Nogmaals: Bij de voorplaat Pou wel* Pouwel Het is de Braziliaanse historicus Gilberto Freyre geweest die ontdekt heeft waarom de toenadering van Portugezen en Spanjaar den tot de tropische vrouw zo natuurlijk heeft kunnen plaatsvinden, terwijl er tussen de Noord-Europese volken en de vrouw van de Tropen altijd een moeillijke toenadering is geweest, de "interraciale huwelijken" al tijd min of meer veroordeeld zijn geweest met o.a. als gevolg dat verreweg de meeste Indo-Europeanen en Eurasiërs hun afkomst van moeders zijde niet kennen willen. Met een blik op "het meisje van de voor plaat" zou elke nuchtere en eerlijke toe schouwer niet anders kunnen dan uitroe pen: "Hoe bestaat het!" Voor de eerste Portugezen in Z.O. Azië (en bij de Indianen in Z. Amerika) is de ontmoeting met de Tropische vrouw echter doodgewoon een HERkenning geweest ,het terugvinden van een oude, bekende en ver eerde geliefde. Want van het begin der 8ste eeuw tot het einde der 15de eeuw (bijna 800 jaren, dus 32 generaties lang), is het Iberische schiereiland bezet geweest door de Arabi sche veroveraars. Deze brachten uit Ara- bië en Perzië niet alleen hun ver ontwikkel de wetenschappen mee, maar ook hun lief despoëzie. Europa was in deze eeuwen nog bar slecht ontwikkeld en de prachtige be schaving van de Abbasiden moet op de Iberiërs van die tijden een enorme indruk gemaakt hebben. In vergelijking met de toentertijd onge twijfeld veel ruwer en struiser Noord-Euro- pese vrouw moet deze het in de conceptie van de Iberiër van alles wat waarlijk vrouw- lijk schoon was, gemakkelijk hebben afge legd tegen het Arabische schoonheids-ide aal: klein en tenger, olijfbruine huid (niet de blanke), zwarte ogen (niet de blauwe), het donkere haar (niet het blonde), de rankheid van een gazelle, de frêle schoonheid van de maansikkel Men moet de gedichten lezen van een Imr UI Quais, van een Tarafa, een Amr ben Kuithum, aangegrepen zijn door de uiterst viriele liefdespoezie van een krijger in de woestijn voor het andere uiterste: de rag fijne droom van een ragfijne vrouw, om besef te krijgen van de diepe indruk die de Arabische literatuur gemaakt moet hebben op Portugezen en Spanjaarden. 1NTERCOIFFURE Ij IDEALE COIFFURES open 7.30 v.m. tot 6.00 n.m. Fred. Hendrikl. 160 - tel. 553055 De Arabische literatuur*) kent zelfs een heel apart genre, met een eigen plaats naast b.v. de Perzische, de Abbassidische, de Omayyaadse poezie, en wel de Anda- lusische, dus de poezie van de Arabieren in Spanje. Een poezie die wij, afkomstig uit Indië, het best kunnen aanvoelen, omdat het de poezie was van "het Verlangen naar de Verten". Deze poezie wordt ingeleid ge acht door de eerste Abassidische vorst van Spanje, Al-Amawi, die o m. dichtte: O palmboomje bent als ik: Ook t er van huis en een vreemde in dit land! Het is duidelijk dat de Arabische krijgers in Spanje niet alleen over palmbomen dichtten, maar ook over en voor hun lief desideaal in Arabië: hoe mooi de vrouwen in Spanje (Europa) ook waren, de schoon ste waren "daar ver in het Oosten Zo groeiden ook de Portugezen en Spanjaar den op met een "schoonheidsdroom". Beoordeel de oude Arabische poezie vooral niet als de moderne westerse. De Arabische poezie stond niet als "Kunst met een grote K" buiten het dagelijkse leven, maar had een sterke functionele waarde voor de maatschappelijke en religieuze ori ëntering. Onze gedichten worden door kunstcommissies bekroond en beroeren vaak de burgerij niet. Maar de beste Ara bische gedichten vonden hun bekroning in het opgehangen worden in de Heilige Schrijn van de Kaaba en er wordt in referentie over gesproken als de "mu-alla- qat": de Opgehangen Oden. Veel moderne Europese poezie heet ook terecht "eroti sche poezie", want méér is het vaak niet. De liefdesdichten van het oude Arabië wa ren letterlijk: Verheven. But Lo and Behold! Toen de eerste Por tugezen in Azië aankwamen ,daar vonden zij hun Andalusische dromen levend terug (zie de voorplaat)! Er was geen schroom, er was geen afstoting of geringschatting en zelfs het geloof was voor de uiterst streng katholieke Portugezen geen beletsel meer. Huwelijken werden gemakkelijk ge sloten en zelfs "Indo-zonen" uit aanzienlijke aristocratische geslachten werden niet ver stoten, maar erkend. En drager van de trotse emblemen van hun voorvaderen. Wel kon, omdat van moeders zijde geen wapen embleem werd opgebracht, geen volledige erkenning worden verleend, maar deze nieuwe zonen van Avond- en Morgenland wonnen in de komende eeuw een plaats in de wereldhistorie als "fidalgo's", letterlijk vertaald: "Zoon van Iemand"...en zelfs een onbekend Iemand is meer waard dan Nie mand! "Fidalgo" is de samxtrekking van "fil d'algo" Zoon van Iemand (R. C. Boxes: "Fidalgo's of the Far East"). Voor de Noorderlingen uit Europa, zonder Oosterse poezie opgegroeid, bleef de Azia tische vrouw een vreemde, een heidin, een type buiten het schoonheidsideaal. Het zijn betrekkelijk gesproken maar wei nig Noord-Europeanen geweest die tóch de aparte schoonheid van de Indonesische vrouw konden waarderen. En achter de phy- sieke schoonheid een geest met andere waarden, vaak boeiender en rijker dan in vrouwen van het eigen "type". Uiteraard waren er massa's huwelijken met vrouwen uit lagere regionen, maar nu we lang genoeg in Europa zitten en ook hier hebben kennis gemaakt met vrouwen van de lagere standen, weten we ook wel dat de "kampongmeid" in geen enkel op zicht lager staat dan de Hollandse "boeren meid" of het "daghitje" van de stad. Kom kom, laat eindelijk toch een eind ko men aan alle raciale vooroordelen! Zeker waren onze Europese voorvaderen "ook niet op hun achterhoofd gevallen" en kozen zij, waar zij zelfs "méér in de kam pong" hun bruid zochten, "de mooiste van de allemaalste" uit de kampong Huwelijk uit berekening (zie de huwelijksadvertenties in Hollandse dagbladen) is er weinig of niet geweest in de koloniale tijd. Anders zou de Indo er sociaal wel beter voor ge staan hebben...! En waren de Aziatische meisjes passieve partner in de huwelijkskeus? Sla weer een blik in de Aziatische historie. Ontdek haar sterk mystieke inslag, haar geloof in profe tieën. Eens profeteerden helderzienden dat er een groot en onoverwinbaar volk uit het Westen komen zou, dat vele eeuwen lang superieur zou zijn Het was de ontegen- houdbare wil van het Lot. Toen de eerste "Feringgi" (Franken - in Azië noemde men donkere Europeanen Franken) voet aan wal zetten in Azië, was de teerling geworpen. Hier waren de nieuwe heersers! Wat het schande deze nieuwe heren te huwen? In tegendeel toch? Vergeet niet dat de eerste Portugezen een ontzaglijke indruk maakten op de millioenenvolken van Azië. Met een Lees verder volgende pag. 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 14