niet helpen en door hem in de pauze worden getuchtigd? You know: Tjalie is maar een klein jon getje, een oedang kering, zogezegd. En Pah Djenggot is groot en sterk. En Tjipto is groot en sterk. Wat ik ook doe (en ik be zweer mijn bedoelingen zijn goed!), slaag zal ik krijgen! In Tong Tong staat de kleine Indo tussen twee grote "asli's", een kantjil tussen twee olifanten zogezegd. Zal hij verpletterd wor den? Zal ik deemoedig om genade vragen nog vóór er wat begonnen is? Fiat Justitia... het recht (welk recht ook) hebbe zijn be loop. Want wat Tong Tong acht jaren lang gedaan heeft, zal het blijven doen: "Poe- koel teroes!" En het Hemelse Gerecht behoede ons. Nu ik uit Indonesië terug ben en de tijd heb mijn duizenden notities te sorteren en rustig uit te werken, zullen mijn artikelen zeker minder verward worden, maar noch tans zullen er vele geschreven moeten worden om de lange reeks van misverstan den uit de weg te ruimen. Waarbij ik me realiseer dat Tong Tong toch maar een klein krantje is tussen de grote bladen en onze lezerskring maar een fractie van de grote massa's van het Indo nesische en het Nederlandse volk. Maar wie met een diep besef van de waarde van het kleine Bethlehem en het grote Jeruzalem kan nog versagen en zijn plicht verzaken? Zie niet om. Ga voorwaarts. Poekoel te- roes! T.R. Het zal iedereen die zelfs maar kort in Indonesia is, opvallen, dat in kringen van ontwikkelde Indonesiërs en Chinezen een perfect Nederlands gesproken wordt, zoals zelfs in Nederland maar weinig gehoord wordt. Meer en meer raak ik ervan overtuigd dat goede taalbeheersing en talenkennis een prerogatief en een waarmerk zijn van de werkelijk beschaafde mens, niet eigendom van geografische groepen. Opvallend is ook dat in Indo-kringen, waar men zich niet bewegen kan in betere milieux en eigenlijk doorgaans moet stoet haspelen met pasar-maleis, de kennis van de Nederlandse taal snel vermindert. Dit is niet denigrerend bedoeld. Het is volko men logisch, dat iemand die dagelijks alleen Indonesisch of Soendanees aanhoort en spreekt, langzamerhand zijn oorspronkelijke taal begint te vergeten. Enkele staaltjes heb ik opgeschreven en ze zullen de lezer wel ongelooflijk voorko men, maar men zal ook wel zien dat ze té sterk zijn om verzonnen te kunnen zijn: een bovenstaande dame i.p.v. een hoog staande dame, Tom Soya (Tom Sawyer, het boek is ner gens meer te krijgen, maar de figuur leeft voort), een gouden vis (goudvis), angsignose (angstpsychose), Min Sin Ling (pas na een poosje kreeg ik door dat "missing link" bedoeld werd), verkrompelde handen (gekromde vingers), zij is al bemand (zij is al getrouwd; heeft al een man), hij spandeert anderen (hij spant er an dere mensen voor), en tenslotte een juweeltje van een vol zin: Hij is mijn goede vriend tetapi de soal ini hij moet niet tornen... Ach mijn dierbare krompraters, die vaak zo hun best deden om met Oom Tjalie Hol lands te praten, ik lach jullie niet uit, noch maak ik me koloniaal vrolijk, ik wil alleen duidelijk tekenen hoe jullie wereld zich ontwikkelt, veel positiever de nieuwe Indo nesische richting op dan jullie beseffen! Het ga jullie goed en altijd ook weer vro lijk tot ziens! En het zal een ieder duidelijk zijn dat overal waar Tjalie zich met de bahasa pro beerde uit te drukken .hij dezelfde dwaze fouten maakte, waar later beslist ook om gelachen werd. Ik gun jullie graag mijnzelf- de pret! 1 juli is er weer een nieuwe jaar gang begonnen. Jaarabonnees denkt U om de beta ling van Uw abonnement. Het bespaart ons veel extra werk en U de incassokosten wanneer wij het geld bij U moeten laten innen. Bij voorbaat dank! De administratie.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 9