SPEK u OMDAT U WILT SMULLEN NAAR UW EIGEN SMAAK Bloedtransfusie |U( 100% PLANTEVET Uitmuntend voor bakken en braden voor bakken en braden en smullen! In het Jappenkamp voor Burgers te Tji- mahi, bekend als het 4e-9e, vertoefden geïnterneerden van diverse nationaliteit, waaronder tal van ras-tjatoeters die, door de honger geinspireerd, spoedig allerhande handeltjes begonnen in eet- en oneetbare waar. Zo had Johannesje een zaakje in soep opgezet, dat hem beslist geen wind eieren opleverde. Dagelijks stond hij bij de Engelse barak, een 18-liter kaleng naast zich, tot de rand gevuld met een aftreksel van botten, en van verschillende groenten die we herkenden als de jonge papaja, de peterselie, de bajem, de daoen oebie en de gellang uit de tuin van de ziekenverplegers. De soep a raison van 30 sen per 300 cc (sigarettenblikje), vloog niet bepaald weg, doch raakte in de loop van de dag wel uit verkocht. Op zekere dag had Johannesje het echter drukker dan gewoonlijk. Eigenlijk gezegd, zag het zwart van de mensen om hem heen. Voorzichtige informatie bracht aan het licht dat hij erwtensoep op het menu had staan a 50 sen per kop. Erwtensoep met écht spek! Daarvandaan die oploop. De hongerigen verdrongen zich om de dis tributieplaats heen. Abraham, Johannesje's compagnon, had er de handen vol aan om de omstanders op een afstand te houden. Naar hij beweerde, om ongelukken met de kaleng te voorkomen. Ondertussen roerde Johannesje zwijgend in de groenachtige blubber, waar - onder vervoering van de geïnteresseerden - een spekje zich af en toe aan de oppervlakte vertoonde. Het wa ter liep ons om de mond (ke-ngileran, zoals dat vroeger heette!) Eindelijk was het zover, de distributie ging beginnen. Terwijl Abraham het ciga- rettenblikje pakte, begon men van achter op te dringen, ledereen wilde het eerst gehol pen worden, want er was slechts 18 liter en de vraag was enorm. Nolens volens werden de voorsten in de richting van de kaleng gestuwd. De ruimte waarin Johannesje met de scheplepel moest manoeuvreren werd steeds kleiner, en tenslotte stond de hele menigte over de kaleng heen gebogen. Het ongeluk bleef niet uit. Een verkeerde beweging, Johannesje's lepel schoot uit, en omver ging de kaleng. De dampende soep stortte zich over de voeten der omstanders. Er gingen kreten van pijn op, en onwaar schijnlijk gauw was er weer ruimte. Van een redelijke afstand keek men teleurge steld op de spekjes neer. Spekjes?! Wie het eerst een kreet van verontwaar diging uitte, doet er verder niet toe. De massa was trouwens één in haar veront waardiging. Johannesje en Abraham, trek kend aan hun kuierlatten, waren snel gevat. In minder dan geen tijd stonden ze in hun geboortepakje, wat hoe of wat toch een straf is als de anderen er allemaal gekleed bijlopen. Hadden ze de goegemeente maar niet moeten oplichten, ja toch! Het is im mers geen stijl om stukjes spekzool, van een oude tennisschoen nota bene, voor spek te verkopen! JACK DE BADOEI. De oorlog naderde zijn einde, ook voor hen die zich, ondanks dysenterie, malaria en hongeroedeem, hadden weten te hand haven. Voor velen was hij reeds lang af gelopen; voor anderen, die met alle moge lijke kampkwalen de hospitalen bevolkten, moest hij niet al te lang meer duren. Eén van mijn lotgenoten, een zeeloods uit Makassar, leed aan verregaande bloedar moede. Hij had reeds ettelijke bloedtrans fusies gehad, maar de resultaten waren niet bevredigend. De dokters vreesden het ergste. Op een dag vroeg één der kampartsen, mijn slapie, mij of ik bereid was voor de bedoelde patiënt bloed te geven. Hij wist niemand anders, want de donors werden schaars. Toen we het kamp ingingen, had ik me als zodanig opgegeven, maar inmid dels was ik boven de leeftijd gekomen. Toch stemde ik toe. Men zou trouwens slechts een fractie van de normale hoeveel heid nemen. We waren immers allemaal slappe Tinussen. De patiënt kreeg zijn zoveelste bloed transfusie, nu van mijn bloed, en...de vol gende dag hoorden we dat hij was over leden. Concludeerden mijn kampmakkers; "Na tuurlijk, met dat bloed van Lodewijk heeft hij natuurlijk prompt alcoholvergiftiging ge kregen". Wrange ironie! Na verloop van drie kamp jaren, wist geen onzer nog hoe alcohol smaakte. LODEWIJK. neemt U zéér zuivere ingrediënten. Bij bakken en braden, bijvoorbeeld, komt het er op aan, dat de smaak zich-zelf blijft. Daarom is juist Delfia zo ver trouwd: voor al Uw lievelingsschotels. Daarom is Delfia al zoveel jaren het bak- en braadvet voor Indisch en Chinees eten. U moet weten dat Delfia volstrekt plantaardig is, neutraal van smaak, en lichtverteer- baar. Ga Uw gang maar! Bakken, braden, smullen! CD *29. 133./2 7. 23

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 23