CRITIEK JE VLIEGENDE HOLLANDER" TONG TONG Ik moet veel critiek aanhoren. Er zijn drie soorten van critiek. 1. Van de mensen die meer willen weten en als basis stellen dat zij nooit genoeg kunnen weten en in vele opzichten fout kunnen zijn. Hun cri tiek verlangt verruiming van de geest. Dit zijn de beste critici. 2. Van hen voor wie alle critiek alleen maar spelen met blokken is omdat het betrokken onderwerp hun toch niet aangaat. Deze critiek is tijdver lies voor ons allebei. 3. Boosaardige critiek die stoelt op zelfgenoegzaamheid, kleinbur gerlijkheid en conservatisme. Door dit soort critiek moet men zich nooit laten "op jutten". Tot de eerste soort behoort bijna zeker U Tong-Tonger, die dit werk al zeven jaren mogelijk maakt. Dank U. "And God bless you". Zelfs daar waar U "vierkant" tegen de huidige ontwikkelingen in Indonesië bent, is positief aanwezig een begrip dat daar aan de andere kant van de aardbol "ook mensen" wonen. Met een ziel en een hart, met een eigen natuur die hen door God gegeven werd. Die dwalen kunnen - en dan hopen wij dat ze de rechte weg vinden kunnen. En die recht kunnen gaan waar wij dwalen, ook al doorzien we het nu nog niet. Maar U veroordeelt niet en U bent geboeid. Dat is goed. Nogmaals: dank U. Het tweede soort is b.v. op zoek naar copy voor dit blad. "Ik zou graag van U willen horen wat U over het Indonesië van vandaag denkt, mijnheer Robinson, maar ...met een blik op het horloge... "ik kan er maar twee minuten voor missen". In twee minuten kan je niet eens wat vertellen van Holland dat "nooit verandert", ja zelfs niet eens van een morsdood volk .laat staan van een herboren combinatievolk van 110 millioen zielen (van Atjehers tot Timorezen tot Papoea's tot Badoejs). Aan zulke men sen is zelfs 2 minuten weggegooid, ja 1 minuut, ja 1 seconde. Ze leven alleen met het Holland van nu, met de boterprijs en AOW. Ik gun het ze en ik geloof graag dat ze goed zijn en gelukkig kunnen zijn. Maar ze hebben zelfs de geringste conceptie van andere volken niet nodig. Waarom naar deze critiek luisteren? Nummer drie. Denk bij hen aan het oude Hollandse sneldicht: "Met ogen die als ko len branden, sluipt Gudel rond en spuwt venijn. Niets faalt haar op een slang te zijn, dan gladder vel en feller tanden" (Ge leerd op de lagere school, 45 jaar geleden, uit een Hollands leesboekje). Dat zijn die mensen die naar de Pasar Malam gaan met een uit een krant geknipt stukje of foto. Niet om van de Pasar Malam te genieten en om iets door te krijgen van wat met deze Pasar Malam mogelijk is, maar alleen om Tjalie (en U) straks eens lekker wat onder z'n neus te wrijven. B.v. een foto van een bedelaar in Indonesië, een zo zielig stukje mens met vergroeide benen en blind, dat je van zo'n foto alleen maar tranen in je ogen kan krijgen en prevelen kan: "Hoe wreed kan het lot zijn!" Maar voor hem (net als voor die ellendige fotograaf die er zijn blad mee versierde) is het "heerlijk" bewijs materiaal om aan te tonen dat in Indonesië honger en gebrek heerst; geloof Tong Tong niet! Hij is er natuurlijk geen abonnee van (van wege de standing), dus is hij een dief en een parasiet van andermans lectuur, maar dat belet hem niet om de boom waarvan hij de vruchten eet te bespuwen. Ja, er ZIJN bedelaars in Djakarta. Ik heb er in twee maanden op omzwervingen van honderden mijlen TWEE ontmoet: één blinde op Pasar Ikan die om drie uur in de snik hete zon zat met dat tragische half opge heven hoofd van alle blinden, in de zon te staren die hij niet zag, door warmte een lichtbron proberend te doorgronden die hij nimmer zien zou, terwijl ik, koloniaal, straat slijper, met zonden en ondeugden beladen schurk ALLES zien mocht en foto's en dia's maken voor hen die niet zelf konden zien. Oordeel niet, veroordeel niet, GEEF! De andere was een bedelares, het proto type van het oude baboetje, dat vroeger geheel haar leven had opgehangen aan het bestaan van haar Blanda njonja, nu ver laten was en op haar eigen benen staan moest en niet kón en bedelde met diepe schaamte. Moet je nou met zulke mensen contra-propaganda maken? Voel je je niet wanhopig schuldig aan wat rot is in de wereld? En geef je dan niet extra veel van je krappe reisgeld om zo'n mens een en kele uit de hemel vallende bof te geven, die wij in onze gegarandeerde rijkdom toch ook zoeken met elke maand een lot van de loterij? En ik heb ook een door malaria gesloopte djèmbèl gezien op Pintoe Besar, huiverend in zijn mat zoals wij als krijgsgevangenen huiverden in onze matten, weetjenog? Te slap (en misschien ook té trots nog) om de hand op te heffen om te bedelen. Die tik je op de schouder: "Boeng, Boeng, Sau- dara...l" Als hij naar je opkijkt, staart het leed van een hele mensheid je aan, je eigen leed, je mislukkingen en nederlagen. "Hier, koop een kop hete koffie!" Het bankbriefje valt van de hand in de schoot. Hij kijkt er met verwezen ogen naar. Zo veel? Waarom? Hoe kén het? Als je alweer weggaat hoor je hem nog stamelen: 'Teri- ma kasih, Pah..." Waarom ga je zo gauw weg? Ben je verlegen om die arme drommel overeind te helpen en naar de dichtstbij zijnde koffiewaroeng te helpen? Ga je lie ver een bus kininepillen kopen? Ja, ja. Je gaat op weg en je kijkt op je horloge en denkt aan je belangrijke afspraak en je haat jezelf als je zegt: "Morgen maar..." Want morgen wordt natuurlijk overmorgen en de week daarna. Want dringender wor den de beroepen uit Holland: copy, copy! Hoe gaat het in Surabaya, Medan, Menado, Putussibau, Merauke. De djèmbèl is nu dood misschien en ze ker is het mijn schuld. Of zeker de schuld van de Indonesische Regering, die we met gebalde vuisten te lijf willen gaan en hoe is er niet OVERAL IN DE WERELD een eeuwig tekort, al werken hospitalen nog zo hard. Omdat eeuwig wij tekort schieten? En temidden van onze meubels en dokters TE BESTELLEN BIJ BOEKHANDEL I geschreven door oud-Indisch journa- i 1 list Jacq. Vréke en geïllustreerd door de alom bekende Eppo Doeve. Een typografisch zeer goed verzorgd j Boek en slechts in beperkte oplage j van de pers gekomen! Prijs f 17,50 -I- f 1,25 portokosten Totaal f 18,75 j i Te bestellen door storting van het verschuldigde bedrag op giro 6685 van Tong Tong, Prins Mauritslaan 36 j Den Haag. en bijlagen en AOW's alleen maar "humaan kunnen dwepen" met een Schweitzer? Goed, als wij niet kunnen helpen, omdat dit leven te veel van ons eist (ik ken het, begrijp het en billijk het), laat ons daarom niet critiseren! Ook is de malarialijder NIET dood, want er zijn op de drukke straten in Djakarta meer mensen die hem zien. Er is meer menselijkheid in Djakarta's straten dan in de Europese en Amerikaanse straten. Ik zweer U: ik heb meer bedelaars gezien tussen de wolkenkrabbers van Kowloon en Hongkong, meer in downtown Los Angeles, meer onder "the Loop" in Chicago en meer in New York's Bowery, en ben meer in de nachtelijke uren in sommige buurten van Rotterdam, Amsterdam en het Haagje lastig gevallen voor "een kwartje voor een kop koffie m'nheer". Alles verhoudingsgewijs natuurlijk. Laat mij gaarne toegeven dat er niet 2, maar 30 bedelaars in Djakarta zijn ik zweer U meer zijn er niet), dat is op de 3 miljoen inwoners van deze wereldstad één dui zendste procent. En noemt U dat dan een billijke en evenwichtige berichtgeving? Ik zag in een Amerikaans tijdschrift een foto van de berechting van een persoon in Hol land voor het roken van maryuana. Is dat Nederland? Wij ellendigen ontdekken op een hondententoonstelling één vloo en noe men het een vlooientheater! Hoe zijn men sen te redden die alleen vlooien kunnen zien en geen rashond herkennen? Lees verder pag. 21 11

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 11